Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
In het geval van de twee jaren zeventig voorgangers The Complete In a Silent Way Sessions en The Complete Bitches Brew Sessions kan ik direct stellen: veel. Erg veel zelfs, want ze staan vol met onuitgebrachte stukken, kennen veel afwisseling, en hebben maar weinig overlap in de zin dat er geen reusachtige hoeveelheid versies van hetzelfde nummer opstaat. Niet alleen must-haves voor de doorgewinterde fans, zelfs voor nieuwe Miles-devoten is er genoeg op die in toaal acht schijfjes te ontdekken zonder direct afgeschrikt te raken door langdradigheid. En dat zou weleens anders kunnen zijn voor The Complete Jack Johnson Sessions.
Eerst nog maar even een korte introductie geven over die even beroemde als beruchte periode in Miles Davis' carrière. Eind jaren zestig raakt de goede man uitgekeken op de tradionelere jazzsoorten en het gebruik van alleen maar akoestische instrumenten. Hij gaat tot schrik van velen experimenteren met elektriciteit, zoals orgels, Fender Rhodes piano's, gitaren, en laat tijdens lange opnamesessies de band gewoon lopen, waarna producer Teo Macero zijn knip- en plakkunsten erop los mag laten. Zeer revolutionair destijds, niet alleen voor de jazz maar ook voor populaire muziek in het algemeen. Minstens net zo revolutionair zijn de invloeden van de funk van Sly & the Family Stone, de rock van Jimi Hendrix (waarmee Miles muzikaal wilde gaan samenwerken, maar zoals bekend leefde Hendrix niet lang genoeg om dat daadwerkelijk te kunnen doen), en de avant-garde van Stockhausen. Er wordt door jazzpuristen gesproken van een schandelijke ontwikkeling, zeker als Miles gewoon gaat optreden met pop- en rockartiesten. Hij was er echter de persoon niet naar om zich daar ook maar ene moer van aan te trekken, en is gelukkig altijd zijn eigen weg blijven volgen. Veel onbegrepen werkstukken dus, maar vanaf midden jaren negentig is er een herwaardering ontstaan voor deze periode, een periode die niet alleen van grote waarde was voor het onstaan van jazzrock en fusion, maar net zozeer voor drum&bass, techno, ambient en allerhande soorten elektronica.
A Tribute to Jack Johnson - zo genoemd omdat Miles een enorme boksfanaat was, en Jack Johnson een van zijn favoriete boksers ooit; de andere nummers op deze set zijn dan ook bijna allemaal vernoemd naar boksers - werd net na Bitches Brew opgenomen, met veel namen die ook op die plaat meededen: gitarist John McLaughlin, basklarinettist Benny Maupin, drummers Jack DeJohnette en Billy Cobham, toetsenisten Keith Jarrett, Herbie Hancock en Chick Corea. Stuk voor stuk namen die later de jazzrock mee ontwikkelden. Qua sound liggen de platen echter behoorlijk van elkaar verwijderd: waar Bitches Brew een donker, dicht, drukkend moeras vol onheilspellende geluiden is, blijft Jack Johnson open en vrij licht, en vooral extreem gericht op voortdenderende rock- en funkgrooves. Geen opeengepakte sound vol blazers, percussie, elektrische piano's en orgels dus, maar wel met een doorlopende glansrol voor gitarist John McLaughlin. Zijn scherpe gitaarsound is vaker hoorbaar dan Miles' eigen trompet, hoewel die waarschijnlijk in zijn beste vorm ooit stak op dat moment. In ieder geval, Jack Johnson is ondanks zijn lange nummers opmerkelijk compact en transparant.
Natuurlijk heeft een vijfdelige boxset niet de intentie om compact te zijn, dus die eigenschap van het oorspronkelijk exemplaar gaat direct verloren. Wat verder direct opvalt is dat - in tegenstelling tot die andere twee boxen - er hier vooral veel verschillende versies van dezelfde nummers worden gebruikt. Neem nou opener 'Willie Nelson'. Staat niet op de eigenlijke Jack Johnson, maar op restjesplaat Directions. Op deze box wordt begonnen met zes versies van het nummer. Hetzelfde geldt voor 'Go Ahead John' (vijf versies) op disc 2 en 'Right Off' (vier versies) op disc 3. Zijn al deze versies nodig? Zijn ze essentieel? Natuurlijk niet. De beginnende fan zal er waarschijnlijk door worden afgeschrikt, en de leken zullen helemaal gillend wegrennen. Blijft over de echte fan, en die geniet van elke versie. Die hoort de minieme, maar toch constant verschuivende invalshoeken en accenten. Die hoort welke weg er is afgelegd voor er tenslotte bij een definitieve, essentiële versie wordt stilgehouden. 'Willie Nelson' zes keer achter elkaar horen valt zelfs voor een enorme freak als ondergetekende niet mee, maar het ritme verandert elke keer, het spel van Miles en zijn medemuzikanten is nooit hetzelfde. Dat is ook het mooie van de jazz: geen enkele keer zijn versies gelijk, improvisatie krijgt alle ruimte. Ook 'Go Ahead John', een furieuze funky rocker (oorspronkelijk op Big Fun) die maar door en door wil gaan, krijgt verschillende benaderingen die voor ongeoefende luisteraars alleen maar meer van hetzelfde zullen zijn, maar aan kenners constant nieuwe dingen laat zien en horen, zoals een enorm freakende Jack DeJohnette die zelfs van de meest houterige klaas een John Travolta kan maken.
De kracht van deze boxset zit echter in de nummers die nooit eerder zijn uitgebracht, zoals 'Sugar Ray', dat aarzelend en hoekig opent maar steeds losser gaat grooven totdat een bijna drum&bass-achtig ritme ontstaat. Of de luie funk van 'Ali' die eigenlijk nergens heen dreigt te gaan, maar wel een zeer prettige sfeer neerzet waarvan je niet wil dat hij eindigt. Het jammerige karakter van het stuk benadrukt de spontaniteit en de overduidelijke lol die de muzikanten moeten hebben gehad in de studio. Hoogtepunt is echter 'Konda', al eerder te vinden op Directions maar nu voor het eerst geplaatst in een omgeving die het melodieuze, meditatieve stuk eer aandoet. Miles' trompet klinkt zeldzaam zacht en gevoelig, en heeft qua begeleiding alleen maar McLaughlin, DeJohnette, Jarrett en percussionist Airto Moreira om zich heen. Waar de rest van The Complete Jack Johnson Sessions duidelijk gericht is op groove en rock, vormt 'Kunda' een eiland vol spirituele schoonheid.
Nog veel meer dan de eigenlijke Tribute to Jack Johnson blijken de complete sessies gedomineerd te worden door John McLaughlin en zijn specifieke gitaargeluid. Miles zelf was met zijn 43 jaar in de kracht van zijn leven, nam op dat moment geen drank of drugs, at goed en trainde veel, en misschien juist omdat hij zich zo goed voelde, stelt hij zich vaak op deze opnames vaak verrassend bescheiden op. Hij heeft vaker gezegd dat hij zijn Jack Johnson-plaat een van zijn best gelukte albums ooit vond. Je kunt je afvragen of deze ontzettende kritische man blij zou zijn met het op de wereld brengen van alle sessies die eraan vooraf gingen. Hij hield sowieso niet van terugkijken en was een album vaak alweer vergeten voordat het in de winkel lag. Maar goed, Miles Davis is al twaalf jaar dood en kan dus niet protesteren tegen alweer een boxset. Een boxset die in tegenstelling tot die van In a Silent Way en Bitches Brew minder geschikt is voor de "gewone" consument. Door al die verschillende versies van dezelfde liedjes blijft The Complete Jack Johnson Sessions steken bij het predikaat "only for devoted fans" en hebben anderen er minder bij te zoeken.
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/miles-davis/miles-davis-the-complete-jack-johnson-sessions/4525/
Meer Miles Davis op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/miles-davis
Deel dit artikel: