Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Canadees escapisme
Zoals tien jaar eerder het industriële Birmingham de loodzware sound van Black Sabbath en daarmee het metalgenre zelf voortbracht, ligt de nucleus van Voivod begin jaren tachtig in een klein fabrieksstadje in de Franstalige Canadese provincie Quebec. Het altijd aanwezige onheilspellende machinekabaal in de verte bezorgt de jonge Michel Langevin, behalve de inspiratie voor zijn tribale drumwerk, nachtmerries over monsters en apocalyptische visioenen. Langevin, die vanwege zijn dromerige aard de bijnaam Away krijgt, begint als tekenaar zijn eigen fantasiewereld te creëren, geïnspireerd door horror - de naam verwijst naar de Slavische adellijke titel van Dracula - sciencefiction én progrockbands als King Crimson, Van Der Graaf Generator en Pink Floyd.
Away's conceptuele geesteskind Voivod - zowel de band als de gelijknamige cyberwarrior die het karakteristieke artwork siert en de rode draad vormt in de songteksten - groeit daardoor uiteindelijk uit tot een typische exponent van het Canadese nerdy middle-of-nowhere escapisme dat bijvoorbeeld ook bij 's lands symfotrots Rush en collegaprogpunkers Nomeansno naar voren komt. Ook muzikaal zijn er al dan niet toevallige overeenkomsten met deze twee bands: een ambitieuze sound die wordt neergezet door slechts drie instrumentalisten, met een overheersende straaljagerbas en een gitarist die opvallend veel in de hoge registers opereert.
Schrootmetal
Op het rauwe vroege werk van Voivod vertaalt de industriële achtergrond zich echter nog in grauwe straatpunk en schrootmetal; 'trash' met maar één h, die zwaar is beïnvloed door Discharge, Motörhead en Venom. Met name het tweede album RRRÖÖÖAAARRR (1986) is bedoeld als de snelste, hardste en meest heavy plaat ooit en bezorgt de band al een geduchte reputatie als een interessant buitenbeentje in de metalunderground. Maar met bands als Slayer, Repulsion en Death in opkomst beseft Voivod dat het niet in de wieg is gelegd om deze wapenwedloop te winnen. Het roestige speedcore-vehikel vertraagt en doet iets wat niemand in de buitenwereld ziet aankomen: het stijgt ten hemel.
De ultieme cultband
Thrash, het destijds dominante subgenre waar Voivod voor het gemak bij werd ingedeeld, stond niet direct bekend om zijn experimenteerdrang. Het was zeker achteraf gezien 'slechts' een verbindende schakel, een overgangsperiode tussen de New Wave of British Heavy Metal en de uiteindelijke extreme metalsubgenres death, black en grind. Deze drie stromingen zouden later stuk voor stuk veel avant-gardistische varianten voortbrengen, maar stonden ten tijde van Voivods hoogtijdagen nog in de kinderschoenen. In het eclectische metallandschap van de 21e eeuw met al zijn 'post'-kruisbestuivingen is het nog maar moeilijk voor te stellen hoe exotisch en vervreemdend de klassieke Voivodalbums Killing Technology (1987), Dimension Hatröss (1988) en Nothingface (1989) klonken eind jaren tachtig: je begreep er nauwelijks iets van, kon het totaal niet plaatsen, maar draaide ze wel helemaal grijs.
Deze trits albums laat een uiterst gedurfde en steeds weer wat verder uitgewerkte mix horen van metal, punk, wave, garage, industrial, prog en psych, waarbij met name gitarist Piggy alle schroom van zich af gooit en tot grote hoogten stijgt. Zijn spel is dissonant, schril, spacey en (zeer ongebruikelijk in metal) doorspekt met open mineurakkoorden en scheurende rock-'n-rollsolo's. Het contrasteert en combineert bovendien prachtig met de enorme stootkracht van de ritmesectie, die ook nog eens uitblinkt in rigoureuze tempowisselingen en oneven maatsoorten. De schijnbaar onverenigbare genres prog en punk vinden zo gezamenlijke grond in de metal, en ondertussen maakt Voivod ook tastbaar waarom Joy Division door sommigen als metalband werd gezien.
Wet van de remmende voorsprong
Dit alles maakt Voivod eind jaren tachtig tot de ultieme cultband en het lievelingetje van de pers, maar tot een echte doorbraak naar het grote publiek komt het niet. Wanneer de van het relatief makkelijk te behappen Nothingface afkomstige Pink Floydcover 'Astronomy Domine' veelvuldig langskomt op MTV en de band op tour gaat met zowel Rush als Soundgarden en Faith No More, lijkt begin jaren negentig de tijd rijp om aan te haken bij de ontbolsterende alternative nation.
Met de eigenzinnige pop noir van Angel Rat (1991) treedt echter de wet van de remmende voorsprong in werking. Enerzijds knapt een grote deel van de oude (prog)metalfanschare af op het toegankelijke geluid en de versimpelde songstructuren; anderzijds is de band met zijn gejaagde wavetempo's te veel geworteld in de jaren tachtig om aansluiting te vinden bij de op slepende seventiesgrooves leunende grunge.
Ondanks het feit dat het een prima plaat is die later een uitgebreide herwaardering zal krijgen (onder meer Ryan Adams is groot fan, getuige ook zijn uitermate Voivodeske metaluitstapje Orion), belandt het toch net even wat al te rare Voivod jammerlijk tussen wal en schip. Als achtereenvolgens bassist Blacky en zanger Snake de band verlaten gedurende de jaren negentig, zijn de hoogtijdagen definitief voorbij. Er volgen nog twee duistere, agressieve platen met een nieuwe zanger maar begin deze eeuw lijkt het doek definitief te vallen voor Voivod.
Comeback
Inmiddels blijkt de invloed van het klassieke werk van Voivod wijdverbreid: bijvoorbeeld op de postrock/-metal van Neurosis en zijn talrijke epigonen, maar ook de extreme psychmetal van Opeth, Enslaved, en het eveneens op Roadburn aanwezige Nachtmystium. Zelfs buiten de metalwereld steken velen de loftrompet, waaronder de reeds genoemde Ryan Adams en Deerhoof.
De band besluit dan ook om de draad weer op te pakken, met zanger Snake terug op het oude nest en niemand minder dan ex-Metallicalid Jason Newsted op bas. Het titelloze comebackalbum uit 2003 wordt positief ontvangen, maar kan zeker qua ambitieniveau toch niet tippen aan het beste werk uit vervlogen tijden. In 2005 komt het droeve nieuws dat gitarist Piggy, het muzikale brein van de band, is overleden aan de gevolgen van darmkanker. De twee postuum verschenen platen Katorz en Infini, die door de band in elkaar worden geknutseld aan de hand van gitaarpartijen die Piggy op zijn laptop heeft achtergelaten, passen op lugubere wijze in de mens-machinethematiek van Killing Technology en Dimension Hatröss.
Levenslustig op leeftijd
Na een korte periode van bezinning, het strikken van nieuwe gitarist Chewy en de terugkeer van bassist Blacky, heeft Voivod zichzelf inmiddels wéér opnieuw uitgevonden. Deze keer is dat als greatest hits spelende feestband, die eindelijk dankbaar de vruchten mag plukken van de verworven cultstatus, waardering en goodwill. De obcure undergroundband die ooit grossierde in teksten over oorlog, pijn en de dood is nu, zoals tijdens de vorige editie van Roadburn al bleek en zoals het een metalinstituut op leeftijd ook betaamt, een toonbeeld van humor, zelfspot en (waarschijnlijk met dank aan Piggy) vooral levenslust.
Dit jaar is de op de kop af dertig jaar oude band dan ook teruggevraagd, als gastcurator nog wel. Er wordt flink uitgepakt met een tentoonstelling van het artwork van Away, een film, een keur aan inspiratiebronnen (Killing Joke), tijdgenoten (Justin Broadrick, Coroner) en volgelingen (Nachtmystium, Sólstafir). Maar het absolute hoogtepunt is toch de allereerste integrale live-uitvoering van de Voivodplaat die nog steeds het meest tot de verbeelding spreekt: Dimension Hatröss. Gezien het huidige karakter van de band moet er niet gek worden opgekeken als er bij wijze van grapje voor de kenners doodleuk wordt besloten met de Batman-herkenningstune.
Volledig programma AU-DELÀ DU RÉEL (Roadburn, vrijdag 13 april).
Tentoonstelling WORLDS AWAY - The Art Of Michel Langevin.
(Foto Voivod in 1986: Realbeatle / Illustraties: Michel 'Away' Langevin)
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/voivod/onvoltooid-verleden-tijd-voivod/22756/
Meer Voivod op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/voivod
Deel dit artikel: