Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Wie zijn ze?
De Glasgowse gitaristen Stuart Braithwaite en Dominic Aitchison leren elkaar in 1991 kennen tijdens een concert van Ned's Atomic Dustbin. Ze besluiten dat ze 'serieuze gitaarmuziek' willen maken. Toch beginnen ze pas eind 1995 samen te spelen, als ze drummer Martin Bulloch vinden.
Voor extra gitaarlawaai wordt John Cummings toegevoegd en in maart 1996 komt debuutsingle 'Tuner / Lower' uit op hun eigen Rock Action label, naar de bijnaam van Stoogesdrummer Scott Asheton. Ze zijn duidelijk nog op zoek naar een eigen geluid, gezien de zeer prominente vocals.
Hun tweede release is een splitsingle met Dweeb, een poppunkbandje uit Londen waar op dat moment wat buzz rond hangt, en Angels VS Aliens belandt in de Britse indie top tien. Postrock is op dat moment zeer in trek - net zoals de Glasgowse scene, met bands als Belle & Sebastian, Bis en Urusei Yatsura - en Mogwai zeilt mee op deze gunstige wind.
In 1997 volgen nog twee singles: 'Summer' en 'New Paths to Helicon'. In april gooien ze alles bij elkaar en brengen de verzamelaar Ten Rapid uit. Over hun eerste twee singles zijn ze al niet meer tevreden, want die worden opnieuw opgenomen.
Wat doen ze?
In de zomer van '97 nemen ze hun eerste langspeler op, met producer Andy Miller. Brendan 'the Relic' O'Hare (ex-Teenage Fanclub) wordt ingeschakeld als extra gitarist en Aidan Moffat van Arab Strap verzorgt de vocals op 'R U Still in 2 It'. Mogwai Young Team - de titel refereert naar de ironische wijze waarop de band zichzelf als een soort bende presenteert - verschijnt in oktober 1997.
Het als één muzikale golf te ondergane album slaagt er in om ongemakkelijk te maken, maar is ook zeer meeslepend. De wisselende stemmingen en geluidsuitbarstingen die eigen zijn aan het postrockgenre, worden met expertise en inventiviteit verherbouwd. Mogwai zelf is echter niet tevreden. Eeuwige cynicus Braithwaite verklaart in 2001 aan Sonic magazine dat hij het een verschrikkelijk album vindt, waar ze zeker zes maanden langer aan hadden moeten werken.
Tijdens een optreden van Arab Strap neemt hij aanstoot aan O'Hare omdat hij te luid praat. Er ontstaat een enorme ruzie, waarna O'Hare uit de band getrapt wordt. Andere bronnen zeggen dat hij zelf opstapt om zich op zijn eigen Macrocosmica te concentreren.
Barry Burns wordt aangetrokken als extra gitarist en ze trekken begin 1999 naar Cassadaga, New York, om opnames te maken met producer Dave Fridmann (zie Mercury Rev en the Flaming Lips). Fridmann leert hen met computereffecten spelen, waardoor ze onwereldse klanken produceren en hun instrumenten onherkenbaar vervormen.
Mogwai wil boven alles vermijden om zichzelf te herhalen. Come on Die Young (1999) opent met 'Punk Rock', waarin Iggy Pop uitlegt waar punkmuziek om draait. Braithwaite verklaart in de pers dat Mogwai de enige punkband is die er toe doet.
Hij zet mensen graag op het verkeerde been, want Come on Die Young is soms bijna ambient, met meanderende tracks die in elkaar overlopen. Pas tegen het einde halen ze de sonische epiek waar ze bekend voor staan boven, om te culmineren in een overrompelende versie van 'Christmas Steps'.
Op het T in the Park festival van dat jaar treiteren ze headliner Blur, door T-shirts te verkopen met de slogan "Blur: are shite". Braithwaite verkondigt dat het niet om hun persoonlijke opinie draait, maar om een eenvoudige woordenboekdefinitie.
Wat maakt ze zo goed?
Met hun repetitieve structuren, circulaire bewegingen, tempowisselingen, luid/zacht-stramienen en feedbackuitbarstingen, hoort Mogwai overduidelijk thuis in de postrock. Ze zijn echter geen bende cerebrale mietjes zoals de meeste bands in het genre.
Mogwai is tegen de status quo en het conservatisme dat diepgeworteld zit in de zogenaamde Britpop. Met hun muziek, maar ook door hun attitude, uitspraken en pranks, proberen ze om mensen te inspireren om zich niet neer te leggen bij het voor de hand liggende, maar om het avontuurlijke op te zoeken. Voor een band zonder lyrics slagen ze er trouwens wonderwel in om hun ideeën uit te drukken en over te brengen.
Het zijn ook heerlijk sarcastische baasjes. Hoe mooi en emotioneel hun muziek ook kan zijn, in interviews moet iedereen er aan geloven. Stuart Braithwaite is de kampioen van de spraakmakende uitspraak, maar zijn medebandleden laten zich niet onbetuigd. In een interview met Maomagazine in 2001 antwoordt John Cummings op een vraag over Braithwaites claims over punkrock met:"Stuart's a dick! Maak daar maar de titel van je stuk van."
Wat gebeurt er dan?
In 2001 verschijnt Rock Action, een plaat die volgens hen zelf 'goed klinkt onder water'. Echte 'rock actie' is het niet, maar het laat een gebalder en melodieuzer Mogwai horen. Op single 'Dial: Revenge' werken ze samen met Super Furry Animalszanger Gruff Rhys en creëren ze met akoestische gitaren zelfs een folky sfeertje.
Voor Happy Songs for Happy People (2003) grijpen ze meer terug naar het sonische geweld en epiek, met relatief korte tracks. Ondanks pianos en cello's die opduiken, is het hun luidste album in tijden. Er wordt ook verdacht veel gezongen door Burns en Cummings.
Na enkele jaren stilte en herbronning slaan ze in 2006 terug met het felle Mr. Beast. De mooie arrangementen en extra instrumenten worden grotendeels buitengegooid om een plaat te maken die 'klinkt zoals ze live klinken', dixit Braithwaite. Op hun andere platen staat echter minstens één naar de keel grijpend moment, en dat ontbreekt deze keer.
Mogwai stort zich op het maken van soundtracks. Hun score voor Zidane: A 21st Centry Portrait (2006) is echter te eentonig om ook zonder de bijhorende beelden te boeien. Verder spelen ze mee op The Fountain (2007) van componist Clint Mansell (ex-Pop Will Eat Itself), maar net zoals de film zelf is de soundtrack niet echt interessant. Ook het volgende album, The Hawk Is Howling (2008), kan ondanks vrolijke songtitels als 'I'm Jim Morrison, I'm Dead' en 'Batcat' niet echt meer verrassen.
Aangezien hun laatste paar albums min of meer op automatische piloot gedraaid leken, zijn de verwachtingen deze keer dus niet buitenproportioneel groot. Hardcore Will Never Die, But You Will kan dus alleen maar meevallen.
[Tweede foto van boven: Steve Gullick]
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/mogwai/onvoltooid-verleden-tijd-mogwai-are-great/17376/
Meer Mogwai op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/mogwai
Deel dit artikel: