Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het eendagsfestival De Beschaving is qua sfeer en publiek nog altijd een soort Lowlands in het klein. Van de kleurrijke tentjes tot de pannenkoeken roept eigenlijk alles herinneringen op aan het Lowlands van een aantal jaren terug. In tegenstelling tot zijn grote broertje valt er op dit toch flink gegroeide festival nog het nodige te ontdekken, al is het vanzelfsprekend lang niet allemaal even interessant.
De gitaarexplosie
Nog nauwelijks bekomen van de gitaarexplosie op Lowlands, brengt ook De Beschaving een mengsel van opgewekte pop en slonzige rock. Echt indruk in die platgelopen categorie maakt het vijf man tellende gezelschap Pete and the Pirates [foto rechts]. De puntige gitaarliedjes en het oprechte enthousiasme die de Engelse gasten genereus over de zonnige festivalweide uitstrooien, zorgt al redelijk vroeg in de middag voor een warm gevoel van lichte sensatie.
Bij droogkomiek Adam Green slaat het enthousiasme echter om in volledige chaos. Na een nacht doorzakken in 020, is de voormalig Moldy Peach naar zeggen meteen naar De Beschaving gesjeesd. Het gebrek aan slaap is blijkbaar zijn excuus voor roekeloos podiumgedrag en het feit dat de muzikanten in zijn riante begeleidingsband totaal niet op elkaar zijn ingespeeld. Lichtpuntjes in de puinhoop zijn toch wel twee achtergrondzangeressen die voor authentieke soulmomenten zorgen.
De band Orca komt niet opdagen en Voicst vervangt datzelfde dier uit hun optredens door een groot opgeblazen oog dat rondgaat in het publiek. Op het podium is ook genoeg te zien: van een blazerssectie tot krachtige gitaarposes. De bezoekers ouwehoeren echter opmerkelijk veel door de muziek heen. Voor nu eens terecht, want de zang van Tjeerd Bomhof overtuigt niet, zijn kopstem is te iel en in de lagere regionen praat de frontman meer dan dat hij zingt. Daarbij zijn stopwoordjes 'beter wel!' eerder infantiel dan het beoogde stoer.
De publieksfavoriet
De nummers van Das Pop hebben tekstueel bar weinig om het lijf, maar de podiumpresentatie staat. En alleen zanger Bent van Looy kan wegkomen met zo'n zwierende, blonde lok. De Vlaamse band stond al eerder op dit festival en blijkt - gezien de grote massa mensen - een publieksfavoriet. Het maakt de luisteraar dan ook weinig uit dat de set hoofdzakelijk uit nieuwe, nichterige pathospop over verloren liefdes en tranen op zaterdagavond bestaat. Zij joelen wel met de enthousiasmerende Van Looy mee. Als de band afsluit met klassieker 'You' blijkt dat de echte tragiek niet in het nieuwe tekstmateriaal ligt, maar in het feit dat dit gedreven nummer onbetwistbaar onovertroffen blijft.
Singer-songwriter Milow deed eerder dienst als voorprogramma van Racoon. Niet opmerkelijk, want de kale jongeman uit Vlaanderen brengt gitaarliedjes met eenzelfde soort breekbaarheid als de Nederlandse band. Zijn 'Canada' begint verstild, wordt vervolgens prettig uptempo om uit te monden in een - door de lijzige uithalen van de achtergrondzangeres - jengelende ode aan Neil Young. "Neil Young would've loved these songs", zingt Milow. Dat valt te betwijfelen, ome Neil kan wel iets stevigers hebben dan deze wat softe en gladde set.
Het Noorse Kaizers Orchestra [foto links] mag je wel de feestversie van Beirut noemen, hoewel vanavond de titel 'Black Man Group' ook niet zou misstaan. Met het getimmer op twee drumvaten doet de in zwart gestoken band denken aan de trommelende mannen met blauwgeverfde koppen. In eerste instantie lijkt de kou en duisternis van Noorwegen zijn greep op de band rond Janove Ottesen gekregen te hebben. Zware, donkere rock domineert de set in de grote, moeilijk vol te krijgen festivaltent, totdat halverwege omgeschakeld wordt naar een stel gypsy songs en de Roma-beuk erin komt. Stijlvast kun je de set dan ook niet noemen, maar spannend is het wel.
De junkiegod
Aan Lucky Fonz III kan geen enkele festivalbezoeker dit jaar ontkomen. Op zijn klunzige wijze - de een vindt het aandoenlijk, de ander bloedirritant - kondigt hij het tweetal The Dodos uit San Francisco aan. Het duurt een nummer of vijf eer de jongens op stoom komen, hoewel dat voor het merendeel te wijten valt aan een slechte geluidsafstelling. Als een derde bandlid vervolgens een extra, blikkeriger drumgeluid aanlevert is de groep op dreef. Maar alle ritmewisselingen blijken voor de meeste luisteraars toch iets te ingewikkeld, waardoor ze verkassen naar Kate Nash [foto boven].
's Nachts zwalkt zij enigszins laveloos over het festivalterrein. Even daarvoor staat ze uitgedost en redelijk nuchter op het grootste podium van De Beschaving. De Britse jongedame doet flink haar best om breekbaar en intiem over te komen. Daarnaast wil ze vooral haar innemende liedjes complexer brengen dan ze in werkelijkheid zijn. Alle ambities ten spijt, dit optreden zou nochtans beter uitpakken in een zaaltje voor aandachtig publiek.
Ook bij de veelbesproken junkiegod Pete Doherty van het bandje Babyshambles [foto rechts] ontbreekt het opmerkelijk genoeg niet aan ambities. Zijn soms ingetogen, soms uitbundige gitaarrock balanceert onevenwichtig op de grens van aanstekelijke rock en een gedrogeerde, bijna Velvet Underground-achtige freakshow. Door al die irriterende experimenten, veelal als excuus voor het weinig met zijn bandleden optrekken en oefenen, zijn juist die meer prikkelende deuntjes als een ware oase in een woestijn. Uitgerekend die momenten zou je bijna de overdreven aandacht van het in grote drommen aangestormde mediapubliek in de zijlinie gelijk geven.
De binnenzaal
Ook in de pikdonkere zaal van het concertgebouw is er het nodige te beleven. Angus & Julia Stone zijn broer en zus. Zij is een huppelend hippiemeisje in een truttige zomerjurk en hij lijkt - met zijn volgroeide baard en gekke hoedje - nog het meest op een combinatie van Swiebertje en Charles Manson. De twee worden vergezeld door gelijkgestemde zielen in korte broeken en op teenslippers. De liefelijke folksongs zijn afwisselend spannend en mierzoet. Opvallend veel publiek kiest op het heetst van de dag voor dit intrigerende binnenoptreden.
Laat op de avond domineren hier stripteasedanseressen en andere flauwekul, zoals de Belgische schnabbelkoning Eddy Wally. Na een polonaise en klassiekers als 'Als Marktkramer Ben Ik Geboren' en 'Please Release Me, Let Me Go' eindigt voor de meeste festivalgangers hier de halfgeslaagde avond van Koos van Dijk, ex-manager van Herman Brood en het brein achter dit beschaafde carnavalstheater, Grande Burlesque-à-GoGo genaamd.
http://www.kindamuzik.net/live/de-beschaving/de-beschaving-2008
Meer De Beschaving op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/de-beschaving
Deel dit artikel: