Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Elk jaar is het eind april / begin mei tijd voor de Rhythm & Blues Night in de Groningse Oosterpoort. Liefhebbers uit het hele land, vaak veertigplussers, delen de zalen met jongere nieuwsgierigen. Het bier vloeit rijkelijk en de sfeer is ontspannen. Met als muzikale uitschieters de aartsvaders van de garagerock en een tienkoppige bluesband zonder oogkleppen.
In de Kleine Zaal opent Band of Heathens het festival. De band uit Austin, Texas maakt southernrock zonder gevaar. De verhalende songs kabbelen telkens in hetzelfde, aangename ritme voort en worden door de toetsenist vakkundig dichtgesmeerd. De twee uitstekende zangers zorgen voor de broodnodige afwisseling, net als gitaarsolo's. Wanneer Band of Heathens tegen het einde van het optreden steeds meer gaat improviseren, levert dat de boeiendste momenten op.
De Groningse eer wordt gered door The Tightropes [foto rechts]. Het jonge drietal speelt een energieke en gedreven set waarin onder andere rock, funk, blues en punk de revue passeren. Dat enthousiasme kan niet verhullen dat niet elke song even sterk is. De cover van een nummer van Jimi Hendrix zou je dan ook als een klein zwaktebod kunnen beschouwen. De muziek van The Tightropes komt op momenten wat fragmentarisch over. Dat de band in de lift naar boven zit, maken ze met dit optreden duidelijk.
Sarah Lee Guthrie is de kleindochter van folklegende Woody, en folkartiest Arlo Guthrie is haar vader. Het is dan ook niet zo gek dat ze, samen met haar man, als Sarah Lee Guthrie & Johnny Irion [foto hierboven] folkmuziek maakt. Dat ze hierbij geen oogkleppen ophebben, bewezen ze door op het uitstekende Wassaic Way ook rock- en dreampop toe te laten. Op het podium doen ze het met ieder een akoestische gitaar, zodat de folkkant toch weer overheerst. Ondanks deze beperkte middelen geven ze een boeiend optreden. Babbelkous Guthrie vertelt uitvoerig over de verhalen achter de songs, die ze soms van wat flamencopit voorzien. Toch is het enigszins jammer dat, ondanks de schitterende samenzang, de dromerige kant van hun oeuvre achterwege blijft. (AR)
Als je al veertig jaar de Nederlandse zalen afloopt ken je mensen. Zangeres Tineke Schoemaker zwaait dan ook druk naar allerlei bekenden als ze samen met haar band Barrelhouse [foto hierboven] het podium van de Kleine Zaal betreedt. De band, oorspronkelijk uit Haarlem, speelt zich uiterst soepel en relaxed door zijn set heen. De muziek put uit praktisch elk americana-gerelateerd genre, maar nog het meest uit de blues, met staande bas en door en door herkenbare ritmes. Schoemaker, uitstekend zingend, doet een stapje terug als er weer een lome gitaarsolo op het publiek wordt losgelaten. Spannend is het nergens; daarvoor is het te belegen en kleurt de band te netjes binnen de lijntjes. Voor het gros van het publiek maakt dat niet uit; voor hen is het bluesbad van Barrelhouse even warm als nostalgisch.
Ook bij Marc Ford & his Band wil het niet spannend worden. De voormalig leadgitarist van The Black Crowes speelt noeste countryrock volgens het boekje, met mooie snikzang en talrijke gitaarsolo's. Maar veel afwisseling bieden Ford en band niet en de veelal in midtempo gebrachte tearjerkers missen pit, afwisseling en inspiratie. (BB)
Tedeschi Trucks Band [foto links] kijkt niet op een bandlid meer of minder. Met onder andere twee drummers en een veelkoppige blazerssectie is het podium van de Grote Zaal overvol. Ook het geluid is vol en weinig subtiel afgesteld, wat zoals zo vaak ten koste gaat van het goed kunnen onderscheiden van de blazerssectie. De band gaat bijna ten onder aan de eigen bombast, maar wanneer de zeer vakkundige muzikanten blues verruilen voor rock, jazz, soul en zelfs dub komt ook de rustige en melancholieke kant van de band aan bod. Derek Trucks toont in improvisaties zijn gitaarklasse in bij vlagen magische solo's en stuwt hiermee het optreden naar grote hoogten. Tedeschi Trucks Band is een hoogtepunt van het festival.
De olijke Dom Flemons oogt als een muzikant uit de jaren dertig en speelt oude blues- en countrynummers uit die tijd. Met zijn jarenlange speelervaring die hem langs koffiehuizen en straathoeken over de hele wereld voerde, windt hij het publiek moeiteloos om zijn vingers. Flemons speelt letterlijk met zowel publiek als muziek, zodat in de Binnenzaal een klein feestje ontstaat. Als Flemons zijn hoofd volledig bij de muziek heeft, komt zijn virtuositeit op akoestische gitaar maar vooral op banjo bovendrijven. Dom Flemons geeft het beste feelgoodoptreden van de Rhythm & Blues Night. (AR)
King Khan & The Shrines is de circusact van het festival en in de foyer maken ze er een mooi feest van. De Indische Canadees Khan draagt een cape met tijgerprint en hij heeft een verentooi op zijn hoofd. Bij de toegift maakt die outfit plaats voor een pruik en een heel klein onderbroekje. Alle ongein daargelaten weten Khan en zijn Shrines wel precies waar het bij rhythm-and-blues om draait. De mix van soul, garage en psychedelica is zo energiek en zo opzwepend dat je bijna vergeet dat de liedjes bovengemiddeld sterk in elkaar zitten. Meer dan eens roept het de associatie met James Brown op. De ritmesectie en de blazers jutten elkaar op, terwijl de gitarist nog maar eens lekker gruizig doorhaalt. De blues, merkt Khan op, heeft niks te maken met 25 minuten durende gitaarsolo's en hij wil wel eens weten wie in het publiek de liedjes van Jay Reatard kent. De stampende soulkraker die volgt wordt aan de vroeg gestorven garageheld opgedragen.
Ook Pokey Lafarge [foto rechts] is een circusact, maar wel van een iets andere orde. De man koketteert met de crisisjaren van de vorige eeuw en de muziek die in die tijd gemaakt werd. Blues, country en ragtime vinden elkaar naadloos en de band St-Louis biedt een soort van teletijdmachine naar de jaren van voor de Tweede Wereldoorlog. In dezelfde Oosterpoort waarin Pokey en zijn band in 2011 nog speelden tot de stroom eruit werd getrokken, spelen ze nu weer een gewonnen wedstrijd. Het publiek eet uit hun handen en dat het er allemaal wel heel dik bovenop ligt maakt niemand wat uit. (BB)
Uit Ohio komt Patrick Sweaney & Band. De wijzer slaat bij de sympathieke Sweaney en zijn prima band vaker door naar rock dan naar blues, met als gevolg luid brommende gitaarlijnen die soms tegen gruizige stonerrock aanschurken. Zijn rauwe zangstem geeft de melodieuze songs extra cachet. Sweaney heeft verreweg het meeste charisma, maar geeft zijn bandleden ruim voldoende ruimte om eveneens uit te blinken met bijvoorbeeld straffe drums en vindingrijke gitaarweefsels. De rauwe muziek van Patrick Sweaney komt beter tot zijn recht in een rokerige club dan in de felverlichte entreehal van De Oosterpoort. Toch is het een enerverend optreden. (AR)
The Sonics [bovenste foto] zijn de oervaders van de garagerock en in de vroege jaren zestig waren ze een van de hardste bands die je kon treffen. Hun eerste twee albums, uit 1965 en 1966, zijn een blauwdruk voor elke garageband. Dat de heren inmiddels de zeventig naderen zie je aan hun grijze haren, maar je hoort het nergens terug. Ze spelen nog net zo ruig als vijftig jaar geleden en ze maken met afstand de meeste herrie van de avond. Met enorm strak spel en een knallend volume zorgt de band uit Tacoma, Washington voor een uitzonderlijk optreden. Bassist Andy Paripa heeft een brulboei van een stem en als de band achtereenvolgens hun klassieke hits 'Psycho', 'Strychnine' en 'The Witch' speelt stijgt het enthousiasme in de zaal tot euforische hoogtes. Er wordt gedanst, gesprongen en met bier gesmeten. Een dolle King Khan beklimt het podium om stiekem mee te zingen, terwijl Gerrie Roslie stoïcijns doorhamert op zijn orgeltje. The Sonics spelen de zaal volledig plat en maken de avond, die zonder hun optreden totaal niet noemenswaardig zou zijn geweest, tot een onvergetelijke. (BB)
Big Sugar [foto links] komt uit Canada en mag het licht uitdoen op het festival. De tonen van het deels gedreadlockte gezelschap zijn uitermate geschikt als afsluiter, want dansbaar. Hiertoe gebruiken ze invloeden uit rootsrock, reggae, soul en dub. Big Sugar krijgt de massa in beweging, maar doet hierbij niet aan effectbejag: daarvoor zitten de vernuftige songs te goed in elkaar. Naarmate het optreden vordert, wordt het steeds drukker voor het podium en dan heb je het ver na twaalven als band goed gedaan. (AR)
Foto's van Gerrie van Barneveld
http://www.kindamuzik.net/live/rhythm-blues-night/rhythm-blues-night-6742/24957/
Meer Rhythm & Blues Night op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/rhythm-blues-night
Deel dit artikel: