Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Ga rechtop staan, draai je hoofd omlaag en staar richting je voeten. Nee, dit is geen shoegazing, je kijkt nu naar Australië, ergens aan de andere kant van de wereldbol. Een geïsoleerd land zonder historische gebouwen en zonder geschiedenislessen die terug gaan naar 2006 voor Christus. Wél een land met Guus Hiddink als bondscoach, euh – pardon, Architecture in Helsinki als één van de muzikale uitblinkers.
“Wie?” vraagt frontman Cameron Bird (27) vertwijfeld, als die naam valt. De naam van de wereldberoemde Varssevelder welteverstaan. “Voetbal is niet erg populair in Australië, af en toe komt het voorbij op het journaal, maar persoonlijk hou ik meer van American Football. Bij die sport heb je tenminste hoge scores, opwinding en mag je de bal aanraken. Van voetbal heb ik niet zoveel verstand.”
Verrassende ideeën
Des te meer weet hij van lieve, luchtige popliedjes met een theatrale twist. Net als zijn vele bandgenoten: Architecture in Helsinki bestaat naast zanger/gitarist Bird uit Jamie Mildren (o.a. gitaar, synthesizer), James Cecil (drums), Sam Perry (basgitaar, synthesizer), Isobel Knowles (trompet), Tara Shackell (tuba), Gus Franklin (trombone) en Kellie Sutherland (o.a. klarinet). Dat is een hele mond vol en de nummers van het gezelschap zijn net zo goed gevuld.
De creaties zitten vol met verrassende ideeën, gekke tempowisselingen en divers instrumentgebruik. Denk Arcade Fire voor kleine kinderen of The Fiery Furnaces die een musical naspelen. Met debuutalbum Fingers Crossed (2003) werd het hart van de alternatieve internetpers gestolen, In Case We Die (2005) kreeg daarna nog betere kritieken.
Bird, die om de zoveel tijd enkele “yeah’s” in zijn zinnen propt, begon laat met muziek maken: “Ik heb in mijn jeugd nooit toegang gehad tot muziek. Rond mijn achttiende kreeg ik een vriendin en zij had een gitaar. Daar begon ik op te spelen en toen ben ik meteen maar liedjes gaan schrijven. Voor ik het wist zat ik in een band. In mijn onderbewustzijn heb ik altijd geweten dat ik dit wilde doen.”
Het begon allemaal met de funkgrungers The Pixel Mittens, een band waar Bird eind jaren negentig samen met Mildren en Perry deel van uitmaakte en die uiteindelijk uitmondde in Architecture in Helsinki. Al snel was het tijd voor een debuutalbum. Dat werd haastwerk, want Bird zou snel voor een lange vakantie naar de VS vertrekken. Geluk bij een ongeluk: het album kon niet tijdig worden afgemaakt en in Amerika werd Bird verliefd op bands als de Beach Boys, Wu-Tang Clan en The Magnetic Fields: de échte Architecture in Helsinki was geboren.
Snel verveeld
Vorig jaar speelde de band al eens in Nederland, op het festival The Music In My Head. Het plezier spatte van het podium af en de ideeëndichtheid per song was ook op het podium enorm: “Al die verschillende ideeën in één nummer, dat voelt goed. Als er veel tegelijk gebeurt, dan pas ben ik tevreden over een nummer. Inderdaad, ik raak nogal snel verveeld.”
Het beste non-muzikale idee dat hij ooit heeft gehad, is redelijk vers: “Ik ga naar Amerika of Canada verhuizen, welke van de twee het wordt ben ik nog niet uit. We gaan eerst als band samenwerken via de post, maar begin volgend jaar komt de rest me achterna. Of het een moeilijk beslissing was? Absoluut niet, voor het creatieve proces is het juist goed, we gaan naar een nieuwe omgeving en krijgen daar weer nieuwe inspiratie van. Daarnaast is het ook handiger. Vliegen vanaf Australië duurt erg lang en het is moeilijk om er te overleven als muzikant.”
Volksverhuizing
Een grote volksverhuizing dus, misschien wel richting Amerika, het land van hamburgers, die niet zo heel erg geliefde president en Broadway. Dat laatste zou goed uitkomen, want aan In Case We Die te horen zijn de bandleden van Architecture in Helsinki groot musicalliefhebbers. Bird bevestigt dit: “Fiddler on the Roof en Singin’ in the Rain behoren tot mijn favorieten. Het is een grote invloed op onze muziek, we houden van het filmische, de crescendo’s en het grote gebaar dat je altijd in musicals ziet en hoort. Van de nieuwe musicals ben ik echter geen fan, die herkauwen meestal gewoon de oude klassiekers.”
Misschien een optie voor Architecture in Helsinki, om het musicalgenre nieuw leven in te blazen? Of een Spinal Tap-achtige rockopera te creëren? Bird, voor het eerst echt enthousiast: “Oh, ik zou het fantastisch vinden om zoiets te maken met onze band.” De ideeënstroom is alleen eventjes opgedroogd op dit moment: “Waar het dan over zou gaan? Moeilijke vraag hoor, dat weet ik nog niet.”
http://www.kindamuzik.net/interview/architecture-in-helsinki/architecture-in-helsinki-idee-nstroom-tegen-de-verveling/12775/
Meer Architecture in Helsinki op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/architecture-in-helsinki
Deel dit artikel: