Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Op Melt! gaat het er allemaal net even anders aan toe. De locatie, organisatie en natuurlijk de waanzinnige line-up zorgen voor een zomerfestival zoals wij dat in Nederland eigenlijk niet kennen. Een vrijblijvende sfeerimpressie.
Het Melt! Festival biedt een formule die in Nederland redelijk ongewoon is: het koppelt de genres indierock en moderne elektronische beats aan elkaar. Al moet daarbij natuurlijk onmiddellijk worden aangetekend dat het omschrijven van een genre een gevaarlijke bijklank oplevert. Afbakenen versterkt tenslotte de hokjesgeest.
Werkelijk goede muziek overstijgt doorgaans genres en gezien de programmering en opzet heeft de organisatie dit goed begrepen. Waar bijvoorbeeld Lowlands het nog wel eens in de breedte zoekt, is er hier geen plaats voor andersoortige culturele uitstapjes. Niet voor cabaret of andere kleinkunsten, niet voor een verkapte pleinbioscoop en al helemaal niet voor overbodige gastdebatten tussen politieke kopstukken. Neen, de totaalervaring van een muziekfestival in de openlucht kent hier geen afleidingen. Simpelweg draait het op ‘Ferropolis’ in Gräfenhainichen slechts om één ding: de muziek.
Een machtige locatie
Als je een onderscheidend festivalkarakter nastreeft, dan kom je met louter goede muziek natuurlijk niet weg. Dé troefkaart van Melt! is dan ook de werkelijk unieke plaats van muzikaal handelen. Neem bijvoorbeeld het kampeerterrein. Gelegen aan een schitterend meer, met hier en daar een verloren boerderij in de verte en de schijn van een klein dorpje aan de horizon, dienen de ware vakantiegevoelens zich aan. Een rurale sfeer in optima forma.
Draai echter je hoofd richting festivalterrein en het industriële verval van oostelijk Duitsland wordt onmiddellijk zichtbaar. Een imposante collectie kraanmachines staat tezamen geparkeerd aan datzelfde water. Werkeloos en vermoeid vormen deze stalen kolossen een nostalgische terugblik op de hoogtijdagen van de oude Duitse economie. Een ietwat bitterzoete terugblik ook, aangezien de machines gebouwd zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hiertussen ingeklemd bevinden zich de (drie) podia die dit gebied een tweede leven hebben geschonken. Van bruinkoolwinning is inmiddels geen spoor meer te bekennen.
Voor de goede orde: het terrein ligt er puik onderhouden bij. De in overvloed aanwezige tribunes zijn niet van tijdelijke aard, maar uit betonblokken opgetrokken. Niet voor niets is ‘Ferropolis’ uitgegroeid tot een dankbaar oord voor allerlei culturele bijeenkomsten, het gehele jaar door. De stenen zit- en staanplaatsen hebben tevens een zeer gunstige bijkomstigheid: het geluid is hierdoor nagenoeg perfect te noemen. Een essentieel element voor zowel artiest als bezoeker.
Een bonte stoet
Als eerste mogen in de late namiddag van Dag 1 de gitaargerelateerde bands het spits afbijten. Van een strak gepland tijdschema kunnen we gelijk afstappen, want een flink aantal aangekondigde bands verschijnen niet op het juiste tijdstip op de bühne. En zo kan het dan gebeuren dat je ongewild getuige bent van de melige muzikale warboel die Mocky over het gretig meedeinende publiek uitstort. Nadat ze in een hevig schuddend busje met gierende banden achter het podium zijn gedropt, moeten de Infadels [foto rechts] het vervolgens doen met een sterk ingekort optreden. Dat is erg jammer, maar de intensiteit is er niet minder om. In een strak tempo wordt het publiek toch nog warm gemaakt voor de rest van de avond.
Die avondstemming valt ongeveer samen met het optreden van Phoenix. Reeds gelouterd op Melt! - want al voor de derde keer aanwezig - zetten ze op het hoofdpodium een tot in de puntjes verzorgde set neer, waarbij de nadruk vooral ligt op hun laatste album (It’s Never Been Like That). Ze mogen dan vrij gepolijst klinken, bij zoveel gelukzalige glimlachjes in het publiek moeten ze het wel bij het juiste eind hebben. Deze Parijzenaren verzorgen de ideale soundtrack voor een warme zomeravond.
‘And now for something more... Minimal!’, roept Neil Tennant ter aankondiging van het gelijknamige nummer. Een verwijzing naar zowel een song uit hun eigen catalogus als een knipoog naar de huidige dancehype in Duitsland; The Pet Shop Boys zijn bij de tijd en klinken fris. Op de zo kenmerkende, onderkoelde wijze brengen ze (zoals een hoofdact betaamt) de meeste showelementen mee. Dit alles wars van sterallures en met gortdroge humor. Een prima optreden, dat veel Duits bekijks trekt.
Doorhalen
Als de nacht valt, gaat het pas echt los. Dit is nog niet helemaal het geval bij Isolée. Zijn bijzondere cocktail van house, techno, electro en disco smaakt naar meer, maar drinkt vanavond net iets te gemakkelijk weg. Het officieuze startsein voor een wilde avond vol dansvertier vindt eerder plaats bij de dj genaamd Hell. Het vooraf verwachte thuisvoordeel wordt hier dubbel en dwars uitgebuit, want zo klinkt techno dus nimmer op Nederlandse bodem. Keiharde elektronische beats, met historisch besef (inclusief elementen van disco, house en EBM), zorgen voor een extatische sfeer waarbij crowdsurfen is inbegrepen.
Miss Kittin sluit hier naadloos op aan met een meer glooiende vibe. Afwisselende platen, feilloze overgangen en live-vocalen maken van mevrouw Hervé een uitzonderlijke techno-dj die weet hoe het wél moet. Wanneer Dave Clarke deze eerste dag afsluit, zijn de eerste zonnestralen inmiddels het terrein opgekropen en loopt er rondom dit podium ogenschijnlijk geen nuchter mens meer rond. Minder gedrogeerd dan op een gemiddeld Awakenings-feest, maar net zo vaal en vaag. En dan kun je nog zo goed draaien, echt gezellig wordt het niet meer. Helaas, zo gaat dat nu eenmaal.
Tegenstellingen
Dag 2 is er één van uitersten. De aanhoudende warmte eist wederom zijn tol, waardoor het langer duurt voordat de wakkere geesten verschijnen. Niettemin heerst er een heerlijk ongedwongen sfeertje en kan er voldoende gerust worden op het achterste veld, waar spaarzame plukjes gras nog immer vechten tegen de verschroeiing.
Onderwijl staat er een aardig aantal dames ongeduldig te wachten op de soulvolle klanken van Jamie Lidell [foto links], maar de eigenzinnige zanger is drukker in de weer met het produceren van harde drumbeats. Als hij dan eindelijk aan het croonen slaat, is iedereen (net als in Nederland) om en kunnen we onze weg vervolgen. Op zoek naar warme klanken komen we uit bij de Duitse gitaarpop van Tomte. Met een hoog meezinggehalte en de natuurlijke charme van frontman Thees Uhlmann (wie zei dat Duitsers geen gevoel voor humor hebben?) is het goed toeven en wordt de mainstage lekker gemaakt voor wat nog komen gaat.
Helaas valt dat toch rauw op de maag. The Streets [foto rechts] is aan de beurt en dat valt live niet mee. Met hun kinderachtig geschreeuw om aandacht krijgen ze de voorste rijen nog wel aan het springen, maar daarachter valt het toch aardig stil. En dat is terecht, want met zijn beperkte vocalen, flauwe beats en infantiele beledigingen aan het adres van Aphex Twin valt Mike Skinners act behoorlijk door de mand. Zand erover.
Dan begint het grote wachten, want Aphex Twin is up next. ‘Boo me all you want’, had hij van te voren plagend gesteld tijdens een interview. Zo ver komt het niet, want daarvoor is zijn performance-art veel te indrukwekkend. Aangevuld met slechts twee schermen vol fascinerend-maar-verontrustend beeldmateriaal plus een handjevol rolstoeldansers (compleet met Aphex-logo’s), staat de man een onovertroffen staaltje geluidsesthetica weg te geven. Waarom dit indruk maakt? Dit optreden is niet zonder meer een provocatie met een nadruk op extreme geluidsmanipulatie. Integendeel, het lijkt Aphex Twin eerder te gaan om de begrippen ‘schoonheid’ en ‘troost’. Waarvoor hulde.
Terwijl Nightmares On Wax als laatste van de vier Warp-acts het hoofdpodium een wat meer relaxed tempo en dito beats voorschotelt, mogen verderop de voeten nog eenmaal van de vloer bij het optreden van de koningin van de Berlijnse techno-scene, Ellen Allien. Haar draaibeurt is een perfecte afsluiter voor dit gehele Duitse uitstapje: een gezonde desorganisatie, compleet met uitvallend geluid, loslopend wild (waaronder een beschonken dj Dominik Eulberg) en diepe knalplaten. Net allemaal wat minder strak dan op Nederlandse festivals, maar hierdoor des te charmanter.
Lekker los dus. Een goede omschrijving voor dit Melt! Festival. Ondanks dat we in Nederland een keur aan festivals hebben om ons door de zomer heen te slepen, stralen maar weinig van die programmeringen zo fel als die van Melt!. Toegegeven, op sommige organisatorische onderdelen, met name kampeervoorzieningen en openbaar vervoer, doen we het in Nederland stukken beter, maar dat wordt dan weer aardig gecompenseerd door de lage toegangprijzen, minder nadrukkelijke sponsoring, het bescheiden aantal bezoekers en vooral het intieme karakter. Aldus een pure muziekbeleving in een inspirerende omgeving.
"Biss nächstes Jahr? Aber natürlich!"
Fotografie Melt-festival: Jochen Melchior.
Foto's Infadels (Martijn Booij), Jamie Lidell (Lianne van de Laar) en The Streets (Niels Vinck) uit het KindaMuzik archief.
http://www.kindamuzik.net/live/melt-festival/melt-festival/13497/
Meer Melt Festival op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/melt-festival
Deel dit artikel: