Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Of Naked Song, ondanks de voor Engelssprekende muzikanten suggestieve naam het netste festival van Nederland is, is een retorische vraag. Het wordt georganiseerd in het Muziekgebouw, het publiek kletst er bij geen enkel concert doorheen en als de presentator de bezoekers verzoekt geen foto's te maken is er niemand die het in zijn hoofd haalt het tóch te doen. Het draagt ertoe bij dat de liefhebbers van singer-songwritermuziek het festival koesteren; er valt geen onvertogen woord.
En dan is de line-up van deze editie ook nog de beste in jaren. Een perfect uitgebalanceerde mix: oudgediende en publiekslieveling Luka Bloom, jonge talenten Alex Vargas en Max Meser, publiekstrekkers Lucinda Williams en Douwe Bob, traditionalisten Luke Winslow-King en Willy Tea Taylor en alternatieve helden Sun Kil Moon en Damien Jurado. Dat programma, plus een slimme indeling van het speelschema zorgen ervoor dat de verwachtingen alleen nog maar ingelost hoeven te worden.
Luka Bloom [bovenste foto] stond op de eerste editie van Naked Song en behoort tot het interieur van de Nederlandse concertpodia. De échte hoogtijdagen van de jaren negentig liggen achter hem – in 1991 kwam hij het podium op Pinkpop op fietsen – maar Bloom is een publiekslieveling. In een zwart T-shirt met een fiets als opdruk zingt hij vooral werk van Riverside en The Acoustic Motorbike zoals 'Exploring the Blue', 'Gone to Pablo' en 'Rescue Mission'. Bloom legt uit dat hij niet met setlists werkt en ziet snel genoeg dat hij het publiek moet laten meezingen met liedjes als 'Sunny Sailor Boy' en 'Fertile Rock', liedjes waarmee hij de grote zaal met gemak om zijn vinger windt. Tussendoor is Bloom de vriendelijke oom die uitlegt dat er bij hem geen sprake is van een brexit, frexit of spexit, maar dat iedereen welkom is. Zijn afsluitende cover van Princes 'When Doves Cry' is prachtig.
Het Muziekgebouw heeft tijdens Naked Song diverse locaties, maar het is in de intimiteit van de kleine zaal waar de meest magische optredens plaatsvinden. Zoals dat van Mick Flannery, de Ierse singer-songwriter die in zijn thuisland al met twee albums de eerste plaats in de albumlijsten haalde en 's middags een prachtig, klein optreden geeft. Tussen de liedjes door speelt hij de onschuldige, verlegen jongen die ondeugende anekdotes vertelt. Uit songs als 'The Tender' en 'Red to Blue' spreekt echter een groot vakmanschap. Soms klinkt Flannery zo kwetsbaar en is de muziek zo verstild dat hij door de airconditioning in de zaal wordt overstemd. Een vroeg hoogtepunt.
Douwe Bob heeft het in de grote zaal aanvankelijk moeilijker. Hij speelt voor de gelegenheid met strijkkwartet, maar vindt het lastig om een magische sfeer te creëren. Dat reageert de zanger af door zich erover te beklagen dat de deuren nog openstaan. Een iets te luidruchtige fan voor het podium krijgt te horen dat ze niet in Paradiso is. Na die stroeve start ontstaat er inderdaad iets magisch. De strijkers voegen daadwerkelijk iets toe aan de songs; ze klinken pizzicato in 'Mine Again' en geven 'Jacob's Song' een extra lang, barok outro. De samenzang met vaste begeleiders Jan Peter Hoekstra en Matthijs van Duijvenbode is zonder meer hemels.
Op de Effenaar Stage speelt Max Meser. De jonge singer-songwriter heeft pas één plaat op zak en dat is te horen. De liedjes zijn prima, maar eenvormigheid ligt op de loer. De reverb op de zang en de jarenzestiggitaren leggen de connectie met Jake Bugg er wel erg dik bovenop. Hierdoor klinkt elke nieuw ingezette song bijkans als een variant op diens 'Lightning Bolt'
Onbetwiste headliner Lucinda Williams [foto hierboven] speelt vanavond in de grote zaal met als enige begeleider de meesterlijke Stuart Mathis. Hij steelt geregeld de show op zijn elektrische gitaar en krijgt zelfs een open doekje na een gitaarsolo in 'Lake Charles'. Williams is perfect bij stem en weet ondanks de grote zaal een intieme, broeierige sfeer neer te zetten. Misschien heeft de zangeres last van geheugenverlies; de teksten staan voor haar op een standaard. Ze oogt ontspannen en vertelt regelmatig over de oorsprong van haar songs. Een mooie set met een mix van klassiekers als 'Drunken Angel' en nieuw werk als 'Can't Close the Door on Love' en 'The Ghosts of Highway 20' dat daar niet voor onderdoet.
Het is dringen bij Mark Kozeleks Sun Kil Moon. Hij speelt met zijn band in de kleine zaal: de beste locatie op het festival. Een optreden op Down the Rabbit Hole, een dag eerder, is niet soepel verlopen. Kozelek refereert er na een paar liedjes aan ("It was an absolute nightmare") maar heeft snel genoeg in de gaten dat hij vanavond te maken heeft met "a bunch of decent people". Toch maakt een deel van dat fatsoenlijke publiek zich even zorgen als hij als tweede liedje 'Somethin' Stupid' inzet. Daarna vindt de zanger zijn draai. Hij zingt een nieuw liedje, dat hij voordraagt van vijf met ducttape aan elkaar geplakte A4'tjes en waarin hij de schietpartij in Orlando koppelt aan het overlijden van Muhammed Ali. Kozelek ziet het als zijn plicht om het te zingen, "but we'll have more cheerful stuff like 'Dogs' en 'Richard Ramirez' later on". Wie dacht dat Sun Kil Moon live zo intiem als op plaat klinkt komt bedrogen uit; de gedrevenheid en aangepaste arrangementen zijn voor sommige bezoekers te veel. Niettemin is het een meesterlijk optreden.
Het café Meneer Frits is elke maandagavond de stek van Ad van Meurs presenteert… De Eindhovense Watchman heeft er een vaste singer-songwriteravond waarbij bekende en onbekende namen uit de internationale rootsmuziek komen optreden. Presentator BJ Baartmans benadrukt het nog maar eens: dit is hét singer-songwriterpodium van zuid-Nederland. Hij zorgt zelf voor de muzikale begeleiding bij het optreden van Carter Sampson. De aimabele Queen of Oklahoma zingt met een knauwerig accent en verhaalt tussendoor op charmante wijze over de oorsprong van haar americanasongs.
Het is aan Damien Jurado [foto hierboven] om Naked Song in de kleine zaal af te sluiten. Hij is aanvankelijk weinig spraakzaam en werkt zich met zijn twee muzikale begeleiders Josh Gordon en Heather Woods Broderick gestaag door de set heen. Pas tegen het einde van zijn optreden komt hij een beetje los. Zo roemt hij de mooie setting, om vervolgens te realiseren dat de kleine zaal wel wat wegheeft van een operatiekamer. Jurado legt de nadruk op nieuw werk, zoals 'This Time Next Year' en 'A.M. AM'. Tussendoor kondigt de singer-songwriter wat songs af en aan. Bij geen enkele begint iemand in het publiek te roepen: dat vindt alles prachtig. Vooral als hij solo het allerlaatste liedje van zijn set speelt. Een bloedmooi concert.
Waarmee Naked Song 2016 de boeken in kan gaan als een van de beste edities. Niet alleen voor het publiek, maar ook voor de muzikanten die zich stuk voor stuk gewaardeerd voelen en door de ontspannen sfeer rustig de tijd nemen om bij elkaar te komen kijken. Sampson vertelt trots dat haar dag al goed is omdat ze Lucinda Williams heeft zien optreden. Flattery en Kozelek nemen een kijkje bij het concert van Jurado en die noemt op zijn beurt de line-up een "A-list" met muzikanten en roemt in het bijzonder Luka Bloom en Sun Kil Moon. Het plezier dat de muzikanten in elkaars muziek hebben straalt af op het publiek. Naked Song is met recht hét singer-songwriterfestival van Nederland. Verwachtingen ingelost.
Foto's uit het KindaMuzik archief door Jelmer de Haas (Luka Bloom en Damien Jurado) en Peter Hageman (Lucinda Williams)
http://www.kindamuzik.net/live/naked-song-festival/naked-song/26781/
Meer Naked Song Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/naked-song-festival
Deel dit artikel: