Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Wat een ronduit bizarre vrijdag de dertiende: buiten is een feestje van voetbalkijkers aan de gang en de politie zet uit voorzorg de Haagse binnenstad af. Binnen merkt men vrij weinig van de hossende oranjemenigte, hoewel enkele festivalgangers op hun mobieltjes de gebeurtenissen in Bern in de gaten houden en elkaar op de hoogte houden van de tussenstand.
Afsluiter Sinéad O'Connor [foto boven] speelt een moeizame wedstrijd op de openingsavond van de laatste editie van The Music in My Head. Aanvankelijk willen de hongerige fans liever nummers als 'Mandinka' en 'Troy' horen. Drie jaar eerder stond de Ierse zangeres ook in Den Haag; toen speelde ze reggae met het duo Sly Dunbar en Robbie Shakespeare. Nu wil de controversiële zangeres met haar twee zwijgzame dienaars voornamelijk rustige nieuwe songs laten horen. De wereldhits bewaart O'Connor voor de tweede helft. Vijf minuten voor middernacht zingt ze 'Nothing Compares 2 U'.
Die opsplitsing van oud en nieuw materiaal benadrukt nog eens extra het verschil tussen toen en nu. Het eerste half uur is behoorlijk braaf en behouden. O'Connor moet letterlijk vechten voor de aandacht van het publiek. Oudere prachtnummers als 'Black Boys on Mopeds' en 'Three Babies' geven daarentegen meer de gelegenheid om eens ouderwets haar stem te verheffen. Toch is wel duidelijk dat ze afstand wil nemen van haar rebelse jeugd en tegenwoordig eerder haar geluk zoekt in het katholicisme.
Iemand die ook het liefst niet aan het verleden herinnerd wil worden is Stephen Malkmus [foto links]. Als de presentator van het festival begint over Pavement, steekt hij demonstratief zijn vinger in zijn keel. Des te eigenaardiger is het dat zijn solorepertoire nauwelijks afwijkt van dat van zijn voormalige werkgever.
Het grootste verschil zit in zijn huidige begeleidingsband The Jicks: een stel zombies aan de valium. Gelukkig maakt de voorman heel veel goed. Niet alleen is hij de belichaming van de slonzige gitaarrock, de bewegelijke Malkmus is ook nog eens de Bert Visscher van de indierock. Jonglerend met flessen water en gitaren, schreeuwend als een klein kind en zichzelf een nieuwe rol als voetbalverslaggever aanmetend, laat Malkmus zowel zien als horen dat hij over de eeuwige jeugd beschikt. En Pavement blijkt gewoon Malkmus en vice versa.
Maar goed dat het Nederlands elftal vanavond niet tegen de oosterburen speelt, anders zouden de Duitse elektronicarockers The Notwist niet zo buitengewoon relaxed op het podium staan als nu het geval is. De voormalige punkrockgroep is vijf man sterk. Het merendeel van de muzikanten staat gebogen over keyboards en ander elektronisch spul. Alleen de zanger-gitarist is een overblijfsel uit het stenen tijdperk van de gitaarrock.
De groep speelt een opbouwende set, waarbij stevige rocknummers en ontspannende ambient elkaar afwisselen. Iemand als David Sylvian zou spontaan gaan kwijlen bij het horen van zoveel digitale melancholie. Deze geslaagde openingsact bedient zich daarnaast ook nog van een lichtshow, die allerminst geschikt is voor epilepsiepatiënten.
Voor de toevallige passant, die van een afstand naar de voortkabbelende melodieën luistert, is er weinig lol te beleven aan The Notwist. Wie zich echter vanaf het eerste moment aan dit experiment in beeld en geluid blootstelt, mag zeker rekenen op een heel interessante trip.
http://www.kindamuzik.net/live/the-music-in-my-head-6720/the-music-in-my-head-4999/17100/
Meer The Music in My Head op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-music-in-my-head-6720
Deel dit artikel: