Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het debuutalbum van The Standard - August - verscheen twee jaar geleden nog gewoon op Touch & Go. Beslist geen slechte plaat en goed geproduceerd door Jeff Saltzberg. Opvallen deed het vijftal uit Portland echter niet. Daar lijkt met Wire Post to Wire verandering in te komen. Rolling Stone vergeleek de band al met Radiohead, de plaat met Kid A. Daar is veel fantasie voor nodig. En een voorliefde voor de onvaste, theatrale stem van Tim Putnam die het geluid van The Standard kleurt. Een stem die overigens wel iets weg heeft van die van Adam Duritz (Counting Crows) en Brian Molko (Placebo). Nee, The Standard zit eigenlijk veel dichter tegen Bedhead en June of 44 aan, met hier en daar wat Jeff Buckley en – vooruit dan – een scheutje Radiohead.
Instrumentaal is Wire Post To Wire best een goede plaat. Heel goed zelfs, bij vlagen. Maar de stem van Putman gooit roet in het eten. Oké, speciaal is het wel, die trillerige zeurstem bovenop de verstilde en desolate post-rock. Had goed uit kunnen pakken, doet het dus niet. Waarom? Steeds wanneer de monotone drums en gitaren in combinatie met het melancholische pianowerk het juiste trance-opwekkende gevoel te pakken is daar Putman om de betovering weer te verbreken. Af en toe passen stem en instrumenten prachtig bij elkaar (opener 'Metropolitan' en 'Monks in New Jersey'), maar vaker zitten ze elkaar flink in de weg. Jammer, The Standard kan immers bloedmooie liedjes schrijven. Nu nog dat soort liedjes schrijven voor de stem van Putnam en misschien wordt die derde plaat een klapper.
http://www.kindamuzik.net/recensie/the-standard/wire-post-to-wire/6928/
Meer The Standard op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-standard
Deel dit artikel: