Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Terwijl kleinschalige festivals die het muzikale avontuur zoeken het hoofd financieel steeds moeilijker boven water kunnen houden, is Cross-Linx dit jaar toch maar mooi aan de vijftiende editie toe. Waar het in de begindagen van dit festival ging om het slaan van muzikale bruggen tussen klassiek en bijvoorbeeld jazz of dance, zijn de grenzen de laatste jaren minder rigide en meer opgeschoven richting pop. Na Eindhoven, Amsterdam en Rotterdam vindt de slotavond plaats in Groningen. KindaMuzik doet verslag.
Het is halverwege de zondagmiddag en dus tijd voor slappe thee en biscuits. Buiten schijnt de winterzon, waarin het best aangenaam toeven is. In de foyer van De Oosterpoort bijt het Britse Perhaps Contraption het spits af. Erg veel publiek is nog niet voorhanden, maar de veelkoppige marching band laat zich hierdoor niet weerhouden om feestelijk van start te gaan. Bont uitgedoste bandleden lopen door de zaal en ze spelen vakkundig met stijlen als brass en klezmer. Het muzikale energieniveau is hoog en wanneer ze die klanken naadloos laten overgaan in delen van Radioheads 'The National Anthem', dan is dat razend knap.
Een stuk ingetogener gaat On Fillmore te werk. Festivalcurator en drummer van Wilco, Glenn Kotche, waagt zich samen met contrabassist Darin Gray aan filmische klanken. Met behulp van glockenspiel en live gesamplede junglegeluiden uit een fluit, luistert de muziek even minimalistisch als gedurfd weg. Al gauw komt het bijna complete gezelschap van Perhaps Contraption vanaf de trappen de zaal binnengelopen om de aan Tortoise verwante klanken van wat dissonante blazerspit te voorzien. Het werkt uitstekend; daarnaast voorkomen medecurator Neil Finn (achter de piano) en een tweetal zangeressen dat het ál te dromerig wordt.
En dan het optreden waar toch de meeste bezoekers voor zijn gekomen: De Duitse gitaar- en elektronicatovenaars van The Notwist [foto hierboven]komen de baanbrekende plaat Neon Golden uit 2002 integraal spelen. Hoewel de meer jazzgerichte voorganger Shrink uit 1998 minstens zo avontuurlijk is, toont The Notwist met een weergaloos optreden de kracht van Neon Golden andermaal aan. Een kracht die schuilt in het naadloos in elkaar verweven van krautrock, indierock en tegen house aanschurkende geluiden, zonder daarbij de song uit het oog te verliezen. Antister en zanger/gitarist Markus Acher deinst er niet voor terug om live een plaatje op te zetten, vervolgens een venijnige gitaarlijn te spelen en daarna een ijle uitvoering van 'One with the Freaks' af te sluiten met een toepasselijke sample uit 'Last Night a DJ Saved My Life' van Indeep.
Toch zou dit de rest van de ietwat nerdy ogende formatie tekortdoen, want de leden van de driftig multitaskende band dragen allen op hun eigenwijze manier bij aan de wondermuziek. Onder mooi stemmig licht en soms ook een stroboscoop, krijgen sommige nummers van Neon Golden een nieuw en uitstekend passend jasje, met als hoogtepunt een euforisch technostuk in het midden van 'Pilot'. Na dit minutenlange techno-intermezzo pakt de band het refrein van 'Pilot' gewoon weer op, op een manier zoals Motorpsycho dat live ook zo goed kan. Ook wanneer dub, klankschalen en talkbox een intrede doen, is muzikale magie niet ver weg. De melancholieke kant vergeten ze eveneens niet, met ingetogen versies van 'Off the Rail' en 'Consequence'. Er is nog wat tijd over voor extra nummers waarin de band de samensmelting van gitaar en elektronica nog maar eens aandikt, zodat gesteld kan worden: als één band vandaag muzikale muren slecht dan is het The Notwist wel, met een geweldig optreden.
Misschien is het een nieuwe trend: aan weltschmerz lijdende dames die gezeten naast hun harp uitermate gevoelige liedjes op het publiek loslaten. De avond voor dit festival trad een exponent van dit genre, Joanna Newsom, al in De Oosterpoort op. De Canadese Emilie Kahn treedt in haar voetsporen en heeft haar instrument zelfs al een naam gegeven: Ogden. Als Emilie & Ogden bestrijdt ze haar demonen met een breekbare, hese stem in melodieuze folknummers. Allemaal leuk en aardig en het vogelkooitje aan de microfoon is opmerkelijk; toch ontbreekt het aan écht goede nummers om indruk te maken.
Son Lux [foto hierboven] komt uit Amerika en lijkt in eerste instantie inwisselbare synthwave te spelen. Totdat de drummer en de gitarist zich écht met de dramatisch geladen zang en de bombasttonen uit het voorovergekieperde keyboard van Ryan Lott gaan bemoeien. Dan ontstaan er struikelritmes en zuinige, maar daardoor des te effectievere en bovenal kraakheldere gitaargeluiden. De muzikale meerwaarde van Son Lux zit hem in het combineren van zowel het toegankelijke als het experimentele, wat een band als Deerhoof ook zo goed kan. Zo krijgt Son Lux het voor elkaar om het publiek te laten meeklappen op een niet eens zo heel makkelijk nummer. Voorwaar geen geringe prestatie.
Neil Finn, wie kent hem niet? Als Neil Finn & Glenn Kotches Unlimited Orchestra is hij min of meer de headliner van het festival. Ondersteund door het veelkoppige indie-classical orkest Lunatree kwijt hij zich zorgvuldig van deze taak. Hij babbelt zeer ontspannen met het publiek en heeft humor. Net als de rest van het ensemble straalt hij speelplezier uit, en ze geven een bij vlagen opwindend optreden. Echte grenzen worden niet opgezocht, maar wanneer ze een klassieker als 'Message to My Girl' door de neoklassieke mangel halen, ontstaan wel degelijk interessante klanken. En die stem, die blijft toch wel uniek.
In de jaren vijftig en zestig waren kunstfluiters heel hip. Maar alles komt terug, dus ook kunstfluiters. Andrew Bird [foto hierboven] zingt er ook nog eens uitstekend bij, tokkelt op zijn viool en pakt meer dan eens de elektrische gitaar erbij. De aimabele artiest is niet te beroerd om het publiek te vertellen wat de gedachtes achter zijn liedjes zijn. Hij samplet en loopt zich bovendien een ongeluk, zodat rusteloze ritmes ontstaan die hij vervolgens koppelt aan fraaie folkmelodieën. Op die manier ontstaat een even boeiend als eenzijdig optreden.
Dawn of Midi mag het licht uitdoen op Cross-Linx. Nou ja, licht: het trio uit New York staat bijna in het duister zijn ding te doen. En dat doet de band voortreffelijk. De unheimische, licht tribale darkjazz zet aan tot bewegen. Met wiskundige precisie veroorzaken de repetitieve drum- en contrabasritmes, gecombineerd met even simpele als effectieve pianoaanslagen een lichte trance, die soms aan de techno met live-instrumenten van Elektro Guzzi doen denken. Dawn of Midi geeft een verrassend sterk optreden voor veel te weinig publiek. De ongrijpbaarheid maakt van dit concert een opwindende afsluiter van een zeer gemoedelijk en geslaagd festival.
http://www.kindamuzik.net/live/cross-linx/cross-linx-2016/26565/
Meer Cross-Linx op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/cross-linx
Deel dit artikel: