Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Black Crows’ Country, de tweede cd van Hyacinth House opent met het ongemakkelijke 'Rosewood Country Club'. Tegen de achtergrond van een akoestische gitaar horen we de klaaglijke stem van Mack Johansson plus een groot aantal onheilspellende geluiden waarvan de herkomst niet altijd duidelijk is. Het Zweedse zestal weet deze beklemmende en ongemakkelijke atmosfeer ruim vijftig minuten vast te houden. Als Ingmar Bergman in zijn beste dagen.
Hyacinth House, genoemd naar een liedje op L.A. Woman van The Doors, heeft duidelijk een tik gehad van dezelfde molen als David Eugene Edwards van 16 Horsepower/Woven Hand. Hier is geen ruimte voor lichtvoetigheid. Het leven is niet alleen een ernstige, maar vooral een pikzwarte aangelegenheid. Lachen doe je maar in het hiernamaals. Ieder instrument klinkt alsof het iemand een doodsteek moet geven. Of het nu een elektrische gitaar, banjo, dobro, mandoline, harmonica of cello is.
Met zo’n bandnaam is het natuurlijk ook niet vreemd dat The Doors weerklinken. Bijvoorbeeld in het denderende titelnummer, als een opgevoerde versie van 'Roadhouse Blues'. Johanssons frasering en de raadselachtige teksten (van Mack Johansson en zijn broer Fredrik) gaan soms ook richting Dylan.
Hoewel geen lichte kost, is Black Crows’ Country een intrigerende plaat. Prachtig is bijvoorbeeld 'Lucky Stranger', waarin rustige (cello-)passages afgewisseld worden door orgieën van geluid alvorens een dobro de deur dicht doet. Tegen het eind breekt in 'Beyond the End' (het is verleidelijk dit nummer te zien als een antwoord op The Doors' 'The End') zelfs een streepje licht door als een klein koor zingt: “Beyond the end / A new arrival to come.”
http://www.kindamuzik.net/recensie/hyacinth-house/black-crows-country/15951/
Meer Hyacinth House op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/hyacinth-house
Deel dit artikel: