Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Zonder echt grote namen of de nodige verrassingen leunt het tweedaagse festival Motel Mozaïque dit jaar sterk op de jarenlange status als een van de meest prominente festivals van de havenstad. De geheide formule van muziek en andere vormen van kunst, zoals dans, theater en film, lijkt haast onverwoestbaar. Daarnaast weten enkele trouwe publieksfavorieten, waaronder Blaudzun op vrijdag en Patrick Watson en de Noorse muze Ane Brun op zaterdag, voor een degelijke opkomst te zorgen. Andere acts, zoals de Amerikaanse bands Light Asylum en Of Montreal moeten het vooral hebben van hun geduchte livereputatie.
Vrijdag
In de grote zaal van de Schouwburg opent Anna Plaschg, alias Soap & Skin, het festival op indrukwekkende wijze, met bliksemschichten en flinke scheuten elektronica, om daarna als een lief klein meisje achter de vleugel te kruipen. De Oostenrijkse met verlopen make-up en regenjas lacht niet en zegt geen woord. Als ze acteert, dan doet de jonge zangeres dat verdomd goed. Toch voegt het opengetrokken blik met cellisten weinig toe aan de performance, zoals ook de tweede plaat Narrow lichtelijk teleurstelt. Die keer dat ze zielsalleen op State-X New Forms stond, staat nog altijd diep in het geheugen gegrift.
De zeskoppige band White Rabbits weet Rotown van voor tot achter te vullen. Vanavond wordt er veel nieuw materiaal gespeeld van het laatste album Milk Famous, waaronder de aanstekelijke electropopsingle 'Heavy Metal' en het dreigende 'Percussion Gun'. Vooral tijdens deze laatste valt het uitmuntende werk van de ritmesectie op, die zorgt voor een stevige basis van alle liedjes. Vooral door zanger Stephen Patterson lijkt de muziek op sommige momenten op Phoenix, dan weer op Shout Out Louds of Spoon. Een veelbelovend en bovengemiddeld optreden, van een band die zowel spanning als ontspanning in zijn set weet in te bouwen.
Bowerbirds is een band met een verhaal. Na een moeilijke tijd verschijnt de cd The Clearing, als zonneschijn na regen. Dit opvallend sterke album krijgt alle aandacht in het zaaltje aan de Gouvernestraat. De zanger is als een warrige hippie. Ook de rest van de band balanceert op het randje van imperfectie. Juist hierdoor creëert het gezelschap uit Noord-Carolina een prettig spanningsveld. Met hartverwarmende samenzang, ingetogen melodieën en een bescheiden blijdschap weten ze moeiteloos de aandacht vast te houden.
In Rotown klinkt ondertussen de elektronische kraut-wave van 120 Days hard door de speakers. Live ligt de nadruk vooral op de elektronische passages, die soms uitmonden in een pittige portie techno. Daar is op zich niets mis mee, behalve dat de show zich tegen het einde begint te vormen naar een soort allesverwoestend technofeest. De sfeer, de muziek, de mensen en bovendien de Noren op het podium passen juist totaal niet in dat plaatje. 120 Days zorgt voor gemengde gevoelens: het is geen moment slecht, maar wat de band nu precies wil en wat ze van het publiek verwachten is een groot raadsel.
De temperatuur in het voormalige filmhuis stijgt met de minuut. Als Jamie N Commons het podium op komt, begint de zaal al snel op een sauna te lijken. Onder de huid van de jonge bluesboy schuilen veel oude zielen. Met zijn hoed en lange haren doet hij denken aan de stroman uit The Wizard of Oz. Zijn stem roept echter onmiddellijk associaties op met heren als Tony Joe White en Tom Waits. Toch valt er nauwelijks te tippen aan de authenticiteit van de Brit en zijn gedreven begeleiders. Alles is echt. Hij neemt het publiek de nacht in met intens gitaarspel en een stem als een spade in mossige aarde.
De vrijdagavond wordt in de grote zaal van de Rotterdamse Schouwburg afgesloten met Of Montreal. Al direct is zichtbaar dat de band zich visueel gezien flink heeft uitgesloofd: zo'n acht schermen met visuals op het podium, kleurrijke pakken en twee dansers die zich ieder nummer in een andere outfit hijsen. De zure nasmaak van het circus op het podium: de zwakheid van veel liedjes wordt ermee verbloemd. Toegegeven, Of Montreal is heus wel een fris en aangenaam bandje om naar te kijken, maar de liedjes blijven niet hangen. De band wil zo graag, maar komt echt niet in de buurt van het niveau van MGMT, Scissor Sisters of The Flaming Lips. Ook niet met confetti en een leuke verkleedpartij.
Zaterdag
Willy Moon [foto boven] is maar een rare kwast. De Nieuw-Zeelandse zanger in zijn krappe bruiloftpak is van het soort consultanttype, dat nogal perfectionistisch overkomt, zoals ook de strakke scheiding in zijn kapsel doet vermoeden. Hij kan niet dansen en zingen, dus je vraagt je continu af wat hij op het podium heeft te zoeken. Het gestuntel met de oordopjes suggereert dat hij meer op zoek is naar een baan als helikopterpiloot of tv-presentator. Als festivalclown ontbreekt minstens één essentiële zaak: humor.
Op het optreden van Lisa Hannigan [foto onder]is weinig aan te merken. Ze speelt een goed opgebouwde set, beginnende met een prachtige solo, met maar liefst twee toegiften. Daarbij laat Hannigan zien hoe zij de perfecte controle heeft over haar stem, en bovendien beschikt over een sympathieke en aandoenlijke uitstraling. Ten slotte is de band die ze op sleeptouw neemt hoog muzikaal begaafd en zou de zanger aan haar rechterzijde niet misstaan in een operastuk. Maar waar gaat het dan mis? Waarschijnlijk bij de voorspelbaarheid, het veilig spelen, het uitblijven van hoogtepunten (al komt 'Knots' aardig in de buurt). Hannigan moet meer lef en spontaniteit tonen om haar show te redden van suffigheid.
De zaterdag kent maar weinig lichtpuntjes. In discotheek Off Corso geven The Antlers [bovenste foto]een aardige workshop psychedelische rock voor beginners. Van hippe indierock is nauwelijks sprake. De Amerikanen die zich volledig concentreren op hun muziek refereren meer aan Pink Floyd. De opbouw van de melodieuze klanken kost enige tijd, maar als je er eenmaal aan toegeeft, is er niet snel een weg terug.
Met het uitbrengen van de nieuwe plaat Given to the Wild is de gehele live-ervaring van The Maccabees, ten opzichte van een jaar geleden, compleet veranderd. En dat is een compliment: eerder leunde de band vooral op razendsnelle ritmes en elkaar overlappend gitaarspel, nu is er ook ruimte voor rust, doordachte songstructuren en verrassende instrumentale uitbarstingen. Het nieuwe materiaal, dat de eerste helft van de set domineert, wordt met een enorme overtuiging voor het aandachtige publiek gespeeld. Ook de oudjes zoals 'First Love' en 'Precious Time' doen het nog goed, maar het is zelfs bijna zo dat de band zich daar tekort mee doet. De bevlogenheid in hun nieuwe jasje staat ze namelijk heel goed.
De nieuwe locatie Minimall puilt zoals verwacht uit bij aanvang van Django Django. De kleine blogbuzz rond deze groep en de aanstekelijke single 'Default', zijn hiervan de oorzaak. Live maakt de band de verwachtingen waar: de muziek klinkt fris, dansbaar en wordt met een dynamiek gebracht die de albumversies vele malen versterken. Django Django kiest liever voor simpel en doeltreffend spel dan technische muzikale hoogstandjes, en dat siert ze. Het publiek gaat los op de dansbare afroritmes, ondanks de volgepakte locatie die de band zelf treffend omschrijft als pizzaoven.
http://www.kindamuzik.net/live/motel-mozaique/festivalverslag-motel-mozaique-2012/22809/
Meer Motel Mozaique op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/motel-mozaique
Deel dit artikel: