Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Garden Ruin is een toepasselijke titel voor een album van een duo dat zich op voorzichtige wijze probeert los te wrikken van het paradijselijke en publieksvriendelijke geluid dat op de vorige cd van Calexico werd geperfectioneerd en nogal een routineuze wending nam. Niet dat Feast of Wire uit 2003 nu zo’n beroerde plaat was, integendeel. Maar de plaatbesprekingen van de afgelopen jaren, waarin steevast Ennio Morricone, spaghettiwesterns en mariachi-bands een rol speelden, begonnen steeds meer en meer op elkaar te lijken, waardoor je toch een beetje het idee kreeg dat ze de succesformule aan het waren uitmelken.
Bovendien zijn Joey Burns en John Convertino, die zich halverwege losrukten uit Howe Gelbs rammelende alt. countryorkest Giant Sand, vooral sfeermakers en niet in de eerste plaats geweldige songwriters. (De beste Calexico-songs zijn nog altijd te vinden op de vele tribute-cd’s waaraan het duo een bijdrage verleende, waaronder een recent uitgebrachte en voortreffelijke John Fahey-hommageplaat, I Am the Resurrection – A Tribute to John Fahey geheten.)
De nieuwe studioplaat van Calexico is voor iedereen even wennen, americanaliefhebber of niet. De eerste seconden van opener ‘Cruel’ verwijzen hier en daar nog naar de woestijndramatiek van kenmerkende Calexico-albums als Black Light en Hot Rail. Vrij snel daarna wijzigt Garden Ruin drastisch van koers en komt de nadruk meer te liggen op de dromerige en droevige stem van Burns, die overigens nog steeds erg fijn is om naar te luisteren. Maar met Garden Ruin probeert Calexico ook om wat meer structuur in hun achtergestelde liedjes te krijgen. Neem nu, bijvoorbeeld, het aardige ‘Bisbee Blue’, waarmee ze een pakkend refrein en simpele popmelodie uitproberen. En het zorgeloze ‘Lucky Dime’ is onmiskenbaar onder invloed van The Beatles tot stand gekomen. Ook het stevige rockende, maar tamelijke zinloze ‘Letter to Bowie Knife’ is overduidelijk een poging om een ander geluid dan de herkenbare Calexico-sound aan te boren.
Helaas lukt het ons echter niet om als dolenthousiast over de elf tracks te berichten. En toch is Garden Ruin weer niet meteen als slechte plaat te bestempelen. De cd pakt alleen heel anders uit dan waarschijnlijk de bedoeling was; veel minimaler en meer bevreemdend dan iedere willekeurige popplaat en minder voorspelbaar dan de vorige Calexico-cd’s, hoe geforceerd de groep soms ook klinkt. Zelfs bij een vertrouwd en door vrouwenzang verrijkte song als ‘Roka (Danza de La Muerte)’, dat probleemloos op Feast of Wire had kunnen staan, krijgen we een ongemakkelijk gevoel. Na een aantal luisterbeurten zijn we nog niet tot de bodem van Garden Ruin doorgedrongen – de plaat heeft ons nog niet in een wurggreep. Maar op zich is het Calexico wel gelukt om een interessante, wat mysterieuze luisterplaat te maken, waarmee we even zoet zijn totdat het geheim ontrafeld is. En het zou heel goed kunnen dat deze moeizame cd Calexico op een dood spoor brengt, maar voorlopig denken we daar maar niet aan. Zeker niet als ze de cd besluiten met het bloedmooie en langverwachte hoogtepunt, 'All Systems Red'.
http://www.kindamuzik.net/recensie/calexico/garden-ruin/12405/
Meer Calexico op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/calexico
Deel dit artikel: