Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
“Alone at the Microphone, dat rijmt wel leuk en is zodoende geschikt als albumtitel”, moet singer-songwriter Aaron Riches van het Canadese rammelgezelschap Royal City gedacht hebben toen hij een elftal huis-, tuin- en keukenliedjes in elkaar had geknutseld voor een nieuwe cd. Alone at the Microphone is dus de enigszins weemoedige titel van het tweede studioalbum van het kwintet Royal City en daarmee de opvolger van het debuut At Rush Hour the Cars, waarop boegbeeld Aaron Riches op aangename wijze liet horen dat alternatieve country begint waar de indie-rock van de negentiger jaren ophield. Voor Alone at the Microphone liet Aaron Riches de Will Oldham-baard verder groeien en verzon een handjevol briljante songtitels als ‘And Miriam Took a Timbrel in Her Hand’, ‘My Brother Is the Meatman’ en ‘Dank Is the Air of death and Loathing’.
Aaron Riches laat een prettige zangstem los op de treurliedjes en het rammelorkest creëert een relaxte en ongedwongen sfeer daar omheen. De beste songs op dit album zijn ook écht liedjes, zoals de dromerige meezingers ‘My Brother is the Meatman’ en ‘Spacy Basement’, waarbij telkens weer een onderliggende spanning het geheel van countrygetinte en onversneden indie-folk naar een hoger gelegen platform tilt. Het gepriegel op banjo’s in ‘Under a Hollow Tree’ en ‘Daisies’ gaat gelukkig ook niet aan ons voorbij en dat zorgt ervoor dat Alone at the Microphone ondanks de niet ongewoon korte speelduur een gevarieerde cd is geworden van een koninklijke klasse.
http://www.kindamuzik.net/recensie/royal-city/alone-at-the-microphone/3012/
Meer Royal City op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/royal-city
Deel dit artikel: