Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Gezeten achter een laptop jaagde de minimalistische grootmeester Phill Niblock twee uur lang de ene reusachtige drone na de andere de kleine zaal van de Gentse Logos in. Niblock is één van de belangrijkste Amerikaanse minimalisten, maar geniet heel wat minder bekendheid dan bijvoorbeeld Steve Reich of LaMonte Young. Dat betekent niet dat zijn muziek daardoor minder interessant is: tot dusver gaf de man zo’n duizend concerten en werkte hij samen met muzikanten als Jim O’Rourke, Lee Ranaldo en James Fulkerson. Daarnaast runt hij samen met Lois V Vierk en David Behrman de Experimental Intermedia Foundation, een organisatie die concerten organiseert en cd’s uitbrengt van experimentele componisten.
Voor het optreden in Gent projecteerde Niblock films die hij in de jaren zeventig maakte; in deze films verrichten mensen in verschillende, vaak arme, landen zware handenarbeid als visvangst en onkruid wieden. Op een split screen kregen we steeds dezelfde handelingen te zien waarin de kijker na enige tijd kleine variaties opmerkte. Zo’n beetje als de muziek van Niblock zelf: machtige drones die de zaal vulden en waarbij subtiel omgesprongen werd met microtonen en boventonen. Constant variaties opzoeken in dezelfde toon, waarbij het geluidsvolume en de akoestiek van de ruimte een belangrijke rol spelen om deze muziek volledig tot zijn recht te laten komen. In totaal speelde Niblock vier recente composities waarbij hij telkens vertrok van samples van akoestische instrumenten. ‘According to Guy, Version III’ vertrok van een sample van de accordeon van Guy Klusevsek en hierbij voegde Kristof Lauwers nog enige live-interactie met zijn laptop. ‘Parker’s Altered Mood, aka, Owed to Bird’ en ‘Alto Tune’ gebruikten de altosax van Ulrich Krieger als basis, terwijl de gitaar van Seth Josel en de cello van Arne Deforce als grondstof dienden voor ‘Sethwork’ en ‘Harm’. Doordat elke compositie slechts samples van één instrument bevatte klonken de werken nogal verschillend van elkaar: nu eens uiterst schrale geluiden, dan weer warme, volle klanken. Dat zorgde voor de nodige variatie. Niblock zelf zette de muziek meestal in gang, stelde het geluid bij en hing tussendoor meestal aan de toog. Muziek moet je vooral niet al te serieus nemen.
http://www.kindamuzik.net/live/709/phill-niblock/8493/
Meer op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/709
Deel dit artikel: