Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Laten we elkaar, laat ik mezelf, geen mietje noemen. Toegegeven, Lenny Kravitz heeft sinds begin jaren '90 gewoon een paar kanjers van hits op zijn naam gezet. Nummers die stuk voor stuk erin gaan als koek, songs ook die zowat iedereen kent. Dat bleek maar weer eens op Pinkpop dit jaar, waar Kravitz een dik betaalde opwarmshow mocht spelen voordat zijn Baptism Tour 2004 van start ging. En jawel, die dikke succesnummers waren weer niet van de lucht. Zo erg trouwens dat je je op het veld bijna ging afvragen of Lenny zelf wel zo tevreden is met zijn laatste plaat; zo weinig nieuws was er te horen in Landgraaf. Geef de man eens ongelijk!
Baptism is namelijk een eerstegraads mislukking in het kwadraat. Een walgelijk misbaksel dat aan elkaar hangt van zo-graag-gewild-en-heus-waar-goed-bedoeld-maar-totaal-niet-enerverend. Is het immers niet waar dat de überster Lenny Kravitz met de topalbums Mama Said en zeker het succesvollere Are You Gonna Go My Way? zijn geniale kruit verschoten heeft? Was het daarna niet een lange weg naar beneden? Geef toe, hoe relevant was 5 eigenlijk nog? Precies: niet of nauwelijks.
Nu is Herr LK terug met Baptism en moeten we er allemaal aan geloven; aan zijn liefde voor de Here, aan zijn goede bedoelingen met ons allen, de dames voorop. Hij is toch zo'n sympathieke ziel. Kan best. Al doet Kravitz zijn uiterste best die vermeende ware persona zwaar te verhullen achter een laag klatergoud, veel pimp-achtige poses en dito 'bling-bling'. Een jasje dat hem voor de verandering eens helemaal niet staat. Lenny in wijde broek, met weelderige dreadlockshaardos en een afgeragde Flying-V om zijn brede, ontblote schouders kwam oprecht over. Die tijden lijken mijlenver weg.
Mijnheer Kravitz kan immers op zijn lauweren rusten. Pootjes omhoog aan de rand van het zwembad met een fijne rij dure auto's voor de deur en een uitgelezen selectie schaarsgeklede schonen om zich heen. Kijk, dáár is helemaal niets mis mee. Laat Lenny maar lekker genieten van zijn bij elkaar gespeelde fortuin. Het is evenwel precies binnen dit MTV Cribs stramien dat we zijn nieuwe werk moeten beoordelen.
Rocksuperster zijn is één, noodzakelijkheid is twee. Baptism is een perfect voorbeeld van een album dat gemaakt wordt uit verveling, of omdat het contract dat vereist; een mismoedig moetje dus. Kravitz funkgevoel is zo hoekig als een fijngeslepen briljant, zijn ritmes zijn steeds inwisselbaar en kabbelen etterend voort. Het ergste is dat zijn 'trademark': zijn kleine ode aan de funky én de gierend ronkende Hendrix, zijn gevoel voor historie, hem anno 2004 zwaar in de steek heeft gelaten. Leuk om je meisjes en vrienden te laten horen dat je nog steeds een aardig stukje kunt spelen, maar Kravitz heeft grotere doelen op het oog.
Vanaf het begin preekt Kravitz van kansel. Hij zou de 'Minister of Rock and Roll' zijn. Nou, Lenny, nu wil ik niet lullig doen, maar niet van mijn RnR-Kerk alsjeblieft. Als je dan claimt die rol te vervullen en zo graag in een oude Chevy rond wil karren - een zwaar gebruikte gitaar op de 'passenger seat' - vanwaar dan al dat uiterlijk vertoon? Die muren van goudgeroosterde versterkers (zoveel dat AC/DC ervan onderste boven zou zijn!) op het Pinkpop-podium? Dat heb je dan toch niet nodig, jongen?!
Wél dus, want dit is allemaal geen knipoog. Net zo min als die hele charade met zijn nieuwe 'look', het pimp-image en het zwaar gestileerde LK logo achter de band. Kravitz houdt én geniet ervan, speelt ondertussen de vermoorde onschuld, maar is het spoor in zijn eigen geschapen droomwereld volkomen bijster. Als een spoorloze Alice rent hij rond; de spreekwoordelijke kip zonder kop.
Wat je daar muzikaal aan overhoudt? Iets als de maffe pastiche 'I Don't Want To Be A Star' waarin niet alleen heel even de ouwe Lenny om de hoek komt koekeloeren, maar ook een verkapte en slecht gelukte hint naar Bowie. Zo gaat het nog een hele plaat voort. Doelloos en stuurloos pingelt de Grote Voorganger Kravitz door. Alleen haakt de luisteraar al na een paar nummers af. Een frêle pianogedreven rockballade als 'Calling All Angels' tussendoor doet daar niet aan af. Het kan altijd erger; 'California' is tenenkrommend, braakneigingen opwekkend springerig middle-of-the-road meeklapveewerk dat vergeleken bij een grote boom als 'Always on the Run' nog geen onkruid mag heten.
Het is toch verschrikkelijk jammer dat een gitaarheld als Kravitz na een paar platen met de beste bedoelingen Circus aflevert, gevuld met een redelijk percentage echt goede nummers, om vervolgens de makkelijke uitweg te kiezen. Een route die in 2004 resulteert in een slap singletje als 'Where Are We Runnin?', of samenwerkingen met medemuziekmultimiljonairs uit het R-n-B of hiphopwereldje. Het zij zo.
Alleen het titelnummer van Baptism steekt een beetje goed af. Zwaar leunend op een 'Under the Bridge' schema en sfeertje, is Kravitz in het klein best aardig gezelschap, ontdaan van de franje en opsmuk. Helaas stampt Lenny alle hoop snel vakkundig de grond in door ook in het voorlaatste 'The Other Side' een poging te doen David Bowie te imiteren. Helaas voor Kravitz was die man er steeds - met wisselend succes - op uit zijn kameleontische huid te verwisselen voor een nieuwe uitdossing; zichzelf opnieuw uit te vinden. Lenny Kravitz draait liever rondjes binnen hetzelfde, beperkte stramien. Doodzonde, want was Kravitz ooit zo goed kon en hem die hits opleverde, die brille moet onder de dikke schminklaag van bedaarde rockster nog steeds liggen. Althans, dat hoop ik ergens. Voorlopig doet Kravitz met zijn nieuwe plaat keer op keer alleen maar terug verlangen naar vroeger. Toen was het beter toeven rond Kravitz en regeerde zijn liefde voor de muziek in plaats van het gemakszuchtige grote geld.
http://www.kindamuzik.net/recensie/lenny-kravitz/baptism/6316/
Meer Lenny Kravitz op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/lenny-kravitz
Deel dit artikel: