Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
The Nits - The Nits (1978)
Met de single 'Yes or No' scoort het Amsterdamse kwartet The Nits (foto bovenaan) in 1976 zijn eerste bescheiden hit. Beïnvloed door The Beatles en The Kinks combineren The Nits het ambachtelijke liedjesschrijven met de springerige new wave uit die tijd. Producent Alan David heeft een grote invloed op het geluid van de band, maar bij het opnemen van de eerste langspeler komen band en producent niet tot een eenduidig resultaat.
Het in Wales opgenomen titelloze debuutalbum verschijnt uiteindelijk wel, maar meer als contractuele verplichting dan als representatief visitekaartje. Zodra de oplage van duizend stuks is uitverkocht, verdwijnt het album in de vergetelheid. The Nits werken ondertussen aan opvolger Tent, wat algemeen gezien wordt als het échte debuut. Van 'Tutti Ragazzi', een van de leukste nummers op The Nits, wordt voor Tent een nieuwe versie opgenomen. Het nummer speelt in de nieuwe versie een belangrijke rol in de doorbraak van de band.
Het album The Nits is decennia later nog even leverbaar op cd-r via Nederpoparchief Fonos, maar met de teloorgang van het platform verdwijnt ook de eerste plaat van The Nits weer in een gesloten archief. (FV)
The Visitor - Live (1988)
Het Sneker The Visitor maakt vanaf begin jaren tachtig door Joy Division en The Cure beïnvloede postpunk. Door daar een avontuurlijke en melodieuze draai aan te geven, creëert het viertal een karakteristiek geluid. Al snel pikt de landelijke pers (Oor, Vinyl) de band op zodat The Visitor ook buiten Friesland aan de weg timmert. Hierdoor worden ze in eigen provincie al gauw voor arrogant versleten.
Ondanks een hoog opnamebudget en een dito kwaliteit van de songs, leidt de plaat Transparent World in 1984 niet tot het gehoopte succes. In 1987 zoekt de groep letterlijk het avontuur op door twee illegale concerten te geven in Leningrad. Ondanks een aantal uitstekende platen en cassettes weet de band de underground niet te ontstijgen.
Het rauwe en experimentele geluid van de band komt het beste over op de live-lp uit 1988. De bas is moordend en de schitterend verweven gitaarlijnen zijn beurtelings gierend en gruizig, maar zeer melodieus. Vaak schuren ze letterlijk tegen psychedelische noiserock aan, soms tegen gitaardrones. De drums komen trefzeker en vindingrijk naar voren. De prachtige zang van Ernst Langhout is gedragen en vol drama. Het is een van de beste liveplaten uit de Nederpophistorie. (AR)
De Raggende Manne - Knuppelhout (1990)
Woede, wanhoop en waanzin. Na de ep Vijf Sessies uit 1988 volgt twee jaar later zowaar een heel album (veertien nummers in 27 minuten) van De Raggende Manne. Met Louis ter Burg op bas, Theo Slagter op gitaar, Palli Gudmundsson op drums en Bob Fosko als poliep op zijn eigen stembanden heeft de band zijn oersamenstelling gevonden.
Knuppelhout rept over de donkere kant van het bestaan, opgekropte woede die eruit moet en dagelijkse ergernissen als het uitlaten van de hond en het krijgen van een wielklem. De teksten komen recht uit het hart en hebben een poëtisch randje. Muzikaal gaat het op het eerste gezicht alle kanten op, maar uiteindelijk gaat het vooral hard vooruit en is het allemaal net wat doordachter en minder chaotisch dan het lijkt.
Het zeven seconden durende 'Nee's Niks' wordt op single uitgebracht en krijgt de nodige airplay. Helaas telt een single pas mee voor de hitlijsten als hij minstens een minuut duurt, maar de band mag er toch mee optreden in Veronica's Countdown. Wegens uitputtingsgevaar en mogelijke stemprobleem zijn optredens van De Raggende Manne schaars en kort, wat de cultstatus van de band alleen nog maar vergroot. Er volgt nog een handvol albums waarop de band steeds meer richting freejazz gaat. De frustratie over de wielklem vormt zelfs een rode draad in het repertoire. Na enkele reünieoptredens in 2013 zijn de Raggende Manne naar verluidt bezig met nieuw materiaal. Houdt het dan nooit op? (FV)
Blue Guitars - Blue Guitars (1991)
Twee broers uit Deventer in het tijdperk van grunge en gescheurde spijkerbroeken. Maar zij doen iets anders. Ze spelen folkrock met een psychedelisch randje en - zeker met het inzicht van 25 jaar later - verdraaid goeie liedjes. Dick en Bert Dijkman vormen de Blue Guitars en treden gezamenlijk op in het eeuwenoude stadje aan de Nederlandse Mississippi, de IJssel.
De broers vragen er een bassist bij en een drummer en zijn een band. Het talent van Dick, zanger en voornaamste songschrijver, ontvlamt snel. Het titelloze debuut van Blue Guitars bevat tien liedjes die psychedelisch traag zijn of uptempo én tegelijkertijd toch melancholisch. Big Star, Nick Drake en Velvet Underground worden als referenties genoemd, maar de Deventenaren benaderen vooral The Chills.
Als een koortsdroom trekt dit kleinood aan de luisteraar voorbij. De single 'While the Time Away' op Kelt Records scoort in kringen van liefhebbers. De band gaat door en maakt nog zo'n mooie plaat (Shellfish). Daarna volgt een Gram Parsonsachtig project. Ondanks vele concerten, ook in het buitenland, is de spanning er al af als de vierde plaat uitkomt. Maar ze waren even on-Hollands goed, die broers Dijkman. (RB)
The Serenes - Back to Wonder (1993)
In het najaar van 1990 verschijnt een meesterwerk in de Nederlandse gitaarmuziek: Barefoot and Pregant van The Serenes. Daarna blijft het lang stil: medesongschrijver Paul Dokter verlaat de band, terwijl de andere songsmid Theo de Jong een writer's block krijgt. Het duurt tot augustus 1993 voordat opvolger Back to Wonder verschijnt.
Producer Lou Giordano, net als De Jong een groot vogelliefhebber, laat The Serenes iets steviger klinken maar behoudt toch het dromerige, in de lijn van dan opgang makende bands als Buffalo Tom en Teenage Fanclub. Het is opnieuw een geweldige plaat die lovende kritieken krijgt, die puntiger en coherenter klinkt dan de voorganger. Als geheel doet de plaat, met zijn fraaie melodieuze vondsten, niet onder voor werk van buitenlandse evenknieën.
De Jong bewijst zijn grote klasse als songschrijver, bijvoorbeeld in het indrukwekkend mooie 'Millbank Wood', dat hij voor en over Paul Dokter schrijft, het uitermate sfeervolle 'Here', het onderhuidse en pianogeleide 'Every Sunday' of het ritmisch ijzersterke titelnummer. De Jong heeft ervoor gekozen om beroepsmuzikant te zijn en wil internationaal doorbreken, maar na een deels succesvolle tour ontmantelt hij in 1995 gedesillusioneerd de band.
7Zuma7 - Deep Inside… (1999)
Als er een kenmerk is dat ze in het buitenland gebruiken om Nederlandse popmuziek te karakteriseren, dan is dat het vermogen om goede popsongs met gevoel voor melodie te schrijven. Dit geldt eveneens voor de hardere muziekgenres, zoals blijkt uit Deep Inside…, de tweede plaat van de Eindhovense stonerrockformatie 7Zuma7. De elf stroperige nummers staan bol van de melodieuze riffs, die in je hoofd maar nog eerder in je buik blijven zitten.
7Zuma7 wordt in 1995 opgericht door ex-leden van bands die het gitaareffectpedaal eveneens wel wisten te vinden, zoals The Apemen, 35007 en Alabama Kids. Het geluid is gefundeerd op jarenzeventighardrock van Black Sabbath en Led Zeppelin, waaraan het viertal slepende grooves en uitgekiende hard-zachtdynamiek toevoegt. Deep Inside… is een plaat die langzaam bezit van je neemt: na een aantal nummers valt hoofdknikken niet meer te voorkomen en wil je steeds meer.
Live is 7Zuma7 een nog grotere belevenis, met buikdanseressen en verkleedpartijen met glitterpakken. De band treedt na de uitstekende persontvangst van de plaat veel op in Nederland en België, maar het succes duurt maar kort. Nauwelijks een jaar later gaat de band wegens onderlinge spanningen tussen de bandleden uit elkaar. Bijna vijftien jaar later klinkt Deep Inside… nog even onweerstaanbaar als toen. (AR)
Hallo Venray - I'm Not a Senseless Person, At Least I Don't Wanna Be (2000)
Tien jaar na haar grote succes The More I Laugh, the Hornier Due Gets!, begint de Haagse rockformatie Hallo Venray aan een compleet nieuwe fase in haar bestaan. Henk Jonkers, producer van de succesvolle 'navelplaat', neemt plaats achter de drums en introduceert een bijzonder en warm geluid terwijl frontman Henk Koorn het zoekt in sfeer en spacy experimenten. Verdwenen zijn de grappen en grollen en de Neil Youngachtige succesnummers.
Toch is I'm Not a Senseless Person, At Least I Don't Wanna Be - fijne titel - een bloedmooie, desolate liedjesplaat, lekker lonely Amerikaans gezongen, en gepeperd met een paar luide, freaky uitstapjes. Alles wordt opgenomen, ook voor het eerst, in Koorns eigen Safari-studio in de Hofstad. Hier hoor je een band die volmaakt bezig is iets te doen wat zij graag wil doen. Voortaan is dit de Hallo Venray die je tot aan vandaag live kunt zien. En wat zijn ze goed geworden… (RB)
Foto Nits uit het KindaMuzik archief door Bart van den Hoogenhoff
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/nederlandse-cultbands/alle-eenentwintig-nl-cult-5533/24674/
Meer Nederlandse cultbands op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/nederlandse-cultbands
Deel dit artikel: