Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
“Het is zó raar om in het bijzijn van Wilco hier te mogen spelen,” zegt Steve Yutzy-Burkey, zanger van One Star Hotel, nadat Wilco’s zanger Jeff Tweedy hem voorbij loopt in de achtertuin van Paradiso. “Zij zijn één van de belangrijkste bands voor me geweest. Ik heb veel van ze geleerd op het gebied van het omgaan met geluiden en hoe liedjes ermee naar een hoger plan kunnen worden getild.”
De invloed van Wilco is dan ook duidelijk terug te horen in de muziek van One Star Hotel. Het tweede album lijkt de ontbrekende schakel tussen het rootsy Being There en de ontluikende experimenteerzucht van Summerteeth. De twaalf sterke en pakkende nummers van Good Morning, West Gorden doen je het epigonisme echter onmiddellijk vergeven, anders het vriendelijke en ontwapenende voorkomen van de 28-jarige Burkey wel.
Nederland
Genietend van een biertje spreekt hij over de eerste tournee van de band die ook nog eens in het kleine Nederland plaatsvindt. “We zijn hier een week om zo’n acht optredens in clubs en radioshows te doen. Het is te gek dat dit zomaar kan.”
Hoe kan dat eigenlijk, met slechts twee in eigen beheer geproduceerde cd’s op zak opeens hier verzeild raken? “We hebben alles aan onze distributeur Lucky Dice te danken. Onze debuutplaat hebben we naar ze opgestuurd, ik zag hun naam op een mailinglist staan, en ze waren daar erg enthousiast over. Deze tour hebben zij opgezet en inmiddels hebben we hier al meer cd’s verkocht dat in Amerika.” Lachend: “Niet dat dat iets zegt over het aantal!”
Philadelphia
De Nederlanders hebben dus een speciaal plekje in de harten van de vierkoppige band gekregen, maar hun thuisland zullen ze niet snel verlaten. Daar wordt immers de inspiratie vandaan gehaald. Songsmid Burkey is een verhalenverteller pur sang. Zijn teksten gaan over zijn thuisstad Philadelphia en vooral over de passanten van de straat West Gordon. De straat waar hij elke dag naartoe gaat om te werken aan de reparatie van antieke instrumenten. Daar tekende hij de levens op van de mensen met wie hij in contact kwam.
“Als songschrijver begon ik met autobiografische teksten, maar op den duur verlegde ik mijn blik naar anderen. Tijdens mijn studie Engels ben ik een groot liefhebber geworden van korte verhalen. Ik vind het knap om in een beperkte ruimte een karakter helder neer te zetten. Mijn favoriete auteur in dat genre, en in het algemeen, is John Ceever.”
Kennen de mensen over wie hij schrijft zijn muziek? “Aan sommigen heb ik het laten horen, maar het interesseert ze niet. Het is hun muziek ook niet. Dat wij nu in Nederland zijn vinden sommigen wel weer leuk. Ze denken dat we een grote band zijn, haha!”
En richt hij zich op het individu om zo niet geïsoleerd te raken in de grote stad? “Nee, ik vind het gewoon mooi om zulke verhalen te maken. Ik ben opgegroeid in een klein dorp dat anderhalf uur rijden van Philadelphia ligt, vlakbij een grote Amish gemeenschap. Ik vind de stad juist ontzettend fijn. Er gebeurt zoveel, je kan er alles krijgen en het dorpsgevoel is zeker ook aanwezig in de afzonderlijke wijken van de stad. Ik zou hier dan ook niet weg willen.”
Opnames
Toen Burkey zeven jaar geleden naar de stad verhuisde, hing hij een berichtje op in een muziekwinkel: bandleden gezocht. Zo kwam hij in contact met Rick Siber (bas), Daryl Hirsch (toetsen) en Alec Meltzer (drums), die tevens als begeleiders van stadsgenoot Denison Witmer door het leven gaan. Op Good Morning, West Gorden zingt Witmer ook nog wat regeltjes mee.
Het opnameproces hiervan ging trouwens niet van een leien dakje. Naast het feit dat hun apparatuur ter waarde van zo’n tienduizend dollar werd gestolen, moest de band de opnames spreiden over meerdere locaties vanwege verbouwing van de studio. “Gelukkig hadden we van te voren alles goed op demo gezet zodat we wisten wat we moesten doen. We hebben de basispartijen heel simpel gehouden, zodat we achteraf makkelijk geluiden konden toevoegen. Dat was ook het doel vooraf en ik ben erg tevreden met het resultaat.”
Michael Stipe
Waar in Nederland de band lovend onthaald wordt door de pers, daar moet het in Amerika nog allemaal gaan gebeuren. “Thuis krijgen we amper aandacht. Wij hebben geen geld om aan promotie te doen en er wordt daar zoveel uitgebracht dat de media geen plek voor ons hebben. In Nederland lijkt het echter zo te zijn dat journalisten en radiomakers uit zichzelf dingen oppikken en iets doen met de muziek die ze zelf leuk vinden.”
Laten we dat idyllische beeld van Burkey niet verstoren. Maar misschien kan hij in Amerika wat promotiehulp van Michael Stipe krijgen? De R.E.M.-zanger bezocht in maart een concert van de band in de Mercury Lounge te New York. “Tijdens het spelen zag ik hem in de zaal staan. Ik was best in shock. Na afloop hebben we hem een cd gegeven, maar ik heb verder niet met hem gesproken. Wat moet en kan je in een minuut zeggen tegen zo’n grote held!?” Heb je dan al wel met de zojuist voorbijgelopen Tweedy gesproken? “Nee, nog niet.” Lachend: “Maar ik moet hem zeker nog bedanken dat hij ons voorprogramma verzorgt!”
http://www.kindamuzik.net/interview/one-star-hotel/one-star-hotel-begint-in-nederland/11702/
Meer One Star Hotel op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/one-star-hotel
Deel dit artikel: