Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Met 27 nummers in totaal is deze tweede en laatste aflevering in de Morricone remix-saga een waar opus waarin je even moet zoeken en ziften alvorens je de diamantjes ziet schitteren. Maar meteen betekent die grote hoeveelheid ook dat de variatie in stijl en aanpak veel groter is dan op deel één, waarop meestal netjes binnen de krijtlijnen van de Compoststijl gewerkt werd.
En onvermijdelijk betekent deze stortvloed aan remixes evenzeer dat er een aantal missers op staan. Zo is de Swell Session-remix van 'A Lidia' wel heel erg loungy. Fussible brengt er niet veel meer van terecht dan slappe Latin house. En ook Mopse had ongetwijfeld meer kunnen doen dan er koudweg een hiphopdreun van 13 in een dozijn onder te pleuren. Oude held Nick Holder stelt ook al teleur en doet evenmin weinig meer dan er zijn typische DNH-beats aan toevoegen en enkele knopjes eerst open en vervolgens dicht te draaien. Markus Enochson duikt samen met zijn remix als een lemming de rivier van de verveling in. En ook de doemerige en onmogelijk tegendraadse anale broken beats van Aardvarck konden ons niet bekoren. De mixes van Procreation (spacey gebroken Detroit) en Daniel Klein (origineel samengaan van microhouse en akoestische elementen) vormen een categorie op zich. Beide heren leveren weliswaar een goed nummer af maar de Morricone-inbreng is nog slechts met een vergrootglas te herkennen. En zo is het natuurlijk wel heel erg makkelijk.
En dan begint de voor-elk-wat-wils-show. Er is electro-acid met gefluit en koren van 2Raumwohnung, Western tech-house van Hird, broken bossa disco van Eddy & Dus, broken Balearische jazz van Tom Middleton, geflipte electrofunk uit de Jake Slazenger-school van Computerjockeys, overspannen jazzbreaks van Domu, atmosferische downbeat van Crazy Baldheads, de door de machine opgevreten sopranes van Haruomi Hosono en tenslotte dreigende broken beats met double-bass bits van Kahuun.
De laatste categorie is die van de juweeltjes. Bandini heeft het soundtrackgevoel helemaal in de vingers en voegt typische elementen als klokkengelui en epische koren toe. Dan Curtin heeft blijkbaar zijn polyritmische duivels bezworen en zweeft ambientgewijs door de Detroit-ruimte zonder dat daarbij het originele thema in de verdrukking komt. Ook Herbert (hier in zijn Doctor Rockit-vermomming) trekt weer een blik geniaal open met zijn typische kapotte muziek, hier gepaard met een bubbelend ritme dat raakpunten vertoont met het werk van verscheiden volk als Tom Waits, Roots Manuva en Tricky. Yen Sung gaat helemaal de psychedelische toer op met geflipte orgeltjes en Return To Forever-gitaren over een rockend-als-de-beesten gebroken technoritme. Alessio Santoni wisselt in hetzelfde nummer af tussen naïeve Plaid-melodietjes en chaotische free-jazz zonder op zijn bek te gaan. En ook Moonstarr bevestigt nog maar eens wanneer hij moody jingle bells kruist met jazzy hiphopbeats die op tijd en stond bevolkt worden door hitsige tribale kreetjes. De Chicken Lips-remix is nu al legendarisch met zijn verslavend minimaal maar rokerig sfeertje en hypnotiserende baslijn. Alsof Basic Channel de studio induikt met Bauhaus, terwijl de Idjut Boys achter de knoppen de zaken in de vreemdste banen leiden: Waanzin met grote W kortom. Hetzelfde kan gezegd worden van de mix van Gerd: retestrakke, op jazz gestutte house-not-house met lekkere percussie, swingend als de gecombineerde neten van Matthew Herbert en Carl Craig. Met Ayro komen we zelfs op Olympisch niveau. Onze favoriete Ierse Afro kan nauwelijks verbergen dat hij tegenwoordig veel op Puerto Rico vertoeft. Hij dwingt de Western-sfeer (banjo en koeiebel incluis) in een gebroken house ritme zonder dat daarbij de authentieke Morricone verloren gaat. En zoals gewoonlijk is 's mans toetsenwerk gewoonweg buitenaards. Maar misschien echt wel het mooiste wat we na 41 Ennio Morricone-remixes gehoord hebben is wat Yukuhori Fukutomi hier aflevert. De slepende intro doet een beetje aan 'Allee der Kosmonauten' van Jazzanova denken, waarna jazzy brushes het Morricone-thema op gang trekken en het geheel langzaam maar zeker opbouwt naar een zwierige climax vol orkestrale nu-jazz die overkookt van de muzikaliteit. De meester kan, dunkt ons, meer dan tevreden zijn.
releasedatum: 2 februari 2004
» Lees de recensie van Volume 1
» Lees het artikel over het remixproject
» Bezoek Ennio Morricone's website
» Bezoek de Compost website (gratis mp3-download beschikbaar)
http://www.kindamuzik.net/recensie/various-artists/ennio-morricone-remixes-volume-2/4987/
Meer Various Artists op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/various-artists
Deel dit artikel: