Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
In geen ander genre verschijnen zulke bloedmooie verzamelaars en boxsets als in de soulmuziek. Zolang die stroom blijft aanzwellen, staat soul hoog op de culturele agenda. Zeker in Amerika, waar soul altijd verbonden is geweest aan politiek en burgerrechten. Meestal niet direct, want het lijden van de mens laat zich nu eenmaal het best vertalen naar het slagveld van de liefde.
Heruitgaven om te likkebaarden
In 2008 verschijnt een onmisbaar hebbeding op de markt onder de titel Take Me to the River; a Southern Soul History 1961 - 1977. Een compilatie die alle andere overbodig maakt, met een goede balans tussen bekend en obscuur, fraai ingepakt en kundig beschreven door de vaklui van het label Kent. Alle compilaties van deze freaks zijn om te likkebaarden. Gelukkig gaan zij stug door, crisis in de muziekindustrie of niet.
De absolute vondst van de afgelopen jaren is de met veertien extra tracks aangevulde cd-versie van Time and Place van de geheimzinnige Lee Moses. Hij pompt elke song in de microfoon alsof het zijn laatste daad is. Wat een redding voor de mensheid, dit kleinood. Een graadje minder obscuur maar zeker zo belangrijk zijn de re-issues van deep soul-zanger James Carr uit Memphis. Liefhebbers van de subtielere en georkestreerde soul vinden hun weg naar Philadelphia en de heerlijke set Love Train.
De bizarre terugkeer van Sly Stone
De afgelopen jaren heeft men de heruitgave mogen meemaken van het complete vroege werk van Sly Stone - overigens zonder diens instemming - alsmede de bizarre terugkeer op het podium van een afgetakelde en wereldvreemde man die soul ten tijde van Woodstock het psychedelische tijdperk inloodste. Dat was een fraai experiment met grote invloed op bijvoorbeeld Prince. Sly zelf is niet meer dan een schim in te wijde, glimmende joggingpakken.
De grootste van alle nog in leven zijnde soulzangers, Al Green, brengt ook nieuw plaatwerk uit. De charismatische dominee doet zelfs Paradiso aan en betovert het publiek met zijn stem die zoet en verleidelijk is en ook scherp en gritty zoals die van Otis Redding. Van de originele soulsterren maakt ook Solomon Burke een opvallende comeback met Don't Give Up on Me. Deze zwaarlijvige koning is niet meer uit de troon te tillen waarin hij nog frequent op de podia plaatsneemt.
Beter in vorm is de topfitte Bettye Lavette die een plaat maakt met de Drive-By Truckers die tot haar beste werk hoort. Live is de diva onvermoeibaar en behoorlijk sexy voor haar respectabele leeftijd. William Bell, die het befaamde label STAX het eerste succes bracht met 'You Don't Miss Your Water', is net zo'n fitte senior die optreedt met een soulrevue van STAX die viert dat het label vijftig jaar in bedrijf is en bovendien opnieuw geactiveerd. De begeleidingsband van toen, Booker T & The MG's, speelt zich in Amerika warm voor optredens die in 2009 in Europa gegeven worden.
De nieuwe generatie
Het kan niet anders of al deze impulsen prikkelen jonge artiesten. De belangrijkste figuur in Amerika is Gabriel Roth a.k.a. Bosco Mann. Hij is de man achter Daptone Records en de spetterende platen van Sharon Jones & The Dap-Kings. Roth bestiert het label, speelt bas in The Dap-Kings, schrijft en produceert de muziek en doet er nog een paar klussen naast. Zoals
Amy Winehouse' Back to Black bijvoorbeeld. Het is te hopen dat de Britse junkiemadam, als ze ooit terugkeert, weer met Roth en de Dap-Kings aan de slag gaat.
In navolging van Amy duiken talrijke lieflijke dames op die heel behoorlijk zingen. Zo blijkt Duffy een prima alternatief voor Dusty Springfield - al is Shelby Lynne's plaatJust a Little Loving het mooiste eerbetoon aan Dusty - en is ook Adele een meisje met een zwarte ziel en een fijne strot. De Amerikaanse Ruth Foster is niet blank en doet het voor een souldame opvallend goed doet in roots- en countrykringen. Net zo'n overgangsfiguur is Ray LaMontagne, die altijd wel een paar soulnummers op de plaat zet en live vertolkt.
Meer van de oude stempel en onderling onvergelijkbaar zijn Ellis Hooks en James Hunter. De eerste lijkt niet alleen uiterlijk een nakomeling van Otis en de tweede is een Britse bleekscheet die gestileerde popliedjes maakt in de traditie van Sam Cooke. Hunter geniet een toevalscarrière, Hooks komt er maar moeilijk door. Dat geldt niet voor Lizz Wright, wier cd The Orchard een paar lieve duiten heeft gekost maar dat heeft Verve wel over voor dit immense talent. Het laatste kind uit de soulfamilie is de piepjonge Eli 'Paperboy' Reed uit Boston die hier is om de jonge generatie muziekliefhebbers te redden met zijn opzwepende optredens en geweldige plaat Roll with You.
Obama
Een laatste woord van respect voor een oudere dame: Mavis Staples. Zij was actief in de burgerrechtenbeweging en Martin Luther King was kind aan huis bij de familie Staples. Mavis doet er verslag van op We'll Never Turn Back dat een jaar voor de verkiezing van Barack Obama verschijnt. Denkend aan Obama: wat een gerechtigheid en een mooi nieuw begin voor Mavis en iedereen die de soulmuziek een warm hart toedraagt.
Offers heeft soul ook gebracht. Ike Turner overlijdt vlak voor hij met de Black Keys aan de slag zou gaan. Wilson Pickett, James Brown en Nathaniel Mayer zullen nooit meer schreeuwen. Het grootste verlies evenwel voor het nieuwe souldecennium is de zwarte Moses, Isaac Hayes.
Foto's Solomon Burke en Duffy uit het KindaMuzik archief, door Jelmer de Haas.
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/kindamuzik/tien-jaar-kindasoul-van-sly-tot-staples/18621/
Meer KindaMuzik op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/kindamuzik
Deel dit artikel: