Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
De vrijdag
Crossing Border had dit jaar opnieuw een mooie en gevarieerde affiche op het gebied van literatuur, muziek en wat daartussenin zit. In die laatste categorie bijvoorbeeld het door KM al
eerder gesignaleerde Ghostpoet, dat op vrijdagavond aftrapt in het NTG-gebouw. Dichter en rapper Obaro Ejimiwe is een innemende podiumpersoonlijkheid, maar hij beschikt helaas over een onverstaanbaar Londens accent. Toch is het goed meeknikken op de donkere melodische hiphop van z'n begeleidingsband.
Hierna levert de gekozen route op de openingsavond helaas nogal wat teleurstellingen op. Noors multitalent Jenny Hval [bovenste foto] heeft dan wel intrigerende teksten over nachtelijk pornokijken of een tandenborstel die tegen iets anders aanschuurt dan haar gebit, maar wat staat ze op een onhandig podium. In die bottleneck van de NTG-foyer tussen ingang, bar, sta-tafels, het toilet en een constante stroom bezoekers kun je onmogelijk geconcentreerd luisteren.
Even later bij White Denim [foto hierboven] is het gebrek aan overtuiging vooral aan de band zelf te wijten. Het Texaanse gezelschap kan veel onstuimiger uit de hoek komen dan met de strakke, maar steriele freejazz die we in deze halfvolle zaal geserveerd krijgen. De avond ervoor iets te hard gefeest in Groningen, zo komen we tijdens de show te weten. Pas tien minuten voor het eind roept zanger/gitarist James Petralli dat hij zich beter voelt en gaat het gas er op. Too little, too late. En ook bij Phosphorescent [foto links] gaan we na technische problemen en veel frustratie op het podium teleurgesteld weg. Wat een verschil met de vorige keer. (HV)
De zaterdag
Zaterdagavond opent Radical Face in de grote zaal van de Koninklijke Schouwburg. De singer-songwriter en de band die hij om zich heen heeft verzameld, trekken een bescheiden menigte die de muziek waarschijnlijk kent van de Nikon-reclame, niet zozeer van het drieluik aan albums dat dit jaar werd afgemaakt. En van een onuitwisbare indruk is vanavond helaas ook geen sprake. De liedjes van Radical Face zijn inwisselbaar en hebben te weinig urgentie om te blijven boeien. Bovendien komt het optreden nogal knullig en onbeholpen over. Tussen de liedjes kletsen de bandleden onverstaanbaar door elkaar heen en geen van hen lijkt echt alles te geven. Ze spelen wat ze moeten spelen, maar van plezier of passie is geen spoor te bekennen. Een gemiste kans voor Radical Face, dat juist nu had moeten laten zien dat er meer in zat dan dat ene hipsterhitje. (LdJ)
Ondertussen doet Flying Horseman op het stikdonkere zolderpodium van hetzelfde theater alle teleurstellingen van de vorige avond vergeten. De Belgen spelen een intens onheilspellende set, waarbij bands als 16 Horsepower, Madrugada en Talk Talk nooit ver weg zijn. Spookachtige geluidseffecten, ijle achtergrondzang en een machtig gitaargeluid, alles klopt. In januari terug op Eurosonic en daarna volgen hopelijk ook nog wat losse clubshows. Een knappe band die hier vanavond nog overheen gaat. (HV)
De Britse vijfmansformatie The Leisure Society [foto rechts] opent in zaal The Raven op volle sterkte met een flink volume. Later in de set wordt er wat gas teruggenomen, maar de band heeft in ieder geval direct de aandacht van het publiek. De groep maakt meerstemmige, volle indiefolk die wordt gekenmerkt door licht orkestrale arrangementen en het wat ruigere gitaarspel van zanger en frontman Nick Hemming. Zo heeft de band ook wat weg van Arcade Fire en Broken Social Scene, vooral omdat de liedjes live wat extra energie meekrijgen. The Leisure Society speelt overtuigend, en pakt na een kleine dip halverwege in de set de draad weer op met een stevig rockend einde. Klein puntje van kritiek: de dwarsfluit op links mag best wat minder op de voorgrond te horen zijn, zodat de andere fraaie arrangementen ook goed uit de verf komen.
John Grant [foto hierboven] is een gezellige, bebaarde Amerikaan met een buikje die is gezegend met een bloedmooie stem. Een stem zo diep, emotievol en doortastend dat zij de andere instrumenten op het podium haast overbodig maakt. Maar goed, die zijn wel degelijk nodig om de splinternieuwe elektronisch getinte nummers van de singer-songwriter te spelen. Zijn nieuwe stijl gaat er nog niet helemaal goed in bij het publiek, vooral omdat de disco-achtige synthpopnummers willekeurig verschijnen tussen ingetogen ballades en intense, emotionele pianoliedjes. Aan de andere kant zorgt die afwisseling er juist voor dat de set geen moment saai wordt. Toch lijkt Grant zich het meest op zijn gemak te voelen bij zijn licht verteerbare, kleine liedjes, waarbij zijn warme vocalen de boventoon voeren, in plaats van schelle beats en drumcomputers. (LdJ)
Jenny Beth heeft eerder vast niet zo'n aandachtige zaal gehad. De zangeres van Savages [foto rechts] is aanvankelijk ongemakkelijk, omdat ze tijdens het intro van 'I Need Something' alleen het geklik van de camera's vooraan hoort. Maar als iemand uit het publiek 'Louder!' schreeuwt, heeft ze meteen haar antwoord klaar: "Why don't you get louder?" Na die wat stroeve, maar spannende start gaat de zaal per nummer harder los en blijkt na 'Husbands' en het ziedende 'Don't Let The Fuckers Get You Down' dat iedereen nog steeds verkocht is.
De vier dames van Warpaint [foto hierboven] gaan hierna een stuk subtieler te werk en geven Crossing Border alvast een voorproefje van het aanstaande nieuwe album, afgewisseld met ouder en bekender werk. Eerste indruk: meer evenwicht tussen zangeressen Emily Kokal en Therese Wayman, meer elektronica en muzikaal meer ruimte voor experiment en sfeer. Het al uitgebrachte nieuwe liedje 'Love Is to Die' (Spotify) is in die zin niet helemaal representatief. Maar totdat de opvolger van The Fool uit is, blijft dat een eerste indruk. Warpaint lijkt nog wel eindeloos door te willen gaan met jammen na afsluiter 'Elephants', maar Kokal laat met frisse tegenzin weten dat de tijd op is. Dat belooft wat voor het eerstvolgende Nederlandse optreden, in Paradiso.
Het blijkt al jaren dat de taak om de Koninklijke Schouwburg af te sluiten geen makkelijke is. Veel bezoekers hangen liever nog even in de hal bij de bar om een glimp van de aanwezige schrijvers en artiesten op te vangen, kopen een boek, of pakken nog snel even wat van het Nationaal Theater mee. En inderdaad: These New Puritans [foto rechts] beginnen voor een driekwart volle zaal, die al na drie nummers langzaam leger wordt. En dat ligt zeer zeker niet aan deze groep, die overigens al eerder op Crossing Border te zien was met een groot orkest. These New Puritans doen het namelijk uitstekend en ze zijn ook met geen enkele andere band te vergelijken. Ze stralen van het podium met een unieke samensmelting van klassieke muziek, soundtracks, elektronica en artrock. Een groep die het publiek graag eventjes op het verkeerde been wil zetten, en het laat twijfelen of er al geklapt moet worden of dat het lied nog verdergaat, en daarna maar al te graag het applaus ontvangt. Maar ook zanger Jack Barnett ziet zijn zaal steeds leger worden. "We hebben de helft van jullie naar huis gespeeld", lacht hij tegen het einde van de set. Het weerhoudt hen er niet van om tot de laatste noot de aanwezige bezoekers in te pakken met fantastische, overweldigende soundscapes en allerlei lagen aan gitaren, drums en meerstemmige zangpartijen. Een waardige afsluiter, waar te weinig bezoekers getuige van zijn geweest. (LdJ)
http://www.kindamuzik.net/live/crossing-border/crossing-border-2013/24471/
Meer Crossing Border Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/crossing-border
Deel dit artikel: