Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Take Root richt zich op aan americana verwante muziekstijlen, maar het festival heeft zich er nooit blind op gestaard. Ver buiten het genre bekende namen als Wilco, Ryan Adams en het inmiddels bijzonder salonfähige The War on Drugs speelden al in Groningen of Assen, waar het festival eerder plaatsvond. Met onder andere golden oldie Joan Baez, de mosey van Daniël Romano en de cowpunkers van Slobberbone is de line-up van dit jaar zeer gevarieerd.
De afzegging van rockabillylegende Wanda Jackson zorgt wel voor een fikse kater voordat de zeventiende editie festival überhaupt van start gaat. Stante pede is Carrie Elkin [foto boven] aan de line-up toegevoegd. Aan zelfkennis geen gebrek bij de Texaanse als ze zingt: "My voice is real but not my own." Dat die lieve song 'Echo in the Hills' heet, is ook wel duidelijk als ze de titel eindeloos blijft herhalen. Ook 'Love is a Rose' - geschreven door Neil Young en door Elkin gebracht als de versie van Linda Ronstadt - breekt geen potten. De enige vorm van sensatie bij dit spanningsloze middagoptreden lijkt nochtans afkomstig van de celliste wier strijkstok gedurende het optreden steeds verder uit elkaar dreigt te vallen. Elkin is vooral in de wolken vanwege haar aankomend huwelijk met Danny Schmidt. Met hem nam ze ook recent een duetplaat op. Schmidt heeft nu zijn eigen solocarrière aan de kant gezet om voorbereidingen te treffen voor de grote dag. (MD)
Hated by the Sun heet de plaat die het Canadese Hellshovel uitbracht en de band speelt zijn liedjes terwijl op het buitenterras de eerste biertjes worden genuttigd in diezelfde volop stralende zon. Zoals het een goede garageband betaamt, zoekt Hellshovel het in de jaren zestig en de referenties aan de Nuggetsbandjes druipen er vanaf. De band uit Montreal koppelt lome punk aan duistere pychedelica en het enige probleem van het prima optreden is dat je de band liever laat op de avond in een donkere club had willen zien. (BB)
Een bezoeker omschrijft Ethan Johns treffend als een man met een baard. Je kunt de oude hippie met geel ruitjeshemd zonder gitaar inderdaad niet onderscheiden van het publiek. De Engelsman begint met enkele saaie liedjes op akoestische gitaar. Voor even verruilt hij de keurige folkmuziek voor ruige blues. Als hij samen met de drumcomputer een potje op de elektrische gitaar gaat jammen, denkt de producer van onder meer Kings of Leon dat hij zich onbespied in zijn studio waant. Daarbij lijkt hij niet gehinderd door het ontbreken van enig muzikaal talent. De normaal zo kritische aanhang van Take Root blijft nu verbouwereerd achter in de stoeltjes, met uitzondering van een kleine groep die zich laat misleiden door Johns' status in de muziekwereld. (MD)
In de grote zaal is er op zich weinig aan te merken op de muziek van Israël Nash. De roestbruine americana van het drietal zit prima in elkaar en wordt gedragen door de rauwe stem van Nash. Toch is het woord 'degelijk' nog het meest van toepassing, want er gebeurt weinig dat de verder best sfeervolle countryrock echt verrassend, spannend of bijzonder maakt. Na het zoveelste midtempo nummer met grommende gitaar en huilende lapsteel is Nash vooral een beetje saai en zouteloos.
In de foyer mikt Natural Child op de heupen. De heren geven een lekkere draai aan de klassieke rhythm-and-blues en zingen over belangrijke zaken als te veel whisky drinken en kotsen in een tuin. De band is een soort hillbillyversie van The Rolling Stones en komt met goede, groovende ritmes, stevige gitaarescapades en Doors-achtige orgeltjes heel aardig uit verf. Dat het af en toe een beetje warrig en richtingloos aandoet, zij Natural Child vergeven. (BB)
Hoewel de naam van het duo truttigheid suggereert, zijn Dave McGraw & Mandy Fer de eerste verrassing van de dag. Vooral de jonge zangeres weet te overtuigen met veel enthousiasme, humor en een speelse stem die herinnert aan Rickie Lee Jones in haar begindagen. McGraws vocalen en podiumperformance zijn beduidend minder overtuigend. Daarnaast voegt een djembé in dit genre ook weinig toe. Later komt een drummer het gezelschap versterken. Ook omdat er problemen met het geluid zijn, vallen sommige keuzes moeilijk te begrijpen. Een solo-optreden van Mandy Fer, dat is nu echt iets om naar uit te kijken.
In de grote zaal worden oude herinneringen opgehaald bij een kalmerend optreden van Joan Baez, met zelfs een voor dit festival hoog Omroep MAX-gehalte. Blijkbaar is er nog net geen sprake van vergane glorie. 'It's All Over Now, Baby Blue' zingt het publiek massaal mee, zodat de rode sjaal van de levende folklegende bijna begint te wapperen. Het heeft iets aandoenlijks, maar op deze editie zijn de brave songs niet bestand tegen het gitaargeweld dat een paar minuten later in de foyer losbarst. (MD)
De broodnodige opdonder komt van Jack Oblivian & The Sheiks. De band klapt er vol in met stevige garagerock die rechtstreeks in het verlengde ligt van Jacks oerband The Oblivians. Met The Sheiks laat Jack wat meer ruimte en lucht in zijn liedjes toe, zodat de invloeden uit thuisstad Memphis nog sterker naar voren komen. Het optreden is een energieke cocktail van punk, r&b, soul en blues. Waar twee jaar geleden Greg Cartwright met zijn Reigning Sound de show stal, is het nu Jack Oblivian die op een even achteloze manier met fantastisch geschreven liedjes strooit. Jack en zijn Sheiks zijn het hoogtepunt van de avond en voor de echte volhouders doen ze dat later op de avond nog eens dunnetjes over op het Uncontrollable Urge Festival, een punkfeestje dat even verderop in de stad wordt gehouden.
Waar Daniel Romano de dag ervoor nog een volgelopen Vera vermaakte, mag hij nu in de Grote Zaal van de Oosterpoort de wegens ziekte afgehaakte headliner Wanda Jackson vervangen. Het gaan de Canadees en zijn band prima af. Mosey, zoals Romano zijn muziek zelf noemt, is feitelijk stijf authentieke country die bol staat van de croonende snikzang en sentimentele teksten. Het gaat er uitstekend in bij het publiek, dat smult van de tragische, uiteraard niet zonder knipoog gebrachte liedjes. De band moet weliswaar iets harder werken dan een dag eerder, maar dat ze zonder al te veel moeite overeind blijven zegt veel over de kwaliteit van Romano's liedjes en de frisse impuls die hij aan een stokoud genre weet te geven.
Het is twaalf jaar geleden dat Slobberbone voor het laatst in Nederland speelde en frontman Brent Best ziet er met zijn enorme baard inmiddels uit als een vogelverschrikker. Maar heel veel meer dan dat is er niet veranderd, al wordt gitarist Jess Barr momenteel vervangen door Micah Schnabel van Two Cow Garage. Slobberbone heeft nog altijd het hart op de tong en de rauwe countrypunk staat of valt met het gepassioneerde spel en de inzet van de bandleden. Twee nieuwe liedjes zijn de aanvulling op een dwarsdoorsnede van de vier albums de band maakte. Van het lomp beukende 'Barrelchested' tot de luidkeels meegezongen afsluiter 'Give Me Back My Dog' is het een heerlijk weerzien met een band die niets anders kan en wil dan de nog altijd euforisch klinkende liedjes spelen. En daar is de hele Oosterpoort Slobberbone dankbaar voor. (BB)
Twee americanabeloftes staan afzonderlijk in de kleine zaal: John Fullbright en Robert Ellis [foto hieronder]. Beiden hebben niet veel nodig om het publiek te vermaken. De Amerikanen zetten later op de avond een weergaloze set neer, zowel op akoestische gitaar als op piano. Fullbrights bulderstem vult de zaal tot diep in de achterste rijen, terwijl je bij de breekbare vocalen van Ellis een speld kan horen vallen. De zanger nipt continu aan whisky uit een plastic bekertje, dat op een kruk naast hem staat. Behalve veel werk van het voortreffelijke album The Light from the Chemical Plant en een nieuwe song over een olifant zingt deze gast uit Nashville ook prachtige nummers van Richard Thompson, Norman Blake en George Jones. Waarschijnlijk is er geen mooiere manier om een rootsfestival te beëindigen dan met de klassieker 'The Grand Tour' van laatstgenoemde. (MD)
Met dank aan altcountry.nl voor de foto's
http://www.kindamuzik.net/live/take-root/take-root-7676/25287/
Meer Take Root op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/take-root
Deel dit artikel: