Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Zo kaal als Lekmans debuut When I Said I Wanted To Be Your Dog was, zo vol en bombastisch is zijn nieuwste album. De singer-songwriter vervangt trage gitaartreurnis door zoete pop en discokitsch. "Ik ben op een punt aangekomen waarbij ik een definitie wil maken van wat ik voorheen gedaan heb. Ik werkte al heel lang aan dit volle geluid. Dat kun je ook wel horen in oude nummers als 'Maple Leafs'.
Daar komt bij dat ik op Night Falls over Kortedala een dromerig beeld wilde neerzetten. Dat is ontstaan vanuit mijn studioplek, het Kortedala Beautycentrum. Kortedala is een ongelooflijk grauwe en treurige stad, maar heeft een enkele hemelse plek. Die is naast mijn studio, bij de schitterende schoonheidssalon van Shirin, de oude kapster, die altijd mijn lokken knipte. Helaas is ze vertrokken.
De 'kitschsound' van deze plaat zat al acht jaar in mijn hoofd. Ik ben echter een hele tijdlang lui geweest. Ik kocht een ukelele en heb daar te lang op gespeeld. Veel nummers die ik in die acht jaar heb opgenomen waren 'er' bijna. Ik heb makkelijke uitwegen gezocht en die nummers eerder 'af' verklaard dan dat ze werkelijk af waren."
Je eigen Jens
De Zweed is niet bang dat hij met zijn vernieuwde bandgeluid de disco- en musicalhaters onder de Lekman-luisteraars verjaagt. "Ik denk dat ik altijd luisteraars verlies. Er bestaat een onjuist beeld van mij, dat van Jens Lekman als ukelele-troubadour. De Jens die je op het internet aantreft is echter geen vaststaand gegeven, hij is altijd under construction. Er zwerven op het web zoveel liedjes van me rond dat elke luisteraar zijn eigen Jens Lekman kan construeren."
Welke Jens je ook voor jezelf schept, met al zijn liedteksten over meisjes lijkt een ladies man de meest voor de hand liggende constructie. "Mensen denken dat ik met al die meisjes over wie ik schrijf liefdesrelaties heb gehad, maar dat is niet waar. Nina bijvoorbeeld, is een vriendin, Shirin was mijn kapster. Er zitten absoluut veel meisjesnamen in mijn liedjes, maar dat zijn voornamelijk namen van vriendinnen van me. Ik heb veel vriendschappen met meisjes. Het zijn overwegend sterke en onafhankelijke types, daar hang ik graag mee rond.
Wijze moeder
Mijn geheugen reconstrueert de dingen die ik met die meisjes meemaakte in het verleden. Alles wat ik opschrijf is gebeurd, althans in mijn hoofd. Mijn moeder belt me echter op als ze een plaat van me gehoord heeft en dan zegt ze: "Jens, jongen, sommige dingen op je plaat zijn echt niet gebeurd." Zij weet dat beter dan ik. De werkelijkheid is vaak saaier dan wat ik opschrijf.
Het nummer 'A Postcard to Nina' is trouwens wel een letterlijke weergave van de werkelijkheid. Nina is een lesbische vriendin van me, die me gevraagd heeft me voor haar vader voor te doen als haar vriendje, terwijl ze een vriendin heeft. Ik heb gewoon opgeschreven wat er gebeurd is, zo letterlijk dat ik me afvroeg of ik dan wel de credits voor dat lied mocht opeisen."
In zijn teksten combineert Lekman het meisjesthema met specifieke details als samen friet eten met grote klodders ketchup en mayonaise of komische referenties aan andere artiesten. "Ik ben verliefd op woorden. En dan met name als ze op elkaar rijmen. Zo rijmt bij mij 'Michael Jackson' op 'German accent'. De laatste tijd schrijf ik echter meer rechttoe rechtaan. Dat houdt me dichter bij de kern van wat ik wil zeggen. Bovendien is het in de muziekwereld gevaarlijk om te veel te refereren aan andere muzikanten.
Lompe gasten
Dat critici mij op mijn beurt met Morrissey vergelijken, dat heb ik altijd een wat ongemakkelijke referentie gevonden. Hier is het namelijk een compleet ander verhaal met de Smiths-aanhang. Ik heb nooit naar Morrissey geluisterd, want in Zweden luisteren bullies ernaar. Van die lui die op school in de gangen staan en "flikker!" naar je roepen of je in elkaar beuken. Ik weet wel dat het in andere Europese landen andersom is, dat degenen die in elkaar geslagen worden naar The Smiths luisteren."
Dat er geregeld hetzelfde soort lompe gasten tussen zijn publiek staat vindt Lekman bedroevend. "Ik heb zo veel optredens gedaan, de laatste drie, vier jaar. Daardoor ben ik de hele drankcultuur die rond die shows hangt gaan haten. Je ziet continu mensen zat worden. Zo triest is dat.
Ik wil communiceren met mijn luisteraars. Er bestaan zoveel ongeschreven regels over hoe je je als artiest op een podium behoort te gedragen. Ik wil juist die denkbeeldige grens tussen podium en zaal doorbreken. Ik ga daarom regelmatig na een optreden nog een stukje spelen in de tuin achter een poppodium. Voor die mensen die nog nuchter zijn." In februari volgend jaar kun je Jens Lekman weer in de Nederlandse tuinen aantreffen. Nuchter en zonder ukelele.
http://www.kindamuzik.net/interview/jens-lekman/de-meisjes-van-jens-lekman/16089/
Meer Jens Lekman op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/jens-lekman
Deel dit artikel: