Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
De scouts van het Engelse Resonant zijn op IJsland neergestreken en dat zullen we weten ook. Na de post-rock van Stafraenn Hákon en de fijnzinnige elektronica van Borko en Sk/um presenteert men alweer haar vierde act van dit eiland, Ölvis. En opnieuw blijkt het een gouden vondst. De 25-jarige Orlygur Thor Orlygsson uit Reykjavik nam in de zomer van 2003 zijn debuut Ölvis op, een toegankelijke, dromerige plaat vol warme instrumentale muziek op het snijvlak van akoestisch en elektronisch.
Het procédé is steevast hetzelfde, maar het werkt altijd. Over een vriendelijke, sferische laag strings legt Orlygsson een simpel (akoestisch) gitaar- of orgelriedeltje, dat in alle loomheid ontzettend aanstekelijk is. Stereolab zou trots zijn op de trage, verslavende schwung van 'Goodnight' en 'Go Very Far'. Deze directe melodieuze nummers worden afgewisseld met het meer mysterieuze en organische 'Fonia' en 'Waterfall', die zich met hun ijle, vibrerende synthesizers en drietrapsbas kunnen meten met het rustige werk van Boards of Canada. De elektronische basis van het geluid gaat op in de organische, natuurlijke klank van de instrumenten en veldopnames. De manier waarop Ölvis stemmen en gezucht als instrument in de muziek verweeft is eveneens van een indrukwekkende schoonheid. Het meest treffend doet hij dat in 'Orion', een van glitch verstoken Fennesz-achtige gooi naar een perfect hemelse melodie, die je met zijn drie minuten doet hunkeren naar meer.
Met betrekkelijk weinig ingrediënten is Ölvis een heerlijk warmbloedige en intrigerende plaat geworden, rijk aan melodie en sfeer maar met een uitnodigende luchtigheid. Een plaat die je op alle niveaus steeds opnieuw wilt bewonderen.
http://www.kindamuzik.net/recensie/lvis/s-t-5968/5968/
Meer Ölvis op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/lvis
Deel dit artikel: