Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Wat zijn de ideale omstandigheden voor een zomerfestival? 24 graden, ontspannen zonnetje? Een beetje regen kan geen kwaad? Een ding is zeker: de dikke dertig graden die zondag op de meters in het Rotterdamse Zuiderpark af te lezen waren, waren er beslist een paar te veel.
Het Metropolis Festival kent verschillende soorten publiek. Het festival is niet alleen gratis, maar vindt ook nog eens plaats ín de stad, pal naast de Ahoy en metrostation Zuidplein. Het festival trekt naast de vaste hippe indiejeugd en muzikanten (voornamelijk bij de podia) dan ook veel ras-Rotterdammers en toevallige passanten, die zich vooral in de schaduw en in het park ophouden. Het levert een bont festivalpubliek op: van zwaar opgemaakte emokids tot brede mannen met Feyenoord-tatoeages, van kinderwagens tot bejaardenrolstoelen.
Bloedarmoede
Voor het ontspannen Rotterdamse publiek is het zonovergoten Zuiderpark natuurlijk een zegen. Met een biertje voor pa en ma en een Nijntje-ballon voor dochterlief is het goed toeven in de schaduw achterop het veld bij het hoofdpodium. Voor de enthousiaste muziekliefhebbers met het programmaboekje in de hand is het vooral zweten geblazen. Dat verzucht Rutger Hoedemaekers van About in zijn strak witte outfit zelfs al bij de aftrap om half twee. Het publiek zal hij nog een beetje moeten opwarmen, en daar slaagt hij met zijn eigenwijs stuiterende electronica behoorlijk in. Met dank natuurlijk ook aan zijn stoere en sexy compagnon Marg van Eenbergen (ex-Seedling).
Maar er zijn ook behoorlijk wat tegenvallers te noteren. Rapper Wudstik (zie foto) op het hoofdpodium is niet alleen te laat, hij moet ook nog eens bijzonder hard werken om het gapende gat naar het publiek te overbruggen. Zijn muziek mist vooral soul, en zijn verleidingspogingen stranden in een beetje in rommeligheid. Bands als The Revs (zie foto) en Shitdisco zijn op papier een paar van de troeven van het festival, maar laten in de praktijk zien dat de Britse muziek een beetje aan bloedarmoede begint te leiden. Krijgen bands als Franz Ferdinand en Maxïmo Park al als verwijt dat alles twintig jaar geleden al een keer gedaan is, Shitdisco heeft inmiddels ook genoeg hedendaagse referenten. Hoekig, dansbaar, lekker rommelig, maar op de twee singles na ontbreken de echte ideeën. (AdV)
Hoogtepunten
Is er na al dat gezucht en gesteun ook nog wat goeds te noteren? Ja natuurlijk, The Spinto Band bijvoorbeeld, die met speels gemak de prijs voor schattigste band van de dag opeist. Geen van de zes heren lijkt boven de 1 meter 75 uit te komen. Maar dat weerhoudt ze er niet van om in de REP-tent een mooie show neer te zetten. Op plaat klinkt het allemaal wat strakker, maar het is het enthousiasme dat telt. Met een handvol Beach Boys-achtige popliedjes met een hedendaags Clap Your Hands-vleugje op zak kost het ze zichtbaar weinig moeite om het publiek mee te krijgen. (TZ)
Net na vieren wordt de gitaarbandjessleur bovendien doorbroken met Why?’s eigenzinnige mix van underground hiphop en indierock. Een verademing, zeker voor luisteraars die méér willen dan drie akkoorden en een vierkwartsmaat. Met virtuoos drumwerk, onverwachte wendingen en onnavolgbaar rap- en zangwerk is het voor de fijnproever genieten. De maniakale voordracht van frontman Yoni Wolf geeft de show een soort trance mee. Als een leraar achter zijn lessenaar, zo staat hij achter zijn effectenbak. Hij rapt, hij zingt en spuwt zijn teksten uit, zijn publiek in verwarring achterlatend met zinnen als 'If you're lonely, get a lobotomy'. Een fascinerend concert tussen een overvloed aan jonge, onstuimig gitaarbandjes. (EH)
Bier gooien
Vincent Niks, de ‘ik’ van Sanne & Ik gooit bij opkomst meteen een blik bier richting het hoofd van een argeloze toeschouwer. Het duo is een Jiskefet-sketch: de Lullo’s gaan punkduo. Lekker a-sociaal doen in je streepjesoverhemd. “Het volgende chanson heet ‘Daar lust papa wel pap van’” en dan maar weer eens een blik bier richting het publiek. “Ben je een wijf of zo, dat je niet kan vangen?” Gitaar spelen kan de man stiekem wel – een toeschouwer met Emperor-shirt krijgt uit losse pols voor zijn goede smaak een riff van die band cadeau. Sanne ramt ondertussen flink op de drums en dient als aangeefster. Erg lang is het optreden niet, want Niks moet naar Nijmegen, naar Guns N’ Roses. Bovendien heeft hij zich helemaal schor geschreeuwd.
De zanger van HushPuppies (zie foto) vindt dat er meer gedanst moet worden. Hij heeft makkelijk praten onder het afdak van het podium. Vóór het podium, vol in de zon, smelt je stilstaand al weg, zo midden op de dag. Aan de muziek ligt het niet. Op de beste momenten klinkt HushPuppies als het Franse antwoord op The (International) Noise Conspiracy, met strakke, drijvende baslijnen. Dat niveau hebben helaas niet alle nummers, er zijn behoorlijk wat dreinerige exemplaren bij, die de vaart uit het optreden halen.
Rotterdamser dan The White Suicide vind je ze niet: vol getatoeëerde ruwe bolsters met blanke pit (“Dit nummer is voor mijn zoontje”) brengen stoere, doch soulvolle punk. Sterke koortjes, boogiënde keyboards en vooral de intense zang van Gary White laten The White Suicide in één keer door naar de top van punkrockend Nederland. Met bandleden uit Razor Crusade, The Cenobites en The Travoltas niet geheel onverwacht, maar toch een van de verrassingen van Metropolis. (MtH)
Zonnige retropop
Toch vervalt het festival daarna weer een beetje in hetzelfde patroon. The Wrens waren vooraf een van de meest aansprekende namen in de line-up. Maar bij hun eerste optreden op Nederlandse bodem weet het viertal de verwachtingen slechts gedeeltelijk waar te maken. Bassist Kevin Warner rent voortdurend als een dolle heen en weer en gooit een paar keer zijn instrument meters de lucht in. Als het niet zo heet was geweest, was de vonk naar het publiek ongetwijfeld overgeslagen. Maar hoe goed bedoeld ook, aan al dat geschreeuw en gespring kleeft één groot nadeel. De melodie die de band op hun albums wel weet over te brengen is gedurende het hele optreden ver te zoeken. (TZ)
Het Zweedse Shout Out Louds kon als voorprogramma van The Magic Numbers in Paradiso al weinig imponeren. Op het hoofdpodium van Metropolis 2006 is dat niet anders, ondanks het zonnige weer, waarvoor de retro indiepop van de Zweden wel gemaakt lijkt. De 50 minuten blijken echter wel erg lang voor een band die slechts een aantal leuke liedjes heeft en de technische bagage bezit van het lokale schoolbandje. Dan is zo'n hoofdpodium wel erg groot. (EH)
Op de twee kleine Oogst-podia staan zo af en toe leukere namen dan op het hoofdpodium. Neem de Hospital Bombers. Vernoemd naar een nummer van The Mountain Goats, en door de stem van zanger Jan Schenk is dat meteen ook de meest voor de hand liggende referentie. De nieuwste aanwinst van Excelsior laat een goede indruk achter, waar nog extra kleur aan wordt gegeven door de bijdrage van violiste Susanne Linssen, alweer de tweede ex-Seedling van de dag. (TZ)
Op weg naar de afterparty
Voor de mensen die nog niet gezwicht zijn voor de lokroep van het strand eindigt de dag uitstekend met Bromheads Jacket (zie foto). Na hun optreden op London Calling had zanger/gitarist Tim een bloedende kop (Neerlands publiek: als de beste man van het podium duikt, vang ‘m even op). Vond-ie geweldig. Een avond om nooit te vergeten, noemde hij het. Dat kon het publiek beamen: het had de frontman heus niet uit onwil laten vallen. Ook in Rotterdam worden de haast onverstaanbare lappen teksten vol slang over het leven in Yateley de microfoon ingejaagd, begeleid door vurige punkrock-n-roll. Niet met hitpotentie à la Arctic Monkeys, maar wel met een gedrevenheid alsof elke bezoeker een persoonlijke schop onder ’t achterwerk krijgt. De barrière tussen hem en het publiek vindt Tim maar niets: hij verlangt openlijk naar het optreden later die dag in Rotown. Maximaal tweehonderd man publiek recht voor z’n neus is toch een stuk beter?! De securityguard die wat te opzichtig boven het publiek uit torent krijgt van Tim een David Brent-achtig commentaar: “what’s that man doing there? The attention should be on me!” Nog een paar punky tracks, een sprong in het publiek die de beste man wel zonder kleerscheuren overleeft en een groet: Bromheads Jacket zegeviert andermaal. (NP)
Het is een fraai einde van een moeizame dag. Metropolis 2006 had te kampen met een iets mindere line-up dan voorgaande edities, en dat werd helaas niet echt gecompenseerd door onverwachte verrassingen. Dat komt natuurlijk ook door het overdreven zomerse weer en door het afzeggen van hoofdact Spank Rock. Voor de rest: volgend jaar gewoon weer.
Foto van Bromheads Jacket door Stéphan Lam.
http://www.kindamuzik.net/artikel.php?id=13310
Meer Metropolis Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/metropolis
Deel dit artikel: