Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Incubate is gek op gitaristen uit de John Fahey/Jack Rose-school. Six Organs of Admittance heeft zelfs een album gemaakt op het festival. In het schema van de Pauluskerk is dit jaar ruimte gemaakt voor de Ier Cian Nugent. Het kan de vorm van de dag zijn maar er mist wat intensiteit in zijn technisch verder perfecte spel, waardoor het allemaal wat aan de oppervlakte blijft meanderen. (MtH)
Cheek Mountain Thief is het nieuwe project van Tunggfrontman Mike Lindsay: gemoedelijke, onschuldige liedjes die doen denken aan de orkestrale pop van Efterklang en Seabear. En dat herkenbare Noordelijke element komt niet uit het niets; Lindsay heeft zich immers omringd door een IJslandse groep muzikanten. Erg fijn om je brakke zesde Incubatedag mee te beginnen, vooral omdat Lindsay maar al te graag mooie verhaaltjes vertelt om zijn muziek in te leiden. (LdJ)
Ook de volgende act in de nog frisse kleine zaal van 013 is van het squeaky cleane soort. John Paul Keith serveert opgeruimde, afgemeten poppy rockabilly met een hoog Buddy Holly- en Marshall Crenshawgehalte, inclusief bril en vetkuif. Het Amerikaanse trio heeft zijn sound uitstekend voor elkaar met veel melodieuze fuzzbasloopjes, staccato drums met zeer spaarzaam gebruik van bekkens en de twangy Telecasterstrapatsen van de frontman. De meerstemmige zang maakt het af, al blijft het allemaal wel erg maniëristisch braaf binnen de lijntjes. Maar dat is ook wel eens fijn op een festival als Incubate. (TG)
Lower is geen band, maar een beweging. Althans, zo gaan de verhalen. Veel is er namelijk niet bekend over de Deense groep, die nog geen plaat uit heeft maar waar toch een aardige buzz rond ontstaan is. Lower maakt heftige, noisy punkrock waarbij ook elementen uit new wave worden gebruikt. Een soort The Horrors on acid. De zanger schreeuwt zijn rebelse en duivelse teksten alsof het de zoon van Patti Smith is, terwijl zijn andere bandleden stoïcijns hun partijen spelen. Een apart schouwspel dat op de een of andere manier toch zo boeit dat het publiek tot de laatste noot blijft. (LdJ)
Stage01 blijft het zorgenkindje van de 013. Waar het enorme pluspunt van de grote zaal is, dat zelfs als het stampvol is iedereen goed zicht heeft, daar is in de kleinste zaal van het concertgebouw door de combinatie van een laag podium en de smalle, langwerpige vorm na de eerste twee rijen eigenlijk niet veel meer te zien. Het wordt er ook naar vol als er een populaire band als Iceage [bovenste foto] speelt. De Denen zijn hun vertrouwde ultra-opgefokte, extreem rommelige zelf, met de fotografen hatende baritonpunker Elias Bender Rønnenfelt als meest opgefokte van allemaal. De vonk slaat echter niet over naar het publiek, omdat de meerderheid daarvan op zijn tenen moet staan om daar iets van mee te krijgen. (MtH)
'Krautophonic Blizzard-Wave' is volgens het duo van Warm Digits de beste omschrijving van hun muziek. In Cul de Sac geven ze een voorproefje van hun instrumentale repertoire. In de drie kwartier die wordt gevuld valt er geen enkele seconde een stilte. Drums, cowbell, gitaren, samples: alles wordt gebruikt als brug naar een volgend nummer. De drijvende factor achter Warm Digits is de energieke drummer Andrew Hodson die zich helemaal verliest in zijn krachtige spel. Warm Digits is een aangename verrassing op de vroege avond. (LdJ)
Hoewel Taint nooit een grote naam is geworden, loopt het Incubatepubliek aardig warm voor H A R K[bovenstaande foto nv], de nieuwe band van zanger/gitarist Jimbob Isaac. Ook hier drukt hij zijn stempel met rake stonerriffs die, net op het moment dat je denkt dat het einde in zicht is, nog een verrassend staartje of vertraging in zich herbergen. Omdat H A R K alleen nog maar één single op zak heeft, is de set een grote verrassing, maar omdat de band het avontuur opzoekt blijft het optreden boeiend. Net als een zompige rockriff op gang is gaat H A R K heerlijk achterover hangen om daarna door te stoten naar een jarenzeventiggroove. De optelsom van deze elementen maakt het aankomende album, dat eind dit jaar wordt opgenomen, veelbelovend. (RvE)
Lachen geblazen is het in Cul de Sac met drummer Charles Hayward, die in de jaren zeventig naam maakte met het baanbrekende krautpunkcollectief This Heat. De knokige oude Brit in korte broek loopt zich voor én tijdens zijn solo-optreden vreselijk op te winden over de set-up en het geluid ("Loudah! LOUDAH!"), met een erg rommelige show als gevolg. Hayward kan prima hard rechtdoor grooven, maar zijn fills zijn houterig op het knullige af en dat geldt helemaal voor zijn storend valse zang. Ondertussen klooit hij maar raak met zijn elektronica en schept hij er kennelijk (al zij het niet zichtbaar) genoegen in om het publiek te laten schrikken met lukrake, keiharde rimshots. Het beste is dan ook maar om het relativerend te aanschouwen en te genieten van zijn al dan niet bedoelde "get off my lawn, you damn kids!" cranky old man act. (TG)
"This is how it feels to be alone", zingt Matt Elliott in zijn openingsnummer 'Dust Flesh and Bones', en je gelooft hem alleen al omdat hij moederziel alleen op het grote podium van de 013 zit met zijn akoestische gitaar. Veel belangrijker: we geloven hem op zijn woord. Eenzaamheid wordt zelden zo mooi op muziek gezet als bij Matt Elliott. Het blijft fascinerend, die transformatie van industriële jungle (als Third Eye Foundation) naar desolate singer-songwriter met welhaast klassiek gitaarspel. Het is echter nog fascinerender hoe hij in zijn eentje compleet podiumvullend kan zijn. Hij samplet zijn gitaar, laag over laag over laag; doet hetzelfde met zijn stem, waardoor hij op een gegeven moment massaler klinkt dan een achtkoppige band. En uiteindelijk laat hij het uitmonden in een ziedende bak noise. Is hij zijn roots toch niet vergeten. Indrukwekkend! (BI)
Ides of Gemini neemt Little Devil vervolgens mee op een dromerige toer. Met twee vrouwen in de band, een op de meest gunstige positie (bas) en een op de meest ongunstige (drums) biedt de zweverige doomband alvast een prettige aanblik. Helaas maakt het trio muzikaal wat minder indruk, zeker omdat bands als Blood Ceremony en The Devil's Blood de lat recentelijk vrij hoog hebben gelegd. Ides of Gemini zou wat desolater moeten klinken om echt onder de huid te kruipen, nu blijft het optreden veel te vrijblijvend.
Omdat de dagprijs van het hardcoregedeelte van Incubate 2011 veel scenekids wat te hoog was, zijn er dit jaar twee gratis hardcoreavonden geprogrammeerd in V39. Met het boeken van Defy the Crown is er helaas ook op kwaliteit bezuinigd. De lokale band maakt een rommeltje van zijn set en sluit af met een wanstaltig valse versie van Madballs 'Set It Off'. Gelukkig zijn er niet veel mensen van de partij om deze openbare repetitie in hun geheugen op te slaan. (RvE)
Voor wie Mogwai maar 'noise voor meisjes' vindt valt er genoeg te beleven in Stage01, dat vanavond het decor vormt voor een trits power electronics- en harsh noise-acts. Zo is daar het duo Consumer Electronics[bovenstaande foto NV], dat volgens beproefd shock-and-awe-recept het publiek te lijf gaat: exhibitionisme, Rudolf Hess, gierende noisescapes, Anne Frank, zelfbevrediging, Britney Spears, verfomfaaid rukkersplakboekje, dat werk. Meneer Consumer Electronics is echter een te dikke Rob Halford in het tenue van een darter en de dellerige dame rechts van hem kan een paar keer haar lach niet houden tijdens het knoppendraaien, dus echt schokkend wil het maar niet worden. Behalve dan voor die paar verdwaalde Yann Tiersenfans die per ongeluk achter in de zaal zijn beland en na een halve minuut weer naar buiten waggelen, voor het leven getekend.
Ook snoeihard maar dan anders is Lacerated and Carbonized, dat bestaat uit vier identieke Brazilianen in volledig zwarte deathmetalkostuums die erg goed naar landgenoten Krisiun hebben geluisterd. Door de vele tempowisselingen is er zelfs meer variatie dan bij het grote voorbeeld en de uitvoering laat ook weinig te wensen over. Dat geldt helaas wel voor de publieke belangstelling in Little Devil, maar zoals gebruikelijk in het genre weerhoudt dat de band er niet van om te acteren alsof er voor een vol stadion wordt gespeeld. De zanger zoekt pijnlijk intens en herhaaldelijk oogcontact met ieder van de vijftien toehoorders en ook bij de rest van de band is geen spoor van vertwijfeling te bespeuren. Een indrukwekkende prestatie, maar na een klein halfuurtje is de rek er wel uit en wordt de set voortijdig beëindigd. De aandrang is groot om uit medelijden voor het helemaal uit Rio afgereisde gezelschap dan toch in ieder geval maar een T-shirt mee te nemen. (TG)
In de categorie 'wie trekt de meeste jonge meisjes?' is Yann Tiersen koning. Überhaupt trekt de Franse componist/multi-instrumentalist een volledig volle zaal. De vraag is: waarom? Vanavond geeft hij zelf geen overtuigend antwoord, want Tiersen maakt er samen met zijn duidelijk zeer getalenteerde band maar een saai potje van eigenlijk. Bravehendrikenrock, voorspelbaar, zoetsappig. En aangezien tijd te kostbaar is met zo'n uitgebreid programma als op Incubate, houden we het na een tijd voor gezien en gaan we door naar Conan. (BI)
Dat stelt de PA van de kleine zaal van 013 zwaar op de proef. Het volume is op het enorme niveau dat hoort bij versterkermuren metselende doommetalbands, maar Conan [tweede foto] scoort zelfs in deze categorie uitzonderlijk hoog in de categorie 'klapperende bassen'. Toch is het geluid wel degelijk uitgebalanceerd, met de vervormde, YOB-achtige zang duidelijk hoorbaar. De monsterlijke riffs krijgen zo optimaal de ruimte om over het publiek heen te rollen, dat dan ook al snel met de hoofden massaal staat mee te knikken. Met een set die een van de hoogtepunten van de Incubatezaterdag is, bevestigt Conan zijn status als meest beloftevolle nieuwkomer op het gebied van doom metal. (MtH)
Schotse postrockgrootheden Mogwai [derde foto] mogen dan vorig jaar niet hun spannendste plaat hebben gemaakt, daar is vanavond weinig van te merken. Het is allemaal wat vriendelijker dan vroeger - toen de contrasten tussen verstilling en noise dikker werden aangezet - maar het is vanavond des te opvallender hoeveel mooie liedjes ze in de laatste vijftien jaar hebben gemaakt. Kwalificaties als solide klinken bijna denigrerend, maar Mogwai is vanavond solide op een goede manier. Geen verrassingen, gewoon een heleboel ontroerend mooie liedjes, vertolkt door wellicht het meest uitstralingsloze vijftal uit de hedendaagse rock. Dit in combinatie met een zeer smaakvolle lichtshow zorgen voor een aanhoudende stroom kippenvelmomenten. Mooi hoor. (BI)
Zoals het een festival als Incubate betaamt komt het echte muzikale hoogtepunt op deze zaterdag toch uit de avant-gardehoek. Maakte de Zweedse saxofoongeweldenaar Mats Gustafsson [vierde foto] vorig jaar in de Paradox al indruk samen met drummer Chris Corsano, vanavond gaat hij daar in dezelfde zaal nog even fijntjes overheen. Geen drums deze keer, maar net als Gustafsson zelf behandelen de Amerikaanse trompettist Peter Evans en de Spaanse pianist Agustí Fernandez hun instrumenten een groot deel van de tijd alsof ze tot de percussiefamilie behoren. Aldus is er in het klankbeeld geen enkel gemis en houdt het trio het publiek een uur lang op het puntje van de stoel.
De microfoons worden alleen benut voor bewuste klankeffecten, verder is het puur akoestisch genieten geblazen van de onorthodoxe, virtuoze instrumentbeheersing en het griezelig goede samenspel. Vooral Evans lijkt zo af en toe zijn kleine toetertje bijna op te vreten in zijn drang om er een tot dusverre onvermoede klank uit te dwingen. Dit tot zichtbaar genoegen van Fernandez, die glimt van het spelplezier. De onbetwiste ster van de show blijft toch wel Mats Gustafsson, die met zijn ringen, cowboylaarzen, rockfaces en -poses zorgt voor het betere rock-'n-rollgevoel in de soms wat muffe improvscene. Na een uur zijn de heren fysiek helemaal uitgewrongen en wordt de set noodgedwongen afgesloten. Als het aan het uitzinnige publiek had gelegen had het zeker nog wel een paar uur door mogen gaan, dit adembenemende machtsvertoon. (TG)
http://www.kindamuzik.net/live/incubate/incubate-2012-zaterdag/23217/
Meer Incubate op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/incubate
Deel dit artikel: