Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Le Guess Who? 2015 loopt als een gesmeerde machine. Een apparaat ook met onderdelen die op zich als een Zwitsers uurwerk in elkaar grijpen. Zo cureert niet alleen sunn 0))) een fors deel van het programma naar eigen smaak, ook Fluister is ingevlogen, net als Levitation, Gaudeamus Muziekweek en Jacco Gardner die zijn eigen favorieten mocht laten opdraven. Veel geluid uit veel verschillende oorden bovendien, ook op de zondag die van Libanese snaren naar Malinese blues en freaky jazz gaat.
Wie vroeg uit de veren komt, maakt op de slotdag van Le Guess Who? 2015 mee hoe in kamermuziekzaal Hertz de pure klank van de ud tot verregaande mate van vervoering kan leiden. Dirar Kalash [foto hierboven] blijkt aan het slot van zijn show een eenmansorkest dat via minimale patronen over drone uitkomt bij een akoestische vorm van A Crimson Grail van Rhys Chatham; razend en donderend buitelen wolken tonen over elkaar heen. De Irakese Sahar Taha [foto hieronder] is gevlucht naar Libanon en vertolkt haar deels traditionele, deels originele composities met weemoed en hunkering naar haar moederland. Zij sleept de aan haar lippen en vingers hangende toehoorders mee door zielenroerselen die direct tastbaar zijn, ook al versta je geen woord van haar teksten. (SS)
Vocaal chocolade ergens van maken, is er ook zeker niet bij in de monotone spreekzang van Föllakzoid. Hoeft ook niet. Het best leun je - zoals een volgepakt EKKO doet - tegen de motorikbeat en golf je mee met de deinende Chileense krautrockmanie. Drie man sterk positioneert de groep zich in het midden tussen Can, Elektro Guzzi en het betere postrockwerk, zoals gekend van Rave Tapes van Mogwai. Een half uur verder en je hebt nog pas twee nummers gehoord, zoals het hoort in dit genre. Uitspinnen dat werk en dan is een uur speeltijd eigenlijk veel te kort. (SS)
Benieuwd naar een portie grensverleggende psychedelische funk met traditionele Turkse invloeden, die bovendien al decennialang geen podium meer gezien heeft? Ook daarvoor kun je terecht op LGW? De Turkse gitarist Mustafa Özkent [foto hierboven] speelt namelijk samen met het Belçika Orkestrasi voor het eerst in veertig jaar zijn volledige album Gençlikle Ile Elele (1973). Dat betekent lekker swingen in de Grote Zaal, terwijl de sympathieke oude baas tevreden over het publiek uitkijkt, af en toe zelf vrolijk meebewegend met de muziek. De geluidsman ontvangt een paar minder tevreden blikken, gezien de zware kluif die hij heeft aan het timen wanneer de hele groep in balans moet zijn en wanneer er juist één uit moet springen tijdens de vele solo's. Maar ach, dat de helft van de achtkoppige band uit percussionisten bestaat moet genoeg zeggen over de groove van het geheel, dus wie kan het veel schelen? Gençlikle Ile Elele blijkt het na al die jaren waard om gehoord te worden. (NW)
Bij The Necks is er naar verluidt al geen doorkomen meer aan, dus is het maar goed dat de keuze vooraf al op het Malinese gezelschap Songhoy Blues was gevallen. In wereldmuziekzaal Rasa is het ook een drukte van belang. Jong en oud, hipster en hippie verdringen zich voor de viermansband die energieke bluesrock speelt, waarin de nodige traditionele folk te horen is. De frontman echter steelt volledig de show; niet per se met zijn puike gitaarspel en gloedvolle zang, maar vooral omdat hij een nog veel betere danser blijkt te zijn. Dit tot groot genoegen van het joelend uitzinnige publiek en zijn bandleden die de fratsen op brede glimlachen onthalen. Warm, dansbaar en voor een groot deel van de LGW?-gangers waarschijnlijk geen band die ze anders eens gehoord zouden hebben; daar heb je een muzikale ontdekkingstocht als dit festival voor: van Palestina, via Libanon en Irak, naar Turkije en Mali. (SS)
Het wil niet zo vlotten met de soundcheck van Ariel Pink [foto hierboven], waardoor hij ongeveer een kwartier te laat van start gaat; een vertraging die tijdens de latere optredens in de Ronda zal doorwerken. Ook daarna gaat hij echter niet bepaald vlammend van start met een wazige, weinig enerverende intro, bestaande uit vage geluidsgolven en verdwaasde vocalen. De nogal… bijzondere visuals op de achtegrond - denk aan een met speelgoed tongende kerel en een weinig elegante oudere dame in weinig elegante lingerie - en de mannelijke drummer in bikini geven wel aan dat de show goed geschift hoort te zijn, maar dat verhult niet dat het gewoon een rommeltje is. Op wat rustigere momenten na, zoals hoogtepuntje 'Put Your Number in My Phone', overtuigt de brei van echoënde zang, te harde bassen en poppy synthdeuntjes jammer genoeg niet. (NW)
Os Mutantes [foto hierboven] daarentegen maakt vrienden. Een rammer dan ramvolle Pandora, met vooraan een contingent totaal uit de plaat gaande Brazilianen, ziet en hoort een band die de voorhoede van de avant-garderock van eind jaren zestig zonder enig probleem en met het grootste plezier naar nu brengt. Het is feest. Voor het podium en erop! Os Mutantes heeft niet de zoveelste dag op kantoor. De bandleden jutten elkaar op, jennen en verrassen onderling en vergeten niet dat de aanwezigen ervoor zorgen dat zij er staan. Van ongelofelijk lelijke progpop naar een ware McCartneysong, van stomend hete Tropicalia tot bezeten bluessolo's: Os Mutantes gooit het in een hoge hoed, schudt even en uit de losse pols worden meerdere zonnen over LGW? uitgestort. Misschien wel de grootste ode aan het spelen van muziek van het weekend; het ultieme contrast tegenover de stram-straffe broeders van The Notwist of sunn 0))) dat je niet eens mag zien, zo vol rook staat de zaal. Zo kan het dus ook: geen gemiep, geen gedoe, geluid doet het - oké! - gáán!
Nog zo'n oudgediende: The Pop Group [foto hierboven]. De band mag dan meer dan dertig jaar überhaupt niet bestaan hebben, de duivel die in de jaren zeventig binnentrad bij Mark Stewart heeft hem nog steeds niet verlaten. Over stuwende baslijnen zingt, roept en tiert hij vol vuur alsof het boze kapitalisme zelf pal voor zijn neus staat. Toch is er ook hier - wederom - gezeur met het geluid in de Ronda: met name de bas staat lange tijd te hard, waardoor zelfs de briesende Stewart af en toe niet over het lawaai heen komt. Desondanks komen energiek gebrachte verse nummers als 'Citizen Zomby' en 'Mad Truth', maar vooral klassieke klappers als 'Thief of Fire' en 'We Are Time' zeer goed binnen. (NW)
Stephen O'Malley van sunn 0))) mailde zelf. Of ze na dik tien jaar weer eens wilde spelen in Europa, als afsluiter van het door zijn band gecureerde programma op LGW? Dik in de zeventig is Annette Peacock [foto hieronder] al en de dame heeft het niet zo op met optreden. Liever werkt ze in de studio aan klankexperimenten en nieuwe uitdagingen op het muzikale vlak. Jazz en folk komen in haar werk samen, maar zij was ook een pionier die voor het eerst haar stem door een Moogsynthesizer haalde. Wat Peacock doet, is ongrijpbaar en fascineert nog steeds. Of: pas nu, want zij verbaast zich erover hoezeer ze vrijwel haar hele loopbaan vertwijfeld onbegrip en boegeroep ontmoet heeft, terwijl haar platen van weleer nu met instemming ontvangen worden en zij alweer tig stations verder is.
Vijf nummers speelt Peacock, gezeten achter een vleugel, met daarop een synthesizer en verder nog een zwikje elektronica binnen handbereik. Een uur lang serveert ze een mengvorm van ongemakkelijke liveperformance met doeltreffende focus. Haar stem gaat van loepzuivere uithalen en ijle frasen, naar spreekzang met teksten die vol flarden cut-up-poëze zitten. Met het eerste doet ze aan Joni Mitchell denken, het laatste roept Leslie Winer in herinnering. Ook haar houding neigt naar Winer. Stuurs of nukkig is ze niet, maar afgemeten wel. "I sure can use all the love I can get", zegt ze in antwoord op een overidolate fan die vol bewondering tegen haar begint te schreeuwen tussen nummers. Moederziel alleen op dat enorme Grote Zaalpodium lijkt Peacock inderdaad wat verloren en niet op haar gemak. Foto's maken wijst ze resoluut af. Bijna zuchtend probeert ze haar flow te herpakken na een verstoring. De lichtshow blijft op nadrukkelijk bevel statisch.
Nog even Winer: wat Peacock doet, gaat niet om mooi spelen of mooi zijn. Wat zij doet, grijpt met minimale middelen naar de strot en knijpt de keel dicht. Ze deelt ijselijkheid uit en toont hoe menselijk en hartverwarmend die kan zijn. De humaniteit spat van de sprankelende minimale en jazzy pianoaanslagen. Triphopachtige beats leggen een machinale ziel onder haar intieme teksten; alsof het tegelijk koud en broeierg warm is in de David Lynchachtige nachtclub die Peacock bestiert. De eb en vloed en weerom eb van haar nummers deint als de drone van sunn 0))), maar dan wel op fluistervolume. Peacock nodigt uit om naderbij te komen en houdt op afstand, waar de dronegrootmeesters je wegduwen en je laten opgaan in hun massieve geluid.
Peacock doet met bravoure aan breekbaarheid, met lef en heel wat meer ballen dan menig lawaaibandje. En ze ontregelt nog steeds, want plots loopt ze af, terwijl stem en pianospel doorklinken. Zielig hoopje mens backstage dat zich opnieuw onbegrepen voelde afgaan? Het is nauwelijks voor te stellen, want ditmaal valt haar een minutenlang ovationeel applaus ten deel. Desondanks is Peacock niet te vermurwen een toegift te spelen. Wordt het dus weer bijna twintig jaar wachten op een livevervolg? (SS)
Goed, er zal nog een dj-set volgen, maar Deerhunter [foto hieronder] zal voor veel mensen de afsluiter van het festival zijn. De Ronda zit dan ook tot de nok toe vol om te genieten van de dromerige poprock. Maar helaas: wanneer je nummers zo mooi zijn als openers 'Desire Lines' en 'Breaker' is het niet erg dat de uitvoering erg tam is, daarna kakt het geheel echter snel in. Al helemaal wanneer frontman Bradford Cox meermaals begint te zeuren dat zijn gitaar niet goed klinkt, wat leidt tot ellenlange onderbrekingen die hij probeert vol te praten, terwijl hij onhandig zijn instrument stemt. Bij de derde keer heeft hij geluk met de hilariteit die ontstaat wanneer in de zaal iemands schouder uit de kom is geschoten - "We played the mellowest set in the world, how did you dislocate your shoulder?" - maar verder is hij bepaald geen groot redenaar, waardoor de vaart volledig uit de show verdwijnt.
Er begint zelfs wat gemor op te stijgen uit de zaal: "You better!", krijgt Cox dan ook terecht te horen na zijn opmerking "We got a couple more songs." Ook hijzelf lijkt wel door te hebben dat dit niet een van de betere optredens van Deerhunter is: als afsluiter moet het volume omhoog voor een ruwe, uitgesponnen versie van 'Nothing Ever Happened' en zie, eindelijk krijgt het optreden wél pit. Het komt te laat om echte redding te brengen, waardoor de Amerikaanse band helaas niet de finale biedt die deze wederom briljante editie van Le Guess Who? verdient. (NW)
In 2016 viert Le Guess Who? zijn tiende verjaardag. Nu reeds is aangekondigd dat Wilco dan een van de namen op het affiche zal zijn. Noem het geen headliner. Daaraan wil het festival niet doen. De groep speelt en heeft er ongetwijfeld al veel zin in. Want dat succes valt Le Guess Who? vooral ten deel: muzikanten willen. Ze willen er spelen, willen deel uitmaken van de mix, willen zelf komen meegenieten van de brede en diepe waaier. Ze willen met het publiek die verbondenheid proeven, smaken en delen. Die verbroedering van muzikale bloedgroepen, genres, stijlen, sferen, leeftijden, nationaliteiten en nog veel meer zorgt voor een liederlijke viering van de muziek; zozeer dat het vraagteken in de festivalnaam inmiddels heel hard op weg is een uitroepteken te willen worden! (SS)
Foto's Dirar Kalash, Sahar Taha, Mustafa Özkent en Os Mutantes van Tim van Veen, foto's The Pop Group en Annette Peacock van Erik Luyten, foto's Ariel Pink en Deerhunter van Jelmer de Haas
http://www.kindamuzik.net/live/le-guess-who/le-guess-who-2015-de-zondag/26375/
Meer Le Guess Who? op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/le-guess-who
Deel dit artikel: