Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Net als vorig jaar begint Eurosonic op woensdag. In principe is het een opstartavond: bij de meeste kaartjes is de woensdag niet inbegrepen en er spelen veel bandjes die op donderdag of vrijdag nog eens terugkomen. Toch is het meteen dringen. Bij café De Spieghel staat een flinke rij en ook bij Vera mag je blij zijn als je binnenkomt. Het is te wijten aan de 'scanbare polsbandjes', waarmee de organisatie de bezoekersstromen in kaart wil brengen. "Big Brother is watching you", wordt er gegrapt en omdat niet alle scanapparaatjes goed werken ziet Big Brother veel gefrustreerde mensen voor de ingang staan.
In het Grand Theatre mag Intergalactic Lovers (bovenste foto) aftrappen en net als de scanapparaatjes buiten hebben ook de Belgen opstartproblemen. De band is nerveus en de toch best sfeervolle pop komt niet lekker uit de verf. Dankzij de stem van zangeres Lara heeft het wel iets van een PJ Harvey light, maar het lukt het de band niet om de spanning erin te houden. Ook in Vera komt het niet echt los. De Ierse Lisa Hannigan ziet eruit als Vrouwtje Theelepel en haar folkliedjes zijn wel heel erg braaf. Daarna is 2:54 wel iets spannender, maar niet heel veel. De op shoegaze geënte doemrock is vooral futloos en weinig origineel. Vadoinmessico is ronduit vervelend. De band doet een semi-akoestische variant op Vampire Weekend, met een even uitgekauwde als ingestudeerde combi tussen pop en wereldmuziek. (BB)
Het Estse Ewert and the Two Dragons verrast wel. Niet benauwd voor banjo of glockenspiel spelen de heren doortimmerde rootspop met schitterende refreinen. Indietwists houden het spannend. Het Noorse 120 Days (foto hieronder) mag het licht uitdoen met een batterij aan elektronica, een bassist en ijle zang. De band laveert soms meeslepend tussen Orbital en een dansbaar Biosphere. In de zangloze stukken blijft het bij donkere, maar degelijke dansmuziek. (AR)
Donderdag
In Het Paleis begint The Black Atlantic aan een thuiswedstrijd. De band teert op het debuut uit 2009, genaamd Reverence for Fallen Trees. Vanavond is er echter een nieuwe release te vieren: de ep Darkling, I Listen. Een ep lijkt een karige beloning voor het lange wachten, maar 'beter iets dan de niets', denkt de nuchtere Groninger. Van een koerswijziging is verder geen sprake, hooguit kiest het viertal op onbewaakte momenten voor een stevigere aanpak. Dat laatste is geen bittere noodzaak; men luistert aandachtig. (MD)
Ook in de Stadsschouwburg wordt er aandachtig geluisterd. Amatorski (foto hieronder) bestaat uit vier Belgen, die even breekbare als mooie muziek maken. Met staande bas, xylofoon en breed uitwaaierende gitaareffecten laveert de band tussen de triphop van Portishead en de slowcore van Low. De ijle zang van de dodelijk verlegen zangeres en de inventieve drumpartijen houden de muziek even avontuurlijk als kwetsbaar. Een vroeg hoogtepunt.
Na het verstilde geluid van Amatorski, is de instrumentale bak herrie van God is an Astronaut als een klap in je gezicht met een natte handdoek. De Ieren werken volgens het postrockstramien - met instrumentale nummers en spacey toetsen - maar zijn eigenlijk metalheads. Er roffelt een dubbele bassdrum, de bas heeft zes snaren en her en der wordt voorzichtig geheadbangd. (BB)
De leden van Sleep Party People uit Denemarken dragen konijnenmaskers en klinken alsof ze hallucinogeen knaagdierenvoer hebben gehad. Ze maken synthedelica in de stijl van Black Moth Super Rainbow. Met vocoder, drums, synths en gitaar creëren ze een ijl geluid, dat zowel mysterieus als lieflijk klinkt. De zaal loopt leeg bij zoveel afstandelijke vaagheid. De volhouders krijgen gelijk, want de band sluit af met prachtige climaxen waarin shoegazegitaar en synthbombast elkaar omarmen. (AR)
Sinds de Sugarcubes komen IJslandse artiesten makkelijk weg met een grappig accentje en fleurige jurkjes uit grootmoeders tijd. Soléy (onderste foto) is de overtreffende trap van truttigheid. Ze ziet eruit als het gepeste meisje van school. De fragiele songs op piano en gitaar komen zowel gekunsteld als gemeend over. De drummer met koptelefoon heeft een luizenbaantje. Later op de avond zorgt landgenoot en Dolly Parton-fan Lay Low voor een vrolijke noot met stevige popliedjes. De country-invloeden zijn thuis gelaten, waardoor ze weinig onderscheid weet te maken ten opzichte van de rest van het programma. (MD)
Als Soléy het gepeste meisje van school is, dan is Tove Styrke het klasgenootje op wie je stiekem verliefd bent. De Zweedse zangeres is jong, blond en kent alle verleidelijke dancemoves. Muzikaal is het veel minder interessant. De oud-Idols-deelneemster klinkt als een iets actueler geproduceerde Madonna. Haar voor de hitparades bedoelde electropop is even luchtig als vluchtig. (BB)
Het ongekamde kapsel van de Benjamin Francis Leftwich belooft veel goeds. Zijn songs blijken alleen veel te keurig en precies op maat geknipt voor het 3FM-publiek, dat in drommen naar Huis de Beurs is gestroomd. Het 'Praathuis' zou overigens een betere benaming zijn voor dit honk. De Britse singer-songwriter op het podium maakt slechts onderdeel uit van het vervallen decor.
Wie Old Jerusalem zegt, zegt Palace Brothers. De Spaanse zanger, die zijn naam aan een song van Bonnie 'Prince' Billy ontleent, lijkt echter meer op de leraar uit Beavis & Butthead. Zijn nasale zangstem en semi-grappige songteksten hebben weinig om het lijf. Op cd klinkt het mooi, maar live valt Old Jerusalem genadeloos door de mand. (MD)
Thulebasen valt nog het meest náást diezelfde mand. De Denen doen hun best om zo vreemd mogelijk voor de dag te komen. Met weirde, psychedelische rock die bol staat van de rare synth-effecten en galmende zang. Iets te vreemd voor de meeste mensen in de Grote Zaal van Vera, die dan ook aardig leegloopt. Volhouders zien drie prettig gestoorde Denen, die het op momenten heel aardig doen, maar te weinig goede songs hebben om echt indruk te maken. (BB)
Het Weense Elektro Guzzi speelt stuwende minimale techno met een rockuitrusting van drums, bas en gitaar. Alles is analoog. De twee gitaristen hebben effectpedalen en -knoppen aan hun voeten, of bewerken snaren met een strijkstok en wekken zo een geluidshypnose op. Drie kwartier lang regeert de drummer met strakke hand en het publiek komt in beweging op dit hoogtepunt van de avond. Menig house-dj zou een moord doen voor zo'n weergaloze, opwindende set. Elektro Guzzi doet iets nieuws en solliciteert nadrukkelijk naar een plek op de zomerfestivals.
Oost-Europa spreekt een steeds nadrukkelijker woordje mee op Eurosonic. Instrumenti komt uit Letland en maakt op het eerste gehoor campy gaypop met songfestival-aspiraties. Vol elektronica, bombastdrums en falsetstemmen. Schijn bedriegt, want er komt dwarse pop met veel ritmewisselingen tevoorschijn. Zo klinkt het duo als Scissor Sisters in een experimentele bui. In Riga speelden de Letten al voor vijfduizend man. Aan hun nette pakken en uitbundige lichtshow te zien, kun je je dat prima voorstellen. (AR)
Bij The Minutes in studentensociëteit Vindicat gaat het verstand op nul. De drie Ieren rammen zich op zo lomp mogelijk wijze door hun nummers heen. Her en der wat garagepunk, maar ze hebben nog het meest van de al even subtiele Danko Jones. Vooral de zanger maakt er een flinke act van, met boze blikken en scheldpartijen op het publiek. Dat is ongeveer tien minuten leuk. Dan wordt het flauw, net als de muziek. (BB)
Flauw of niet, pretentieloze en marginale rockbandjes, zoals Dog is Dead uit Nottingham, zijn prima op hun plek op Eurosonic. Het is fijn om ook eens een Britse band te zien die niet strak in het pak zit. Slonzige truien, speelse keyboards en een warrige haardos doen eerder aan Pavement denken dan aan The Beatles. Bijzonder is dat niet, wel vermakelijk. (MD)
http://www.kindamuzik.net/live/eurosonic/eurosonic-2012-de-woensdag-en-de-donderdag/22463/
Meer Eurosonic op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/eurosonic
Deel dit artikel: