Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het is reeds de vijfde dag van deze editie van het Blue Note Records Festival en op de affiche staan overwegend jonge artiesten te prijken, jonge artiesten die vooral iets eigenzinnigs doen met jazz. Een beloftevolle affiche in elk geval, maar dat is niets nieuws op dit festival, dat er jaar na jaar in slaagt om nieuwe artiesten, vaste waarden, en ter aanvulling enkele levende legendes te programmeren.
Wanneer twee mannen in een jurk met samples aan de slag gaan kan men zich dezer dagen meestal verwachten aan trashy electro waar de coke en de goedkope sex vanaf druipen. Niet zo op het Gentse Blue Note Records Festival.
Magnus Zingmark en Oscar Simonsson, de bezielers van het Zweedse Koop, mogen dan wel in jurken op het podium verschijnen, hun creativiteit reikt toch een stuk verder dan electrotrash. Na het in 2002 verschenen Waltz for Koop, waarop de heren een moderne en modernistische kijk op jazz en Zweedse zangeressen uit jaren '60 etaleerden, brachten ze in 2006 een nieuw album uit, getiteld Koop Islands.
Op die nieuwe plaat gaat Koop naar eigen zeggen terug naar de swing van de jaren '30 en het exoticisme van de Loveboat-orkesten uit lang vervlogen tijden. Tropische instrumenten als de marimba en de conga zijn troef en er wordt meer aandacht besteed aan het maken van echte songs.
Om die songs live te brengen doet het duo een beroep op de kattige Yukimi Nagano, wiens stem ijl en sensueel klinkt, maar die in het geheel net iets te licht uitvalt. Dat geldt trouwens voor de ganse band waarmee Koop op het Blue Note Records Festival staat. Het moet gezegd dat songs als 'Come to Me', 'Koop Islands Blues' en het oudere 'Summer Sun' leuke songs zijn die zonder twijfel bekoren, maar hoewel ze een mens op een regenachtige zomerdag wel van andere oorden kunnen doen dromen, missen ze live de exotische warmte en de romantiek die op plaat wel voelbaar is.
De volgende act van de avond wordt verzorgd door Eric Truffaz & Ed Harcourt [foto links]. De Fransman Eric Truffaz is na dertig jaar op de planken stilaan een levende legende-in-spe. Als trompettist heeft hij amper nog iets te bewijzen, getuige het gemak waarmee hij het instrument hanteert en de verschillende genres waarmee hij doorheen zijn carriëre reeds experimenteerde. In het verleden was hij er al vroeg bij om met genres als hip hop en drum'n'bass aan de slag te gaan, wat hem een avant-gardistische status opleverde.
De band achter Eric Truffaz is alleszins onderlegder en meer ervaren dan de band achter Koop, maar de songs en/of composties maken niet meteen iets los in het publiek. Het reeds eerder beproefde scenario waarbij Truffaz de Engelse singer-songwriter Ed Harcourt op sleeptouw neemt en zijn eigen composities laat afwisselen met songs van Harcourt kan maar matig boeien. Beide heren hebben zonder twijfel hun strepen verdiend in hun eigen muzikale afdeling, maar de samenwerking komt zelden van de grond en voelt soms wat vrijblijvend aan.
Na een korte pauze op het buitenterras trekt dan opnieuw een grote stoet mensen richting concerttent voor de eerste echte headliner van de avond: The Cinematic Orchestra [foto rechts]. Jason Swinscoe en zijn vaste band brachten dit jaar het nieuwe album Ma Fleur uit en passeerden in april reeds langs de AB in Brussel, alwaar ze voor een afgeladen volle zaal een waanzinnig sterke set ten berde brachten. Hun memorabele doortocht van toen is nog lang niet uit het geheugen gewist en schept alvast hoge verwachtingen.
The Cinematic Orchestra staat in Gent schijnbaar nog geconcentreerder en tegelijkertijd nog relaxter te spelen dan enkele maanden geleden. In de hoofdrollen net zoals in de AB opnieuw drummer Luke Flowers en saxofonist Tom Chants, maar eigenlijk draait het gewoon weer om de virtuositeit en de magie van de ganse band. Live worden zonder complexen zowel songs uit Ma Fleur afgewisseld met ouder werk zoals 'Man with the Movie Camera' en 'Evolution'.
De vocaliste van dienst in Gent is de forse Heidi Vogel die als enige van de band moet aflezen, wat haar een beetje tot een buitenstaander binnen het geheel torpedeert. Gevolg daarvan is de redelijke flauwe versie van het nochtans geweldige 'Breathe'.
Niettemin stelt The Cinematic Orchestra allesbehalve teleur, integendeel, ze bevestigen opnieuw hun status als een van de meest fascinerende en tot verbeelding sprekende bands van het moment. Hoge verwachtingen zijn er om ingelost te worden, n'est-ce pas?
Als afsluiter van de avond wordt dan nog een fikse portie beats, cuts en samples voorgeschoteld. Zoals het een goed Amerikaan betaamt opent DJ Shadow [foto boven] met een dankzegging aan God die door het overigens nogal makke Blue Note-publiek enthousiast wordt onthaald. Als "the allmighty God" een vinger in de pap te brokken heeft, dan heeft Hij het volgens Shadow alleszins niet op de president van de USA begrepen. Nu eens politiek correcte, dan weer ultra-industriële visuals overschaduwen zijn indrukwekkende dj-set met als gevolg dat - in plaats van zich over te geven aan de onregelmatige beats - iedereen staart naar de met een kettingzaag zwaaiende Bush als een koe naar een trein.
Ondanks het feit dat DJ Shadow een soort medley afsteekt van al zijn successen, krijgt hij het publiek niet in beweging. Luid gejoel overstemt dan wel de ene hit na de andere, doch, van een afsluitparty na een toch onderhoudende dag is geen sprake.
Foto's door Bruno Bollaert
http://www.kindamuzik.net/live/the-cinematic-orchestra/koop-eric-truffaz-ed-harcourt-the-cinematic-orchestra-dj-shadow/15762/
Meer The Cinematic Orchestra op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-cinematic-orchestra
Deel dit artikel: