Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Ongelofelijk, wat zijn de mannen van Franz Ferdinand aardig. Bijna niet te geloven, zo normaal als ze zijn gebleven. Van iedereen hoor je het, uit elk interview blijkt het: deze Schotten zijn misschien wel de makkelijkste gesprekpartners uit de muziekwereld. Je wordt er achterdochtig van. De band heeft het afgelopen jaar volop in de aandacht gestaan en werd door een groot publiek omarmd. Het kan haast niet anders of Alex, Nick, Paul en Bob zijn door al deze aandacht arrogante popsterren geworden die hun neus ophalen voor interviews.
Eruit kietelen
Kijk, daar zit de helft van de band -Alex en Nick- op een stoel in het gras, backstage bij het Lowlands festival. En ja hoor, daar heb je het al: gitarist/toetsenist Nick McCarthy staat op en wil weglopen. Voelt zich waarschijnlijk te goed voor een interview, zal zeggen dat hij wel iets beters te doen heeft. Maar nee,het loopt anders. Er wordt hem verteld dat de interviewmiddag nog niet voorbij is en hij gaat daarop zonder mopperen weer zitten. Geen chagrijnige uitdrukking op zijn gezicht, geen verveelde blik in zijn ogen, het lijkt hem niet te deren. Halverwege het interview komt drummer Paul Thompson erbij zitten en ook hij lijkt het niet vervelend te vinden. Bassist Bob Hardy is er niet, hij is een beetje verkouden (McCarthy, lachend: “De hele wereld weet het nu dus al, die arme jongen.”) Achttien minuten en dertien seconden later is het interview afgelopen, en is de volgende journalist aan de beurt. En inderdaad, die mannen van Franz Ferdinand zijn eigenlijk best aardig.
Best spraakzaam ook: “Het is interessant om over jezelf en over je leven te praten. Je realiseert je in eerste instantie niet hoe dat is, dat doe je normaal gesproken natuurlijk niet zoveel. Je komt dingen van jezelf te weten die je niet eens wist. Je wilt een voorbeeld horen? Euh……nou ja, dat weet ik niet hoor. Je zult het eruit moeten kietelen”, zegt McCarthy met een glimlach. Terug naar het begin dan maar. Opeens was er een Schotse band (met eigenlijk maar één echte Schot erin) die volgens de geruchtenmachine superfantastisch was. Vroege vogels sidderden al van genot na de eerste single ‘Darts of Pleasure’, anderen werden fan na knallers als ‘Take Me Out’, ‘This Fire’ en ‘Matinee’. Opeens stonden de vier aardige jongens in het middelpunt van de belangstelling, en kregen ze het druk. Niet dat ze zich daardoor lieten beïnvloeden. McCarthy: “We vinden het niet erg om zoveel aandacht te krijgen. Lange tijd waren we werkeloos, haddden we geen geld en deden we helemaal niets. Dat we nu in het middelpunt van de belangstelling staan zien we als een kans, een kans om alles te doen wat we willen.” Hij gaat verder, glimlachend: “Ik denk dat we al genoeg vrije tijd hebben gehad in het verleden.”
Wij zijn lekker beter
De gitarist zit ontspannen op zijn stoel. Aan zijn groene voeten te zien loopt hij de hele dag al zonder sokken rond, af en toe pulkt hij er ongegeneerd aan. Nog even en dan beginnen de eerste bands te spelen. Verderop staat de Polyphonic Spree een warming-up te doen, terwijl de Kaiser Chiefs worden achtervolgd door een cameraploeg. Peanut heeft een T-Shirt aan waar ‘Peanut’ op staat, zanger Ricky Wilson loopt op krukken naar een stoel. Franz Ferdinand heeft een dag eerder op Pukkelpop opgetreden en reisde ’s nachts vijf uur met de tourbus om op tijd in Biddinghuizen te arriveren voor het festival, waar de band vorig jaar ook stond geprogrammeerd. McCarthy kan het zich nog herinneren: “Dat was de eerste keer dat ik The White Stripes zag optreden, ze bliezen me werkelijk van mijn sokken. We hebben ze daarna backstage ontmoet.” Lachend: “Dat was echt een Oh-My-God- moment.”
Zelfs een popster wordt dus verlegen bij een van zijn idolen. Niet dat The White Stripes kunnen tippen aan de Schotten, want naar welke band je ook luistert: You Could Have It So Much Better…With Franz Ferdinand. De nieuwe stroming Britse bands die in het spoor van de band op kwam zetten, wordt door de titel van het tweede Franz Ferdinand-album flink op hun plaats gezet. Toch? “Ja, we zijn de beste band van de wereld!” zegt McCarthy gekscherend.
Backstreet Boys
Nu even serieus dan. Sinds de wereldwijde doorbraak van Franz Ferdinand is er veel veranderd voor de Glaswegians. Het voornaamste verschil: een paar miljoen verkochte albums. Opeens reisden ze de hele wereld over, ze speelden elke avond in een andere stad, ze ontmoetten interessante mensen, maakten video’s en ga zo maar door. Het was allemaal fantastisch, aldus de gitarist. “We kunnen het op dit moment niet veel beter hebben, tenzij we de kans krijgen om op de maan te spelen.” Alles bereikt, alles gedaan, kort gezegd: Franz Ferdinand heeft alles wat een mens gelukkig maakt. Of misschien ook niet, want is er nog wel een uitdaging over? McCarthy slaak een diepe zucht. Ze hebben de mogelijkheid om alle beslissingen zelf te nemen, zegt hij. Om daarna opgewekt te vervolgen: “Eigenlijk is er niets veranderd, we maken nog steeds popmuziek.”
Helemaal waar is die bewering niet, want You Could Have It So Much Better bevat meer variatie dan het debuutalbum. McCarthy beaamt dat: “Natuurlijk, we proberen nog steeds de dames aan het dansen te krijgen, maar we hebben nu ook enkele rustigere nummers.” En wat is het doel daarvan? “Meisjes laten huilen. Serieus hoor!” Lachend: “Tijdens onze optredens vallen ze zelfs flauw, de hele tijd.” Franz Ferdinand als de indie-versie van de Backstreet Boys, u las het hier eerst. “Nou, dat zou ik niet willen zeggen hoor. Onze fans schreeuwen veel, dat klopt. En op de voorste rijen is het ook nog eens erg heet, dus valt er wel eens iemand flauw, maar die dingen gebeuren overal. Mij hoor je trouwens niet klagen over de vrouwen die vooraan staan. Alles beter dan een normale baan tussen alleen maar mannen.”
Beavis en Butthead
Muzikaal gaan de Schotten in de meeste nummers op dezelfde weg verder. Wel veranderd, op het allerlaatste moment, is de albumtitel. In eerste instantie zou het tweede album, net als het debuut, simpelweg Franz Ferdinand gaan heten. McCarthy is tevreden met de uiteindelijke keus. “Het klinkt verwaand, eigenwijs, brutaal en naïef.” Thomson, die er net bij is komen zitten, vult aan: “De beste creatieve beslissingen worden altijd op het allerlaatste moment genomen. We zijn van mening veranderd en dat mag, want we kunnen doen wat we willen.” McCarthy: “We hebben alle vrijheid in de wereld. Bij de Backstreet Boys zal dat waarschijnlijk anders zijn. Wij schrijven zelf de nummers en hebben controle over het artwork en over onze video’s. Ons label staat achter ons en laat ons zelf alle keuzes maken, daarom kozen we ook voor Domino.”
Nadat de gitarist klaar is met zijn verhaal, kijkt Thomson niet-begrijpend zijn kant op. “De Backstreet Boys?” McCarthy geeft de drummer vervolgens uitleg over de schreeuwende en flauwvallende meisjes, waarop Thomson zijn Beavis and Butthead-achtige lachje laat horen. Ik vraag of hij ze ook ziet vanachter zijn drumstel. “Wat!? Spelen de Backstreet Boys vandaag hier!?” roept McCarthy opeens uit. “Oh, je wilde weten of hij de meisjes ziet, ik dacht dat je iets anders bedoelde... Jammer, want dat zou echt fantastisch zijn geweest”. Thomson en de gitarist komen niet meer bij van het lachen. “Domino zou ze een contract moeten aanbieden!” suggereert de drummer.
Wereldvrede
Ook Thomson vindt dat er weinig is veranderd sinds hun doorbraak. Zijzelf in ieder geval niet: “We zijn nog steeds dezelfde vier mensen, alles om ons heen is compleet veranderd. Mensen reageren en gedragen zich anders als ze bij ons zijn. Ze weten soms niet wat ze moeten zeggen, dat is raar om mee te maken.” Als ik vraag of er nog iets is dat ze willen veranderen of bereiken de komende tijd, heeft McCarthy het antwoord al klaar. Lachend: “Wereldvrede”. Thomson: “We hebben geen hoger streven ofzo. We willen gewoon doorgaan met waar we mee bezig zijn, daar zelf plezier in hebben en zorgen dat het publiek zich vermaakt.”
Zoals gezegd, het zijn aardige jongens. Het zijn geen egoïsten, ze willen juist dat de fans zich vermaken: “Sommige bands denken alleen aan zichzelf en doen alleen waar ze zelf zin in hebben. Zo zijn wij niet”, zegt Thomson. Alles voor de fans, dus toch Franz Ferdinand als de indie-versie van de Backstreet Boys, u las het hier eerst? McCarthy, die even niet oplette: “Huh! Wat? Nee, nee, nee, nee, nee, ja!” Hij herstelt zich en vervolgt: “Onze nummers zijn niet opzettelijk op een groot publiek gericht. Ze kunnen snel worden meegezongen, maar dat is niet ons doel tijdens het songschrijven. We spelen dit soort muziek omdat we dat leuk vinden, niet omdat we het publiek tevreden willen houden. Tijdens concerten is het anders, dan zijn we er voor het publiek en doen we het voor hen. We gaan ons niet verstoppen voor het publiek.”
Het publiek de komende tijd waarschijnlijk ook niet voor Franz Ferdinand. Al is het alleen maar om erachter te komen of er een kern van waarheid in die albumtitel zit.
http://www.kindamuzik.net/interview/franz-ferdinand/franz-ferdinand-verstopt-zich-niet/10661/
Meer Franz Ferdinand op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/franz-ferdinand
Deel dit artikel: