Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Vlak buiten de landsgrenzen in het Duitse gehucht Haldern vond op 7, 8 en 9 augustus alweer de eenendertigste editie van het festival Haldern Pop plaats, dat net als ieder jaar goed bezocht werd door Hollanders. Je vindt er nog altijd minder Nederlanders dan op een willekeurig Zuid-Frans zandstrand, maar mede door een wederom uitstekende line-up (wirklich übergeil, zoals de Duitsers dat zo mooi kunnen zeggen) hebben velen dit jaar de tocht door de Duitse maïsvelden gewaagd. En met onze oosterburen valt altijd wel een feestje te bouwen, des te meer nu zij dit jaar die felbegeerde wereldbeker hebben weten binnen te slepen.
Midden in het kleine Duitse dorpje Haldern ligt de middeleeuwse parochiekerk St. Georg, die ook vorig jaar al het toneel was van een klein aantal sfeervolle optredens. Het is een stukje lopen vanaf het camping- en festivalterrein, maar voor goedkoop ontbijt, betaalbare pizza's en intieme kerkconcerten bewandelen genoeg festivalbezoekers iedere dag het voetpad richting het dorp. Zo ook vandaag, wanneer het aan twee ervaren rotten is om de kerkgangers alvast warm te maken voor drie dagen festival. De gelouterde liedjessmid Ed Harcourt [bovenste foto] doet de prachtige parochiekerk eer aan met de keuze voor composities bevolkt met duivels en engelen. Het hopelijk niet zo profetische, meermaals herhaalde zinnetje "If World War III comes soon / You’ll find me singing in the church" uit het antireligieuze 'Church of no Religion' mist zijn uitwerking niet: tientallen Duitsers tikken elkaar aan - hé, hij staat inderdaad in de kerk te zingen! Met zalvende, hoge zangstem en mooi galmend pianospel begeleidt de Engelsman zijn muzikale hoogmis, in enkele nummers wordt hij bijgestaan door drie violisten van het Berlijnse klassieke collectief stargaze. Tot slot wurmt de goedgeklede gentleman zich met een klassieke jarenvijftigmicrofoon door het overvolle middenschip om zijn volgelingen eens diep in de ogen te kijken.
Dan is het tijd voor een interessante samenwerking tussen voormalig Hüsker Düdrummer Grant Hart [foto links]en het door André de Ridder geleide stargaze. Zij hebben slechts een week de kans gehad om aan elkaar te wennen en om Harts ambitieuze conceptalbum The Argument (geïnspireerd door de bewerking die William S. Burroughs van John Miltons 'Paradise Lost' maakte) te omlijsten met klassieke instrumentatie. De oude punkrocker oogt en handelt als een zeventigjarige, al is hij pas net de vijftig gepasseerd. Hij kijkt verwilderd de kerk in, zet zijn brilletje per nummer dertig keer opnieuw op zijn neus en zit tussen de songs ongegeneerd aan zijn edele delen. Een prachtig typetje, eentje dat zowel bij het publiek als bij zijn klassieke compagnons meermaals voor stiekeme lachbuien zorgt. Muzikaal zit het echter allemaal fraai in elkaar. De opvallend als David Bowie klinkende Hart en het zeer sterke en geconcentreerde stargaze schotelen de zittende toehoorders een uur lang een behoorlijk gevarieerd kunststukje voor dat van apocalyptische chaos via theatrale stukjes in de geest van Roger Waters naar luchtige 'Always Look on the Bright Side of Life-achtige sprookjespop gaat. Hart is echter niet tevreden - het publiek in de achterste helft van de kerk schijnt immers niet bijster geïnteresseerd. Hij onderbreekt een nummer voor een tirade ("Ik kan mijn werk zo niet doen!") en past een oud schoolmeestertrucje toe door pas verder te gaan wanneer iedereen stil is - wat dankzij een stel onoplettende Duitsers nog vrij lang duurt.
De kleine Byzanzstage is vandaag als enige buitenpodium de facto het hoofdpodium - het gebied rond de daadwerkelijke mainstage is door middel van hekken nog afgesloten voor publiek. De plaatsing van dit podium is echter ongelukkig gekozen, waardoor degenen die niet meer in de Spiegeltent passen het deze avond moeten doen met een ongewenste mashup tussen de soundcheck van Trampled by Turtles en het brute zompige gitaargeweld van Royal Blood [foto hierboven] . Dit Amerikaanse tweetal had net zo goed Trampled by Elephants kunnen heten, zo furieus walmen de op een bas gespeelde hoge riedels door de ronde tent. Trampled by Turtles doet het hierna buiten rustig aan. Het groepje hillbillies tapt uit hetzelfde vaatje als Mumford & Sons, maar is beduidend authentieker. Je stelt je de groep zo voor in een verlaten weiland vol ronddwarrelende hooifladders en een kudde grazende bizons. De banjospeler pijnigt zijn vingers met energieke snarenacrobatiek, maar verder wil de show niet zo op gang komen. Het is tekenend dat een cover van Pixiesmeezinger 'Where Is My Mind?' op het meest uitbundige applaus kan rekenen, want het eigen materiaal is helaas niet afwisselend en aansprekend genoeg.
Foto's uit het archief van Simon Q (Ed Harcourt (onder CC-license)), Sharyn Morrow (Ed Harcourt (onder CC-license)) en uit het archief van Willem Schalekamp (Royal Blood, copyrighted)
http://www.kindamuzik.net/live/haldern-pop/haldern-pop-de-vrijdag/25224/
Meer Haldern Pop op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/haldern-pop
Deel dit artikel: