Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Op avontuur in Den Haag, tijdens Rewire betekent dit steeds weer nieuwe muziek op steeds weer nieuwe plekken. En: een festival als reisgids langs bekende en onbekende paden, van de platgetreden sporen af en naar de steegjes en krochtjes waar de authentieke parels te vinden zijn. Met op de eerste dag onder vele anderen Corsano & Rasmussen, Gnod en Oren Ambarchi. Sven Schlijper Rewire betekent ook verwennerij. En keuzestress. Er is veel, te veel. Diep in de nacht het licht aandoen bij Powell en 's middags alweer aandachtig present tekenen bij een workshop Ableton zit er niet in. Wakker worden met Filosofische Stilte daarentegen is beslist geen straf. Wegzakken in de stoelen van de tribune in Korzo II, kijken hoe de ranke vingers over de sampler flitsen en horen hoe heerlijk rijk de warme klanken zijn. Zware baslijnen versmelten met ijle melodieën of zangsamples en komen uit bij een verdraaid innemende mengvorm van een downtempo Casiotone for the Painfully Alone en Lamb. En dan heeft deze jongeling ook al de meeste pluspunten van het festival verdiend vanwege de fabelachtige artiestennaam.
In een keldertje zijn ook nog twee eerbetoontjes aan de jammerlijk overleden grootmeester van de Nederlandse geluidkunst Paul Panhuyzen te horen en te zien, op video dan. Dat doet Panhuyzen niet heel veel eer aan, maar aan de andere kant is het zeker fair om te stellen dat hoewel iedereen deze beelden ook kan opsnorren op de internetkijkbuis, weinigen dat uit zichzelf zullen doen. En nu wordt het werk geserveerd met context en dat is wel zo charmant. Het tekent Rewire als een festival met bijzonder weinig blinde vlekken. Dat blijkt ook wel uit de twee platenzaken Underbelly en Wichelroede die de underground over de volle linie bestrijken voor de betere souvenirs en noodzakelijke boodschappen, ook in drukwerk.
Aanbidding
In de oud-katholieke kerk hangt een enorm schilderij boven het altaar. Een joekel van een Jezus kijkt op ons stervelingen neer. Hemels en goddelijk is ook wat Mette Rasmussen op saxofoon brengt met percussionist Chris Corsano. Zij verkent haar instrument qua textuur en timbre in een halfuur volledig en virtuoos. Dat niet alleen: ze zoekt en vindt de dialoog met de ruimte en ook met de natuurlijke resonantie en de echo van de kerk. Tel daarbij op dat Corsano flitsend rap, intens ingetogen speelt - bij vlagen is het niet herkenbaar als percussie - en ook nog eens dat ze allebei musiceren alsof het nauwelijks moeite kost, zonder ook maar enigszins te willen pochen. Dan weet je dat Corsano & Rasmussen [bovenste foto] op het scherpst van de snede de ultieme muziek van het huidige moment brengen. Hier komt enorm veel talent samen met jarenlange studie aan conservatoria. Hier hoor je vele, vele gemaakte kilometers. Hier hoor je dat ze hun instrument van binnen en van buiten tot op de nanometer kennen en hier hoor je ook hoe ze zichzelf en elkaar voortdurend uitdagen in muzikaal gesprek, onderling en met de ruimte. En dan rest vooral amechtige aanbidding in verbijsterde ver- en bewondering.
Nog lang niet uitgeluld
Op de band is nauwelijks iets aan te merken. Op de plek van handeling zo ongeveer alles. Wie haalt het in zijn hoofd om Gnod neer te plempen in 330 Live? De frontman staat op de vlakke vloer, een dikke paal min of meer recht voor zijn neus en er past nagenoeg niemand in de kelder. Ideale omstandigheden? Nou, nee. En dat terwijl Gnod al tig klasbakreleases uit heeft en een dijk van een livereputatie meebrengt. Kortom, zet deze band in de Korzo en je hebt een publiekslieveling van jewelste te pakken. Nu blijft het een bandje voor de happy few. Die bestormen prompt de bandplatenkraam na afloop van de vijfenveertig minuten durende tour de force waarin Current 93-achtige mantra's worden afgeslacht door noisestromen van Mogwai-makelij, Throbbing Gristle-industrial op visite gaat bij krautrockmotorieken en Sonic Youth innig knuffelt met My Bloody Valentine. Let wel: geen seconde klinkt Gnod als een kopietje van de genoemde namen. Daarvoor is deze club veel te eigenzinnig. Ook hier geldt weer: meters maken, meters maken, meters maken en hoor het resultaat. Klip en klaar nog lang niet uitgeluld na drie kwartier. Zet dat maar eens af tegen bijvoorbeeld Evian Christ, die na tien minuten al niet echt meer weet hoe het verder moet.
Echt luisteren
Luisteren en de tijd daarvoor nemen, het is de hedendaagse mens naar verluidt steeds minder gegund. De skip-knop is meer favoriet dan de artiest. Attentie daalt tot een paar tellen. Steeds is een drop nodig. Of een nieuwe kick. Eén zo'n riedel van Evian Christ is een kekke hit, maar weet jij veel dat hij geen idee heeft hoe over album- of setlengte te overtuigen? Precies. Dat weten The Void Pointers wel. Althans, je vraagt je heus wel af waarom ze met drie man deze muziek moeten maken, behalve dan dat het wellicht gewoon gezellig is samen. En dan begint het kwartje te vallen, want hoewel de composities nog niet helemaal je van het zijn en ergens tussen zeer knap gelaagde ambient soundscapes en Múm plus Sigur Rós-erupties meanderen, doemt allengs een klankbeeld op dat loepzuiver is en van veel diepgang getuigt. Dit imponeert en dwingt tot luisteren, zonder dat je ook maar een halve jota aan begrip hebt van hoe het gemaakt wordt. Gewoon een halfuur lang echt luisteren.
Aan de bak
Oren Ambarchi [foto hierboven] heeft percussionist Will Guthrie meegenomen. Samen spelen ze een interpretatie van wat op de lp Live Knots verschenen is. Daar mag je voor gaan zitten. Of je blijft staan, kijkt je ogen uit en wiegt mee op de cyclische en - naarmate de set van dertig minuten vordert - aan dynamische hectiek winnende drums. Schimmen en nabeelden van gitaarpatronen glijden in feedback en sustain over elkaar heen en jengelen om aandacht, want Ambarchi moet aan de bak wil hij zich doen gelden tegenover het razende, maar immer speelse geweld van Guthrie. De twee jutten elkaar op en hoewel ze echt niet ongelofelijk veel samen gespeeld kúnnen hebben, blijkt hun meesterschap uit het zonder feilen aanvoelen van elkaars volgende stap. Als boksers die om elkaar heen dansen delen ze tikken, stootjes en beuken uit, waarbij de fermste klap de zachte streling van een bekken is waarmee Guthrie er een eind aan maakt. De stilte die dan invalt, blijkt het uitroepteken achter een fenomenaal en adembenemend bezwerend spel voor twee.
Doorpakken
De dansnacht van de zaterdag kent een molensteen als centrale figuur. Een monoliet die moeizaam op gang komt en je als aan de grond genageld overrompelt met een spervuur aan flitsende raps en logge shoegaze-noisebeats. De grime van The Bug is nauwelijks een diesel te noemen. Hij klinkt aan het begin eerder als het geluid dat hoorbaar was toen de elementen van Stonehenge versleept werden: oer-achtig, schurend, knarsend en niet vooruit te branden. Als hij het zaakje echter eenmaal aan de gang heeft, weet The Bug van geen ophouden en dan rolt de boel als een malle. Een lawine aan overstuurde noise wordt tot op hert niveau van My Bloody Valentine of Sunn o))) opgeschroefd en de furie van de rapper ("Louder! Louder! Louder!") jakkert de adrenaline nog hoger, geholpen door stroboscopen op speed. Een dollemansrit richting catharsis wordt het en als je denkt dat het niet gekker wordt, dan laat The Bug nog maar eens een stilte vallen. Einde oefening? Nee hoor. Doorpakken en een tandje erbij. Nog een afranseling. En nog een. En nog eens. Tot white out in white noise. Subtiel is anders, maar als het stuk moet, kun je The Bug altijd even bellen. Een climax op orkaankracht, simpel. Punt.
Na twee dagen Rewire en een blik op het blokkenschema valt op hoeveel lezingen er van deze verhalenbundel mogelijk zijn. Je had ook voor de hippe grote namen kunnen gaan, Grouper en Godspeed You! Black Emperor op de vrijdag bijvoorbeeld. En Jenny Hval op de zaterdag, plus Neneh Cherry. Je had een compleet vrouwenprogramma kunnen volgen, met inbegrip van Holly Herndon en Saskia Lankhoorn. Een clubweekend was een optie geweest via Ron Morelli, Pearson Sound tot en met Unit Moebius. Kon allemaal. En net als bij een superbe roman, zit je na afloop vooral met een dip. Laat die euforie nu een van de prettigste vormen van gemis zijn. Een leegte die eigenlijk ook alleen gevuld kan worden door een volgend Rewire.
Foto's Jan Rijk
http://www.kindamuzik.net/live/rewire/rewire-dag-2/25938/
Meer Rewire Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/rewire
Deel dit artikel: