Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Beginnen met lood- en loodzware doom met minder dan tien bpm is wellicht toch niet zo heel handig. Bell Witch staat in het Patronaat met twee man op het podium. De een achter het drumstel, af en toe gruntend of krijsend, de ander met een zessnarige basgitaar die je normaal alleen bij fusionbands ziet, sporadisch zingend met heldere stem die compleet verzuipt in de mix. Met zo'n traagheid is strak spelen zeer moeilijk, maar heel storend is dat niet. En de zessnarige bas klinkt bepaald niet als een bas, maar als een alomvattend, enorm overstuurd snaarinstrument, hetgeen precies de bedoeling is. Het grote probleem echter is het geluid: veel te hard, met een enorme nadruk op de lage tonen. Dat in combinatie met de resonerende vloer maakt het fysiek welhaast onmogelijk om het langer dan twee fikse nummers uit te houden: het hele lijf trilt mee en neusvleugels en maag strijden om het hardst wie de meeste vibraties kan incasseren. Niet te doen. (BI)
De Green Room (zoals de kleine zaal van 013 wordt genoemd tijdens Roadburn) is bij de opening gereserveerd voor psychedelische rock. The Tower heeft een geweldig bassende travestiet met enorme valse wimpers in de gelederen en een zanger die denkt dat hij Jim Morrisson is. Als ijsberend op het podium of gewoon liggend op de grond verkondigt hij lange stream-of-consciousness-monologen. Net als bij de echte Doors kunnen ze het beter gewoon bij de liedjes houden, want die zijn een stuk beter. Een aantal is zelfs gewoon goed, hoewel aan de uitvoering nog wel wat valt te verbeteren.
Salem's Pot is iets conventioneler van uiterlijk; de paisley-overhemden en fluwelen colbertjes zijn zelfs ongeveer de standaard uitrusting voor dit type band. Als extra touch dragen ze Venetiaanse carnavalsmaskers. Sinds het succes van mede-Zweden Ghost en Goat ook niet meer echt heel origineel. Dat geldt ook voor de muziek, die erg in de lijn ligt van laatstgenoemde band, maar dan met meer Black Sabbath en minder afrofunk. Salem's Pot is wel erg goed in wat het doet: lekker spacey, maar wel met vaart en power. Precies het soort band waar de harde kern van Roadburnbezoekers voor komt. Het optreden wordt dan ook goed ontvangen, maar Salem's Pot moet nog wel beter kunnen. (MtH)
Een korte stop bij Sólstafir voor zijn live vertolking van de soundtrack Hrafninn Flýgur' geeft er vooral blijk van dat de groep ook muzikaal steeds meer op Fields of the Nephilim gaat lijken. Het is wel heel goed gespeeld met een strak groovende nieuwe drummer. Daarna naar SubRosa, waar aanvankelijk hetzelfde dreigt te gebeuren als bij Bell Witch: een veel te hard geluid met absurd veel bas. De stemmen komen niet goed tot hun recht, de violen zijn nauwelijks hoorbaar en de basgitaar overstemt elke subtiliteit. Gelukkig trekt dat wel wat bij gedurende het optreden, maar het geluid zal de hele dag een minpunt blijven in het Patronaat. Het contrast in volume met de grote zaal van 013 is enorm. Terug naar SubRosa: onverwacht speelt de band behoorlijk hard met zelfs een felle, punky attitude. De vrees voor indielamlemdigheid blijkt ongegrond, want de band trekt fel van leer, onder aanvoering van de zangeres/gitariste die ondanks een niet al te zuivere stem en niet heel virtuoos gitaarwerk, er toch enorm overtuigend staat. Ook de rest van de band zit er helemaal 'in', met een heerlijk intens optreden als resultaat. Een van de beste concerten van de dag. En dan Spidergawd. Zogenaamde supergroepen maken het vrijwel nooit waar, maar dat geldt bepaald niet voor deze vier Noren. De ritmesectie van Motorpsycho, een vette baritonsaxofoon en een zanger/gitarist met de perfecte hardrockstem. En dan samenspelen alsof ze nooit anders hebben gedaan. Nog niet alle nummers zijn even memorabel, maar de achterlijk vette groove en de gedrevenheid maken dat tot in het kwadraat goed. Het gemak waarmee gespeeld wordt is ongelooflijk. Vooral de bas en de drums: wat een power, wat een souplesse. Drummer Kenneth Kapstad mag dan ook pontificaal midvoor op het podium staan en bewijst misschien wel de allerbeste slagwerker van dit moment te zijn. Alle andere drummers vandaag lijken hierna op beginnende houthakkers. De stuwende bas van Bent Saether houdt alles precies op zijn plaats en hoewel hij hier niet de bandleider is, zoals bij Motorpsycho, is hij wel de echte ruggengraat van Spidergawd. (BI)
De muzikant die meeste lol lijkt te hebben op de eerste dag van Roadburn is Mortals-drummer Caryn. Een border collie die na een aantal lange dagen binnen zitten voor het eerst weer naar buiten mag toont minder ongebreideld enthousiasme. Ze heeft een speelgoed-Vinkinghelm met van die horens opgezet, wat een nogal koddig effect geeft, omdat ze met haar hoofd meedrumt. Ook de overige twee bandleden vermaken zich prima. Dat past niet helemaal bij de vrij duistere mix van black metal en punk die Mortals speelt, maar de energie die het trio uitstraalt is wel datgene wat de nogal standaard muziek net dat beetje extra geeft. Wel is de zang een stuk eendimensionaler dan op de plaat.
De gitarist van Eagle Twin heeft zelfs voor Roadburnbegrippen een enorme hoeveelheid pedalen bij zich. Zijn gitaar heeft ook twee aansluitingen, zodat hij hem door twee versterkers kan bespelen. Die uitrusting blijkt niet voor show. Met enige goede wil zou je Eagle Twin een bluesrockduo in de lijn van Black Keys of The White Stripes kunnen noemen. Maar als The Black Keys een rotje zijn, dan is Eagle Twin een atoombom, dusdanig is het verschil in intensiteit en volume. De bluesriffs scheuren bij Eagle Twin niet, ze rijten stukken vlees weg. Dat de drummer niet door zijn vellen heen slaat mag een wonder heten. Je voelt aan het trillen precies in welke kiezen vullingen zitten. Kortom: Eagle Twin heeft alles wat een Roadburnact top maakt.
Het Belgische Moaning Cities is een van de rustigere bands van de dag. De Cities zitten meer aan de indierockkant van de psychedelica. Daar hoort bij dat ze niet de meest imponerende podiumuitstraling hebben, maar het klinkt prima. Een band om in de gaten te houden voor liefhebbers van acts als The Black Angels en Temples.
"David, he's a dandy", zong Dave Eugene Edwards al in de 16 Horsepowertijd. Dat klopt nog steeds; de frontman van Wovenhand is met gemak de best geklede muzikant op Roadburn. Het overhemd keurig gestreken, met de kraag perfect over die van het spijkerjack gedrapeerd en de knopen zover open dat het zeer chique zilveren kruis om de nek goed zichtbaar is. Zelfs over de manier waarop zijn haren onder zijn hoed uit steken lijkt lang te zijn nagedacht.
Dat perfectionisme geldt ook voor de band. Een Wovenhandconcert klinkt nooit slecht. Ook de intensiteit van Edwards is nog steeds niet minder geworden. Nog altijd is hij de onbenaderbare mysticus die volledig op gaat in zijn muziek. De theatrale handgebaren maken het plaatje compleet. Wel is de muziek van Wovenhand sinds de laatste paar platen een stuk minder afwisselend geworden. Alle songs zitten in hetzelfde uptempo postpunkstramien. Dat maakt het optreden wat eenzijdig, de tragere songs en die met meer folk- en countryinvloeden worden node in de setlist gemist. (MtH)
Monolord, op papier de meest veelbelovende band van deze Roadburn, blijkt helaas een net-nietje te worden. Hoewel het geluid ook hier veel en veel te hard is, blijkt dat lang niet het grootste probleem. Het songmateriaal ook niet, want een heftigere stonergroove zal je dezer dagen nauwelijks tegenkomen. Het probleem is de band zelf. Het is te gemaakt, te gekunsteld, te veel 'kijk ons eens vet stoneren'. De songs vragen erom in de groove op te gaan, eigenlijk zelfs om je als band weg te cijferen ten faveure van de sfeer en de trip. Maar het trio is gemaakt heftig bezig en doet net teveel zijn best om er vintage seventies uit te zien, maar dan wel met een gloednieuwe Rickenbacker-basgitaar en een veel netjes uitziende Gibson Flying V-imitatie. Heel jammer dit.
Dan maar even naar de Cul de Sac om te kijken of Moloch de wat bittere nasmaak weg kan spoelen. Dan zie je daar een gitaristje dat nauwelijks twintig kan zijn, een basgitarist die zo uit de plaatselijke progrockband lijkt te zijn weggelopen, een kalende drummer met baard die minstens twee keer zo oud is als de gitarist en een zanger met een korte broek, een truckerspetje en een Songs: Ohia-shirt. Ze maken knoepertharde, boze sludge. Enorm in your face, keiagressief en met een oprechtheid die bij Monolord ver te zoeken is. Mooi man.
En dan is het tijd om te spacen. Kandodo - een zijproject van artist-in-residence The Heads - heeft twee prachtplaten vol spacerock, ambient en krautrock gemaakt. Vandaag krijgen ze op het podium ondersteuning van Loop-mastermind Robert Hampson. Dan staat daar dus zo'n enorm Engels uitziend kwartet op het podium, allemaal vijftig of ouder met en enorme berg analoge effecten, en een afgeragde gitaar. Uiteindelijk blijkt Kandodo helaas zo'n band te zijn die je beter kunt horen dan zien. Het is allemaal wat rommelig en onstrak - gastmuzikant Hampson is duidelijk de strakste muzikant van het viertal - en naar vier mannen kijken die net zo goed je lieve buurmannen konden zijn is niet bepaald sfeerverhogend. Kandodo is niet de gedroomde trip, maar mooi is het wel. (BI)
Dave Edwards zal niet gebleven zijn voor de band die na Wovenhand op het hoofdpodium geprogrammeerd staat, dat is namelijk Eyehategod [foto]. De godfathers van de New Orleans sludge sound maken een zelfverzekerde en ontspannen indruk, behalve zanger Mike Williams dan. Dat is en blijft een klein gifkikkertje bij wie haat uit elke porie van zijn lijf druipt. 'New Orleans Is the New Vietnam' heet een van de nummers. Daarmee beschrijft de band zijn eigen hardcore-punk-op-downers perfect.
Het optreden van Eyehategod is goed, maar de titel 'beste band uit New Orleans' en ook gewoon 'beste band van de eerste Roadburndag' gaat zonder enige twijfel naar Goatwhore. De lekkere snelle blackened death metal van het ruim van spijkerbanden voorziene kwartet is sowieso een welkome afwisseling na al het trage werk van vandaag. Maar door een perfecte uitvoering en een volmaakt geluid krijgt de muziek van Goatwhore een werkelijk enorme stootkracht die met gemak kan wedijveren met die van Slayer in zijn hoogtijdagen. Gitarist Sammy Duet strooit dan ook nog eens kwistig met schroeiende solo's, terwijl Ben Falgoust een ware masterclass 'hoe word je frontman van een metalband' geeft. Hij staat nooit stil, heeft meer dramatische armgebaren in huis dan een hele klas eerstejaarstoneelstudenten, beschikt over een vlotte babbel en vergeet de shout-out niet naar de overleden lokale held Selim Lemouchi.
Afsluiter Lazer/Wulf lijkt dan de moeilijke taak te krijgen nog iets toe voegen aan de eerste dag. Toch lukt dat. Een kwestie van geheel andere muziek maken dan Goatwhore en pure klasse. De grotendeels instrumentale mathmetal van het trio uit Atlanta is technisch indrukwekkend, maar toch ook catchy genoeg om niet alleen interessant te zijn voor de pure techniekfreaks. In tegenstelling tot veel soortgelijke bands vergeet Lazer/Wulf ook niet dat het voor een publiek speelt, regelmatig moet er zelfs meegeklapt worden. Dat er veel nieuwe fans gemaakt worden blijkt meteen na het optreden wel uit de drukte bij de verkoop van de merchandise. Fans van een band als Battles en - het qua podiumuitstraling veel mindere - Russian Circles doen er goed aan Lazer/Wulf in de gaten te houden.
Roadburn kent daarmee een vliegende start. Alle grote namen bevestigen hun status; Wovenhand, Eyehategod en Sólstafir doen wat ze aan hun status verplicht zijn. Salem's Pot, The Tower en Monolord kunnen dan misschien de hype niet waarmaken, maar vallen ook zeker niet door de mand. SubRosa en Spidergawd doen wel wat vooraf gehoopt werd en zouden gemakkelijk vaste waarden in het clubcircuit kunnen worden. Hetzelfde geldt voor de grote ontdekking van de eerste dag, Lazer/Wulf, maar ook Moaning Cities en Moloch zijn bands om in de smiezen te houden. De grote winnaar is uiteindelijk toch Goatwhore, dat een visitekaartje om u tegen te zeggen afgeeft aan een publiek waarvan het merendeel normaliter al zou afhaken bij het lezen van de bandnaam. (MtH)
http://www.kindamuzik.net/live/roadburn/roadburn-2015-donderdag/25877/
Meer Roadburn op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/roadburn
Deel dit artikel: