Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Stoppen, kleine beweging, opname en weer stoppen; met deze animatietechniek werden de Quay Brothers wereldberoemd. Nu tekent de eeneiige tweeling voor het decor en de projecties bij de nieuwe opera van Louis Andriessen, na Sweelinck de bekendste Nederlandse componist in het buitenland. Andriessen noemt de opera zelf een groteske en daar is veel voor te zeggen. Net als voor het spectaculaire plankier in het midden van het circus van Carré dat het midden houdt tussen een woelig golvende zee, het oog van de storm waaruit een windhoos neerdaalt en - misschien ook wel - de Toren van Babel. Zeven kwartier lang is er in Theatre of the World geen moment van stilstand, panta rhei.
Negen scènes en een epiloog trekt Andriessen uit om het verhaal van de laatste dagen van Athansius Kircher te vertellen. Fantast, charlatan, homo universalis, (pseudo)wetenschapper, uitvinder, illusionist, Kircher was het allemaal en nog veel meer. Naar het Vaticaan gehaald om hiërogliefen te ontcijferen, maar hij had geen idee waar te beginnen. De nodige Ivo Niehe-achtige grootspraak was hem niet vreemd. Hij sprak verschillende talen en doceerde er nog meer. Maar gebakken lucht of niet, met dezelfde tomeloze ambitie stortte Kircher zich op wiskunde en de gebruiken en geschiedenis van China, op magnetisme als kern van alles, muziektheorie en ga maar door.
Van alles een beetje en van niets echt iets? Zou je denken, maar daarmee doe je Kircher tekort. De passie die hij uitleefde, leidde - niet gehinderd door alle feiten op een rijtje - vrijwel altijd tot een fantastisch verhaal. Geen wonder dat men zowel aan hoven als in pauselijke kringen aan zijn lippen hing. Virtuoos visionair in het kleurrijk vleugels geven aan de mens in diens begeerte naar kennis; warrig in de wetenschappelijke zin, exuberant qua verbeeldingskracht. En daar haakt Andriessen bij aan.
Een jongetje klopt aan bij Kircher; hij wil in de leer. De oude man heeft er geen zin (meer) in en walgt wellicht ook van de aanschijn van zichzelf op jonge leeftijd; die wil tot weten, die op zijn eigen oude dag een kaartenhuis aan 'kennis' opgeleverd heeft. Maar de kleine man gaat mee op reis, nog één keer. Naar China, natuurlijk. In de boekenkast van zijn vader vond de jonge Andriessen een boek van Kircher over China waarin hij gretig bladerde en las, de vonk voor deze opera. En terug naar Rome: de conservatieve paus Innocentius XI - die ook meereist - wil niets liever dan weer naar huis. Hink-stap-springend tussen eilandjes gaat de tocht ook naar Egypte, naar de Toren van Babel en ze varen over de Lethe. Poëtisch ook, in herinneringen aan de geestdriftige gedichten die Kirchers dame de loin - Sor Juana - hem stuurde, terwijl ze ongekust zou sterven aan de pest. Kircher meende een geneesmiddel tegen de zwarte dood gevonden te hebben. Hij zag door zijn microscoop geen beestjes die je met een amulet kon bestrijden, maar 'gewoon' rode bloedlichaampjes. Ook mooi, al heb je er niks aan als je doodziek bent.
Valt de jonge Andriessen samen met het jongetje, de knul die later in het verhaal een duiveltje blijkt te zijn, met drie heksen als handlangers? Een serpent ook, dat Kircher de rekening presenteert en hem voor de schier onmogelijke keuze stelt: met al je 'kennis' naar de hel of als kinderlijk tabula rasa opnieuw beginnen in de hemel? Zeg het maar. De kleine wil erkenning - een naam, een Naam. Die heeft Kircher al. Hij leeft voort, welk etiket je ook op hem plakt en daarnaast: what's in a name? Andriessen leeft dus wellicht ook voort in Kircher, al is de componist op zijn 77ste nog veel te kwiek voor sterfbedreflecties. Toch, ergens tussen Kircher en de naamloze jongen vind je Andriessen.
Theatre of the World heet de groteske. Kircher dacht het allemaal gezien - en vooral doorzien - te hebben. Hij wist het wel en tekende, schreef het script uit. Hij had het mis. En Andriessen? Hij wil ook alles weten, bestormde onderweg beelden en maakte reconstructies... Ook hij kent een bijna onverzadigbare fantasie. Hier hoor je die in de ongebreidelde onschuld van Hollandse wijsjes en schmierende popballade, naast dissonante minimal music, mambo, bossanova en bigbandjazz. Er wordt gezongen in vijf talen, zowel door een klassieke stem, een oudemuziekzanger plus cabaret- en jazz-zangeressen; melancholie, dweperig sentiment en humor staan zij aan zij. En: Stravinsky krijgt de nodige loftuitingen toegeworpen, terwijl Andriessen voortdurend Mahler jennend in de maling lijkt te nemen. En dan citeert de meester ook nog vaak genoeg glunderend uit eigen werk. Of beter, bij wijze van parafrase, gekleurd door de tand des tijds, die de herinnering uitvaagt. Is dat ook de reden voor de wazigheid van de nauwelijks indrukwekkende projecties uit de koker van de Quay Brothers? Een hersenschimmenspel dat op een eclips van delen uit het visuele geheugen wijst en een zekere ongrijpbaarheid wellicht wel al te manifest maakt? Of een verbeelding van de hemelbestormende greep die Kircher probeerde te krijgen op álles, met een scope zo alomvattend als het universum, waarin het zoeken is naar een focuspunt?
De groteske is geëxalteerd en hangt van hyperbolen aan elkaar. Los-vast weliswaar, want het door Helumt Krausser geschreven libretto blinkt uit in gefragmenteerde veelvuldigheid, soms wordt binnen een aria per zin van taal gewisseld. Mocht je al die talen machtig zijn, dan is het niet allemaal goud wat er blinkt, kromme boventitels helpen dan ook niet. Zwemmen zul je en zie maar houvast te vinden aan de rotsen en de zerken die op het plankier staan. Afdalen in stikdonkere krochten en opstijgen naar donderwolken, meegesleurd door klagende hobo's en gedragen door glissando's van (bas)trombones.
Het tableau vivant knettert en klatert als een alchemistische wereldwind; een tornado, zoals die ook woedde in het hoofd van wijlen Harry Mulisch - als je er veel, heel veel in stopt, ach waarom ook niet meteen álles? Nee, hier geen zelfopgelegde beperking waarin zich meesterschap zou tonen. Welnee! Geen wonder, bij Mulisch' vrienden Andriessen en Reinbert de Leeuw, die het Asko|Schönberg vlijmscherp tot extreme puntigheid én swing weet te bewegen tussen Jeroen Bosch, The Champs, Shakespeare - heus: Romeo en Julia - en Dante. Dan loopt de emmer wel enigszins over. De scène van een hopeloos verliefd stelletje kan er prima uit en ook de epiloog - waarin vier niet bij naam genoemde filosofen postuum over het graf van Kircher mogen 'pissen' - komt niet uit de verf. Alsof het midden in het explosieve gewoel zoeken was naar een heel menselijk aanknopingspunt voor iedereen, respectievelijk een reflecterend slotakkoord.
Andriessen laat Theatre of the World groots gloeien en schrapend schroeien. Hij werpt raadseltjes op en laat je tasten naar oplossingen. Kircher had ze niet, Andriessen ook niet, maar het 'doe eens mee, zing mee of zet je verbeelding aan het werk' twinkelt bij wijze van spreken met pretoogjes van de partituur. Een trio feeksen dat 'Alle Menschen werden Brüder' inzet: omineus of vredestichtend? Pak die handschoen maar op, laat dat hart ook buiten de borstholte van geestdrift, hartstocht en fantasie kloppen. Of 'het' klopt, zien latere generaties wel weer. Dan hebben zij alvast iets om uit te zoeken en er al dan niet tegen te hoop te lopen.
Dit schouwspel, dit theater, dit leven, het is toch een Wunderkammer, dus maak er wat moois van, lijkt Kircher gedacht te hebben. Met zijn verbeeldingskracht en de manier waarop hij die uitventte, kom je een heel eind. Het enige wat hij wilde was schoonheid scheppen, tonen en brengen, zoals zijn onbereikbare Sor Juana in het verre Mexico roodglanzende passie injecteerde in het leven van de dromer. Ook al blijft ze als een bidprentje, een diorama, op afstand, letterlijk onaanraakbaar - zoals voor heel het Theatre of the World geldt - natúúrlijk heeft zij wel bestaan. En zo is het, omdat je het wilt en kunt bedenken - het theater, de hele wereld in je hoofd.
Foto's copyright Ruth Walz
http://www.kindamuzik.net/live/louis-andriessen-asko-sch-nberg-o-l-v-reinbert-de-leeuw-pierre-audi-quay-brothers/holland-festival-2016-theatre-of-the-world/26764/
Meer Louis Andriessen, Asko|Schönberg o.l.v. Reinbert de Leeuw, Pierre Audi, Quay Bro op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/louis-andriessen-asko-sch-nberg-o-l-v-reinbert-de-leeuw-pierre-audi-quay-brothers
Deel dit artikel: