Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Reis even mee, terug in de tijd. The Sex Pistols zijn dood, punk is dood en postpunk ontpopt zich als de nieuwe rage. Kenmerken: doe-het-zelfesthetiek, experiment, ageren en excelleren. Het is een broeierige tijd, maar hij zorgt voor onmiskenbare creatieve opleving. Velen stoten door naar wereldfaam of cultstatus en bands als The Cure, Joy Division en Gang Of Four zijn gedoemde sjablonen voor een stel retro-pubers twintig jaar later. Bloc Party, Franz Ferdinand, The Futureheads, de goede kant, laten we zwijgen over de rest oké? Kaiser Chiefs, pubrock voor de massa, The Pogues met volgescheten luiers om, afvoeren.
Sorry, terzake. Na postpunks honger naar rauw experiment komt er een tegenreactie. Pop is in, fabriekspop, zorgvuldig in elkaar gezette formules van hoe popmuziek zou moeten zijn. Popmanifesten, streven naar hitlijstposities, maar wel volledig verantwoord én met een duidelijke visie.
Enter Lansing-Dreiden, pop volgens een strikte formule. Pop als product. Zoals ze het zelf zeggen: “Lansing-Dreiden is a company that sees no distinction between art and commerce or anything else.”
Je zou denken dat al die conceptuele tralala de muziek verzwaart, maar niets is minder waar. Dit zijn synthpopbriesjes zoals we die kennen van hun zeer waarschijnlijke voorbeelden uit de jaren tachtig: ABC, The Human League, Heaven 17, maar toch anders. Warmer, met shoegaze-achtige diepte, maar ook heerlijke melodieën die ruiken naar hits van weleer.
‘Two Extremes’, dat lekker melancholisch kabbelt, knipoogt slinks naar ‘Wouldn’t it Be Nice’ van The Beach Boys. Single ‘A Line You Can Cross’ wil je horen als je in euforische stemming je Pet Shop Boys-albums niet kunt vinden. Dan even gas terug met een heuse slowjam, blue eyed soul tijdens ‘One for All’, met glijerige synths en psychsoul gitaren, via Shuggie Otis, Sly & The Family Stone de ruimte in, rond de aarde op een komeet van lachgas, zoiets.
Dat is één helft van het album, de andere helft is net te wisselvallig. ‘Cement to Stone’ en ‘Part of the Promise’ worden op automatische piloot gespeeld en raken kant noch wal, geen hooks, geen ziel, de andere zijde van pop als product. Ook de bizarre metal-parodie ‘Dethroning the Optimyth’, waarmee ze het album afsluiten, kan daar weinig meer aan veranderen.
Gemengde gevoelens dus, aan de ene kant die rush van de eerste helft, aan de andere kant het dipje van het tweede gedeelte. Toch weet Lansing-Dreiden gevoelige snaren te raken bij eenieder die met een glimlach op zijn gezicht terugdenkt aan de jaren tachtig en de eerste platen van ABC en Heaven 17 nog regelmatig afstoft.
http://www.kindamuzik.net/recensie/lansing-dreiden/the-dividing-island/13215/
Meer Lansing-Dreiden op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/lansing-dreiden
Deel dit artikel: