Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
In KC België troffen we afgelopen weekend een uitgebreide delegatie aan van vrouwelijke muzikanten die actief zijn in heel uiteenlopende genres, maar allen met elkaar gemeen hebben dat ze de spanning van het avontuur en het onbekende niet uit de weg gaan.
Danielle Lemaire verdeelt haar tijd onder meer tussen beeldende kunst en muziek. Tijdens haar optreden maakte ze dan ook ruimschoots gebruik van beide media. Achter haar elektronische toestellen speelde een film met beeldfragmenten van onder andere bruiloften en bospaden. Landschappen vooral. Ook in haar muziek schept Lemaire landschappen die variëren van abstracte electronica en melodische songs tot de subtiele klanken van een minuscuul draaiorgeltje. Enkele minuten na het begin van de set viel de film plots uit, wat de continuïteit van het optreden niet echt ten goede kwam.
In de Zwarte Zaal begon Islaja (foto) ondertussen aan haar eerste solo-optreden, hoewel ze begeleid werd door haar vriend Jukka. Het duo opende sterk met ‘Kämmen, Kynsi, Kieli’ van Islaja’s uitstekende debuut-cd Meritie. Onder spaarzame gitaarbegeleiding en met een zingende zaag tussen de benen, vulde Merja Kokonnen met haar betoverende stem de zaal met breekbare Finse poëzie. Luisterliedjes met speelgoedpercussie, fluitjes, en hier en daar een saxofoon deden het publiek wegdromen naar een tijdloze, fantastische droomwereld.
Onze geest zweefde nog ergens hoog boven de wolken toen we de Parketzaal passeerden, waar Lotta Melin, Esther Venrooy en Hild Sofie Tjaford aan een kunstzinnige, experimentele electronicasoundscape begonnen waren. Venrooy studeerde onder meer aan het Gentse IPEM en albums als To Shape Volumes, Repeat verkennen vooral de minimale uithoeken van de electronica. Tjaford speelt in de Noorse electronicagroepen Fe-mail (met Maja Ratkje) en Spunk. Voor Femmes brachten ze Melin mee, een choreografe die in het verleden ook al met Mats Gustafsson en Kim Gordon werkte. Zag er allemaal wel boeiend uit, maar ons hoofd stond niet echt naar al dat kunstzinnige gedoe en bovendien moesten we ons haasten voor het optreden van Fursaxa.
Een Casio, een accordeon, wat percussie, een fluitje en een betoverende stem: meer had Tara Burke niet nodig om een indrukwekkend klanktapijt in elkaar te weven waarop we ons met genoegen languit uitstrekten en lieten meevoeren met zachtjes voortkabbelende loops. Een uiterst intense, emotionele zone tussen realiteit en droom, tussen het zijn en het mogelijke. In eigen beheer uitgebrachte cd-r’s als Amulet en The Cult from Moon Mountain vonden we al lichtjes fantastisch, live klinkt alles nog stukken beter.
Met een nog ietwat benevelde geest haastten we ons naar Phantom Orchard (foto), het duoproject van downtown-New York-improv-muziekgodinnen Zeena Parkins en Ikue Mori. Vorig jaar verscheen van hen de gelijknamige cd en live bouwden ze hierop verder. Parkins bediende zich van haar overbekende elektronische harp, beukte op metalen voorwerpen en schuurde liefelijk met ijzerdraad langs de snaren heen. Expressionistische uithalen die van een dito antwoord voorzien werden door de immer onverstoorbare Mori met haar uiterst doeltreffende laptopnoise.
Nog meer noise kwam ons tegemoet op weg naar het optreden van Heather Leigh Murray. Wat vreemd was, want de meeste opnames die we kennen van Murray met onder andere Charalambides, Scorses en Taurpis Tula klinken over het algemeen vrij rustig en meditatief. Nerveus bewogen haar handen heen en weer over de snaren van een lapsteelgitaar. Ze gooide haar woordenloze zang, die van heel diep leek te komen en de zaal vulde met hypnotiserende intense schoonheid, boven de distortion uit.
Samara Lubelski sloot de avond in de Zwarte Zaal af met intimistische half gefluisterde luisterliedjes. Lubelski is actief in The Tower Recordings en Hall Of Fame en eind vorig jaar verscheen haar soloalbum The Fleeting Skies. Haar soloset bestond voor een groot stuk uit nummers van dit album, alle gebracht met de gitaar op schoot en gehuld in gedempte lichtstralen.
Op het hoofdpodium sloot het Maskesmachine af met een feestelijke mix van pakweg Laïs en Belgian Associality. Feestfolk, zoals die ook al te horen was op hun cd Plaktang en die het publiek na zoveel ernst en zwaarmoedigheid met een glimlach huiswaarts stuurde.
Voor dag twee kozen de vrouwen voor de uitdagingen van het onbekende. Gekende situaties werden ingeruild voor het avontuur van nieuwe combinaties. Ikue Mori zette de avond alvast in met een zeer gesmaakte soloset voor laptop en animatiefilm. Beeld en geluid stonden voor één keer niet los van elkaar, zoals al te vaak het geval is met dergelijke uitgangspunten, maar speelden voortdurend op elkaar in. Oosters uitziende, mensachtige figuren dansten met horten en stoten over het scherm op de tonen van verregaand gemanipuleerde drummachinegeluiden.
Deze organische eenheid was bij momenten wat ver te zoeken tijdens het optreden van Hild Sofie Tjaford en Sigrid Tanghe. Tanghe voorzag de muziek van aquarellen, waarin kleuren en vormen voortdurend in elkaar overliepen, elkaar tegenspraken, elkaar ophieven en tenslotte plaats maakten voor iets nieuws. Zoals de improvisatie van Tjaford, die ook niet rechtlijnig verliep maar zich constant opnieuw in vraag durfde te stellen, zij het met niet altijd even geslaagde resultaten.
Danielle Lemaire en Jan Van Den Dobbelsteen begonnen hun set met dreigend pulserende, elektrische geluidsgolven, die jammer genoeg verstoord werden door de irritant mekkerende vocalen van Lemaire. Halverwege de set vervoegde Brientje van het Maskesmachine het duo, waardoor de muziek meteen een speelsere draai kreeg. Fijne improv met enkele verrassende en grappige momenten.
Vrijdag speelde iedereen apart, zaterdag waagden Islaja, Tara Burke (foto), Heather Leigh Murray en Samara Lubelski zich aan een collectieve improvisatie. Casio, viool, pedalsteelgitaar, sax, bas en diverse percussie-instrumenten schiepen een donkere improv die traag en kalm op gang kwam, maar zich gaandeweg ontspon tot een onontwarbaar web van ijle stemmen en noisy gitaar- en saxofoonuithalen. Een indrukwekkende improv die ze later op de avond nog eens overdeden, maar ditmaal bijna uitsluitend met elektrische gitaren. Beangstigend mooi.
De improv-sessie van Ikue Mori, Zeena Parkins en Danielle Lemaire haalde zelden het niveau van het duo-optreden van de avond voordien. Wat danseres Lotta Melin op het podium kwam doen bleef ons een raadsel.
met dank aan Ronny Wertelaers // users.pandora.be/wertelaers.ronny
» Bezoek Open Circuits website
http://www.kindamuzik.net/live/various-artists-2448/open-circuit-femmes/8845/
Meer Various Artists op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/various-artists-2448
Deel dit artikel: