Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het is precies zes uur 's avonds als Koko-Jean Davis de voordeur van Het Patronaat voor ons opent. Dat is toeval. Ze moet nog snel wat boodschapjes doen in het winkelcentrum hiertegenover, zegt ze. "De band is binnen, ergens. Dan zie ik jullie later." En weg is de frontvrouw van nog geen anderhalve meter hoog. Voor wie het interesseert: overdag en naturel, zonder podiumoutfit en zware opmaak, is ze nog mooier dan 's avonds op de planken.
Gitarist Adrià Gual blijkt beneden in het gebouw. Hij zit met bassist Daniel Segura al in hun witte tourbusje met Spaanse nummerplaat. Patronaat is zo'n modern gebouw, daar rij je met je bus zo in aan de achterzijde. We schudden handen en melden ons voor het interview en de fotosessie. "Kunnen we straks doen in de kleedkamer", zegt Adrià, "of in het hotel waar we nu heengaan." We springen achter in de bus. Terwijl Daniel met zijn Spaanstalige tomtom de weg naar het noorden tracht te vinden, starten we de kennismaking.
The Excitements is hún band. Zij hebben de soulgroep opgericht. Inmiddels, vertellen ze trots, hebben ze alle uithoeken van Nederland gezien. Hun eigenlijke chauffeur is getuige op een huwelijk, daarom rijdt Daniel nu maar zelf het busje. Met gemak vinden we in tien minuutjes de Stay Okay in Schoten, even ten noorden van Haarlem. Daniel draait de bus geroutineerd de propvolle parkeerplaats op. We helpen de mannen met hun bagage en zitten weldra binnen op een bankje met de opnamerecorder tussen ons in.
"Nee, wij zijn geen soulmuzikanten uit de kerk. Zo gaat dat in Spanje niet", zegt Adrià. "Wij hebben eerder een duivelse achtergrond: het nachtleven. Haha! Ik heb als jongen wel veel in de kerk gezeten, maar bij ons zong er helemaal niemand. De kerk in Barcelona is saai." Aanvankelijk verbaasde het mensen dat een nieuwe soulgroep, eentje die er echt toe doet, überhaupt uit Barcelona kon komen. Daniel: "Onze Koko zong wel gospel, maar bij haar was het meer een passie voor zingen, ze wilde gewoon in een band."
Adrià zegt dat hij altijd een liefhebber van soulmuziek is geweest maar tot voor kort niet in staat was het goed te spelen. Daniel op zijn beurt hield van garagemuziek. Gezamenlijk zijn ze het erover eens dat ze een soort garagesoul spelen, omdat rock-'n-roll nu eenmaal hun roots zijn. Daniel praat graag over !!Destroy-Oh-Boy!!, de eerste punky plaat van de New Bomb Turks, niet toevallig geproduceerd door New Yorker Mike Mariconda, die ook voor de productie van The Excitements tekent.
In de gezellige ruimte bij de counter met klokken aan de muur van Sydney, New York en Haarlem praten de twee muzikanten vrijuit. Onder meer over die eeuwige vergelijking met Ike en Tina Turner. Adrià: "Mij verveelt dat beeld niet hoor, ik kan er prima mee leven. Ik luister al zo lang naar Ike Turners muziek. Die is gewoon goed. Koko vindt het ook prima. Misschien dat het langzaamaan ietsje vervelender wordt." En die andere onvermijdelijke soulvergelijking komt eveneens ter sprake.
Adrià: "Ik ken die gasten van Daptone al vanaf het prille begin. Toen de Dapkings in 2001 naar Barcelona kwamen was ik hun tourmanager. Daarvoor al, toen Daptone nog Desco was, had ik contact met Sugarman Three. Soulliefhebbers weten elkaar te vinden. Daptone heeft veel mensen geïnspireerd. Mij ook, vooral door de manier waarop ze werken. Dat wil ik ook. Ze zijn een soulband, maar werken met de filosofie van een punkrockband. Schijt aan alles. Alles zelf willen doen. Maar ik ben geen fan van alles wat ze uitbrengen." Daniel: "Wat neigt naar funk, is minder ons ding. Als zij zeggen 'James Brown 1973', dan zeg ik 'James Brown 1962'."
Na een verslag van hun eerste Noord-Europese avontuur in Duitsland, waar dankzij het internet de zaal helemaal uitpuilde, en hun praktische bezwaren tegen toeren door de VS, is het tijd om met de bus terug naar het Patronaat te rijden. Daar aangekomen maken we kennis met de andere muzikanten, stuk voor stuk aardige gasten, en delen we stamppot en rundvlees met zijn allen. Ineens fladdert Koko-Jean binnen. Heerlijk vindt ze die stamppot, al at ze 'm gisteren ook en werd ze even later ziek.
De zangeres van Mozambikaanse afkomst bevestigt dat ze de vergelijkingen met Tina Turner geen belediging vindt. "Ben ik trots op, maar ik zing meer genres hoor. Blues en jazz bijvoorbeeld. Of alle energie in een ballad steken, dat vind ik geweldig. Eigenlijk zitten we dichter bij Otis Redding. Ik hou van hem, hij is raw." Koko-Jean is zo vlak voor de show nog niet gespannen of druk. Dat komt wel, als ze zich heeft omgekleed, dan is ze niet te harden. "De jongens vinden me soms veeleisend en noemen me dan … dat zal ik maar niet zeggen."
De groep gaat zich omkleden en wij zoeken een geschikte plek voor de fotografie. We spreken af bij de tourbus, beneden in het fascinerende nieuwe gebouw van het Patronaat. Dankzij de vriendelijke mensen die hier werken en door het publiek 's avonds maakt het grootstedelijke gebouw een zachtaardige, provinciale indruk. Amsterdam lijkt mijlenver weg. Daar komt de slanke sologitarist Lalo Lopez aanlopen, elegant gestoken in een donkergrijs pak met een rode stropdas. "Elke avond is een bruiloft", grinnikt hij.
Uiteindelijk is er weinig tijd voor de foto vlak voor de show. Koko-Jean had nog voorgesteld dat na het optreden te doen, maar Adrià wilde dat niet hebben, omdat ze dan bij de merchandise willen zitten en met hun fans praten. Koko-Jean poseert geroutineerd en slurpt tussendoor uit een koffiebekertje. Een paar slokjes whisky vermoedelijk. Adrià is ineens nerveus. Een kwartier later, op het podium, is daar niks meer van te merken. Als de band is begonnen, doet Koko-Jean nog enkele stemoefeningen in de gang achter het podium. Dan duwt ze de zware zwarte deur open en springt ze het podium op.
http://www.kindamuzik.net/interview/the-excitements/een-avond-met-soulband-the-excitements/24479/
Meer The Excitements op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-excitements
Deel dit artikel: