Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Of Matthew is verkouden of hij rookt als een ketter. Hoestend en proestend begint hij zijn verhaal, in het begin twijfelend maar naarmate ons gesprek vordert steeds meer zelfverzekerd en ontspannen. “Het is erg snel gegaan, we zijn sinds 2000 bezig met kleine optredens in een club in New York, Enids. Daar gaven we wat shows en uiteindelijk hebben we met wat eigen materiaal een demo opgenomen. Die demo werd al snel opgepikt door het Britse Rough Trade en toen ging het balletje snel rollen.”
Wat heet snel, in een jaar tijd zijn The Fiery Furnaces uitgegroeid tot bewonderenswaardige creatieve stuiteraars. Bovendien zijn het harde werkers. Vorig jaar kwam hun debuut Gallowbirds Bark uit, daarna zijn ze meteen opgepikt door de landelijke en internationale pers en als vernieuwend en fris bestempeld.
Voor of tegen
Maar niet iedereen deelt die mening, het lijkt alsof er twee kampen zijn. Het pro-kamp vindt ze geweldig en het anti-kamp houdt het op irritant of ronduit verschrikkelijk. “Oh breek me de bek niet open! Daar zijn we ons ook van bewust ja”, zegt Matthew alsof ik het heb over de moedervlek waarvan hij alleen weet waar die zit, maar hij zit er niet zo mee. “Blueberry Boat is ook geen gemakkelijk album. Je moet er doorheen ploeteren en het niet te snel opgeven. Ik begrijp goed dat er mensen zijn die dit gewoon niet willen horen. In de Engelse pers wordt Blueberry Boat erg verschillend besproken. Eén blad gaf ons zelfs maar één uit tien sterren!” Hij lacht erom, dan weer serieus: “Maar er zijn ook mensen die het te serieus nemen en onze bedoelingen verkeerd opvatten. Voor ons is het in eerste instantie gewoon lol.”
Caleidoscoop
Lol of niet, ze werken wel degelijk met een plan. De bedoeling die ze hebben, verschilt per album, het tweetal werkt graag volgens een bepaald concept. De caleidoscoop aan invloeden die op het nieuwe album te horen is, lijkt op het eerste gehoor ongelooflijk ondoordringbaar, een taaie indiemengelmoes, geflipte electronica, steigerende countrygitaren, van de hak op de tak springende liedjesstructuren en enorme lappen teksten die vaak conceptueel in elkaar zitten. Wat was het plan toen ze voor het eerst de studio in doken? Matthew: “Het is een heel gedoe om het album zo te laten klinken als het nu klinkt. Het lijkt allemaal heel vrijblijvend, heel springerig, naïef misschien maar er gaat veel werk zitten in het naïef laten klinken van onze muziek. Ik houd absoluut niet van perfecte muziek, voor mij zit de perfectie in imperfectie, daardoor wordt muziek charmant. Maar het kost moeite om het over te laten komen alsof het met een biertje in de ene hand en de gitaar in de andere is opgenomen.”
Een wezenlijk verschil tussen Gallowbirds Bark en Blueberry Boat is dat de liedjes een stuk langer zijn. Op hun debuut lag het gemiddelde zo rond de tweeëneenhalve minuut. Nu is dat dik zes minuten. Met uitschieters naar net onder of meer dan tien minuten (‘Quay Cur’, ‘Blueberry Boat’ en ‘Inspector Blancheflower’). Die uitbreiding nodigde uit tot nog een wijziging. Matthew zingt ook op Blueberry Boat, een taak die op het eerste album nog alleen voor zus Eleanor was weggelegd. Matthew: “Doordat de liedjes zo lang zijn, leek het ons een goed plan als ik ook wat zang voor mijn rekening nam. Dat draagt bij aan de diversiteit en de verhaaltjes die we onze teksten laten zijn, komen zo ook beter tot uiting. De verschillende personages in de teksten komen zo meer tot leven.”
Groenland, tropicalia en Dylan
De teksten zijn een verhaal apart. Geen couplet-refrein-couplet maar uitgebreide vertellingen over boottochten naar Taipei, undercoveroperaties in Damascus en verhalen overgenomen uit oude zeemansbrieven. Ongelogen. “We hebben een dagboek gevonden van ene John Davis”, vertelt Matthew enthousiast. “Een dagboek met verhalen over zijn reizen naar Groenland. Hij wilde richting Azië varen, om Canada heen, maar bleef door de sterke stroming steken bij Groenland. Daar leefde hij een tijd tussen de lokale Inuit-bevolking. Geweldige verhalen, we hebben er veel inspiratie uit gehaald. We hebben complete stukken in onze teksten geïntegreerd!”
Naast zeemansverhalen en honden die kwijt zijn (‘My Dog Was Lost But Now He’s Found’) zocht Matthew vooral inspiratie in popmuziek uit de jaren zestig en zeventig. “Dylan!” roept hij. “Vooral de platen uit zijn gelovige fase, die door velen als afschuwelijk worden ervaren, op het moment luister ik erg veel naar die albums. Voorafgaand aan de opnames luisterden we allebei veel naar The Who, The Small Faces en King Crimson. Maar ik luister ook veel naar tropicalia, Braziliaans spul, erg lekker allemaal.” Het is ook te horen op Blueberry Boat, tropicalia. Verrek, denk je dan op het moment dat hij het zegt. Dat zit er ook wel een beetje in. Caleidoscoop, weet u nog?
Indie-cocktail
Tijdens optredens wordt die mengelmoes aan stijlen nog eens extra door elkaar gehusseld. Zo waan je je het ene moment in een comfortabel bubbelend electronicabad, terwijl je al angstig naar die jongen met zijn gitaar kijkt en wacht op het moment dat zijn handen gaan jeuken en hij er een of andere wah-wahsolo uitgooit. Dat is de charme van The Fiery Furnaces en dat maakt bijna elke Fiery Furnaces-show een unieke aangelegenheid. “We spelen zoveel mogelijk met de liedjesstructuren. We gooien een couplet helemaal naar achteren of halen er een naar voren. De optredens zijn langgerekte medleys waar we alle nummers in proppen. Dat maakt het leuk voor ons, maar ook voor de aanwezigen, hoop ik! Misschien denken ze wel: mijn God, wat is dit! Nou ja, dat zal zeker zo zijn en dat mag ook”, lacht hij.
Tweestrijd?
Dat het tweetal broer en zus is en dat zuslief toch wel de broek(rok) aan heeft, dat gonst door de gangen van de internationale muziekpers. Interviews met de twee samen geven een beeld van een dominante zus en een volgzame broer. Denken ze er aan om elkaar een keer los te laten? Matthew: “Nee, waarom? Het werkt prima zo.” Kort en duidelijk, maar de waarheid? De toekomst zal het leren. Een solocarrière voor een van de twee zit er ook niet in voorlopig, laat Matthew weten. “We kunnen allebei ons ei ruimschoots kwijt in de manier waarop we nu werken. Wel is Eleanor nu bezig een album op te nemen met onze oma.” Pardon? Oma gaat ook meedoen? “Oma is erg muzikaal”, zegt Matthew, “waarschijnlijk het meest muzikale familielid. Ze is dirigent bij een kerkkoor. Ze staat er ook op dat Eleanor zanglessen neemt.” Het duettenalbum zal volgend jaar mei verschijnen als dubbelcd, met als andere cd een ‘gewone’ Fiery-Furnacesplaat. Nou is gewoon bij The Fiery Furnaces nogal een breed begrip, denken ze dat met Blueberry Boat wel een artistieke climax is bereikt? “Neeee!”, roept hij bijna overstuur, “ik hoop het toch niet, we zijn nog lang niet klaar.”
Ronduit schandalig feit: platenmaatschappij Rough Trade wil op dit moment niet betalen voor een tour door Europa. Matthew’s verklaring op de vraag of een Nederlandse tour aanstaande is: “The record company won’t give us any money.”
http://www.kindamuzik.net/interview/the-fiery-furnaces/fiery-furnaces-een-zeemansdagboek/7185/
Meer The Fiery Furnaces op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-fiery-furnaces
Deel dit artikel: