Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
The Residents bestaan 30 jaar en nog steeds hullen ze zich in mysterie. Hun namen zijn niet bekend, op hun optredens vertonen ze zich niet, eigenlijk weet men zo goed als niets van hen. De gimmick waar alles achter schuilt gaat is de oogbal met de hoge hoed. De legende vertelt dat ze op het einde van de jaren '60 van Louisiana naar San Francisco trokken en in 1971 een cassette opstuurden naar Warner Bros., het label van hun grote helden Captain Beefheart. Daar was men absoluut niet onder de indruk en de tape werd teruggezonden. Gezien er geen afzender vermeld was, richtte men het schrijven aan The Residents en de naam was een feit. Overtuigd dat niemand ooit hun muziek zou willen uitgeven, richtten ze vervolgens hun eigen Ralph Records op.
The Residents is ook één van die groepen die steeds mijn aandacht ontglipt is. Hun nieuwe plaat, Demons Dance Alone werd na een stilte van vier jaar uitgebracht en vormt een goede reden om hierin verandering te brengen.
De bebloedde oogbal wordt door een demonische figuur gedragen, omringd door neerhangende gebalde vuisten. De plaat zou voornamelijk na elf september 2001 gemaakt zijn en is opgedeeld in twee delen. Tijdens het eerste deel, 'Tongue', vertelt een inleidende stem over een man die zo'n gigantische tong had dat hij er zijn oren er mee kon kuisen. 'Tongue' valt uiteen in "Loss", "Denial" en "Three Metaphors", deze drie delen worden gescheiden door lege tracks.
'Loss' wordt vooral gekenmerkt door een ingetogen melancholie en roept een David Lynch-achtige sfeer op. Vrouw en man brengen gezangen ten gehore die in je onderbewustzijn beginnen te gisten, luister maar eens naar 'The Car Thief' of het naar funk neigende 'Honey Bear'. ''Neediness' lijkt op een steeds versnellende draaikolk en na een stilte verrijst er een positiever geluid. "Denial" omvat vijf songs waarvan het hilarische 'Mickey Macaroni' het meest in het oog springt. 'Betty's Body' ligt in dezelfde lijn maar heeft een hoger symfonisch gehalte en is meer eclectisch qua opbouw. Het instrumentale 'Baja 5' roept dan weer een herinnering aan Victim’s Family op. Tijdens "Three Metaphors" hoor je op de achtergrond 'Jingle Bells' en een kinderstem vraagt zich in 'Make Me Moo' waarom ze geen koe kan zijn. "Cows never cry". Tekstueel wordt overigens gedurende het hele album een contrasterende sfeer opgeroepen. Pooh the poodle duikt op in 'Caring', een nummer over het begraven van een vader en in 'Mr Wonderful' figureert Norman, een muis die in een sok leeft.
Na het wegsterven van 'Demons Dance Alone', dat het tweede gedeelte omvat, vraag ik me af of het toch niet de moeite zou zijn om wat dieper in hun oeuvre te graven.
http://www.kindamuzik.net/recensie/the-residents/demons-dance-alone/2558/
Meer The Residents op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-residents
Deel dit artikel: