Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Wie is die jongeman die met kleurpotloden in de weer is, in de kleedkamer van een poppodium in Zürich? Het is Dan Haggis, drummer van The Wombats. Tegen de verveling heeft hij een hele voorraad kleurplaten mee op tournee. Het past prima bij het doel van het Britse trio. "Plezier, dat is het belangrijkste", zegt Haggis afwezig.
Aansluiten in de polonaise
Plezier was er vanaf het begin. Op het Liverpool Institute of Performing Arts (opgericht door Paul McCartney) bijvoorbeeld, waar Haggis in 2003 zanger/gitarist Matthew McMurphy ontmoette. Daar studeerden ze namelijk "voor het plezier." Medestudent en import-Brit Tord Overland Knudsen kwam erbij als bassist en het feest kon écht beginnen.
Letterlijk, want in het begin traden The Wombats op in clownspakken en rare hoedjes. Tegenwoordig zijn de gekke verkleedpartijen verleden tijd, maar heeft het drietal nog wel een gezellige mascotte, in de vorm van Cherub the Wombat. Ook in de muziek zelf is het plezier terug te horen, The Wombats sluiten de polonaise die is begonnen door de Kaiser Chiefs, opgepikt door The Maccabees en voortgezet door The Pigeon Detectives.
Een serieuze band?
"We nemen onszelf niet al te serieus. Dat hoor je terug in de muziek en in de teksten, die zijn vooral humoristisch. Je moet kunnen lachen om de leuke en minder leuke dingen van het leven, zo vinden wij. Bla bla bla." Haggis bla-blaat veel aan het einde van zinnen. Vindt hij plezierig. "We zijn goede vrienden en willen gewoon lol maken", vult de drummer nog aan.
Erg leuk, maar met plezier maken alleen kom je er niet. Wordt het dus geen tijd om wat serieuzer te werk te gaan? "We zijn altijd een serieuze band geweest, maar we dachten dat we nooit zover zouden komen."
Anders klinken
Even schrikken dus, toen ze opeens 20.000 Chinezen voor zich zagen. Allemaal dankzij de school van ex-Beatle McCartney, want The Wombats werden uitgezonden naar Beijing als het hedendaagse geluid van Liverpool. Inmiddels hebben ze enkele Engelse hitsingles op zak en stonden ze in de grote zaal van Paradiso, tijdens festival London Calling.
Met A Guide to Love, Loss and Desparation leveren ze een prima debuutalbum af en hebben ze met single 'Let's Dance to Joy Division' een culthit gemaakt. Tegelijkertijd is er weinig nieuws te horen; voorgangers als Franz Ferdinand, Arctic Monkeys, The Futureheads en de eerder genoemde polonaisegenoten deden het allemaal al eerder en soms ook beter. Haggis is het daar echter niet mee eens. "We hebben altijd geprobeerd anders te klinken."
Eigen identiteit
De songteksten zorgen ervoor dat The Wombats niet te vergelijken zijn met andere bands, vindt de drummer. "Ze gaan over liefdes die verkeerd aflopen. Wij proberen daar een andere draai aan te geven, bijvoorbeeld door andere onderwerpen te gebruiken, zoals strippers. Die verschillende invalshoeken onderscheiden ons van anderen."
Eigenlijk was het drietal al vanaf het begin meer onderscheidend dan leeftijdsgenoten, aldus Haggis. "Je luistert als je jong bent naar een band als Nirvana en denkt: 'ik wil ook in een rockband zitten. Zoals Kurt Cobain wil ik zijn!' Maar meteen vanaf het begin waren we idioten, we klonken anders dan leeftijdsgenoten. We verkleedden ons en maakten vreemde geluiden. Toen al hadden we een eigen identiteit. Wat die identiteit tegenwoordig precies inhoudt? Ja, euh, gewoon. Dat we als The Wombats klinken."
http://www.kindamuzik.net/interview/the-wombats/the-wombats-we-hebben-altijd-geprobeerd-anders-te-klinken/16323/
Meer The Wombats op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-wombats
Deel dit artikel: