Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Zijn introverte houding vormt een groot contrast met die van de jongen die een uur later met een ontbloot bovenlijf de zaal zal bespelen.
Vooral de energieke liedjes van The Sunlandic Twins, dat afgelopen zomer verscheen, slaan later die avond goed aan. Het is een opmerkelijke plaat voor een band die toch ooit gewoon begon met het maken van degelijke indiepop. Barnes: “Het is niet dat ik denk ‘ik ga naar dit of dat genre luisteren en dat dan in mijn muziek verwerken’. Het is een proces: op een gegeven moment raak je verveeld door de muziek die je een tijdje hebt gemaakt. En dan ga je op zoek naar iets nieuws. Voor dit album wilde ik een plaat maken die erg dansbaar, maar toch ook intelligent is. Een combinatie van een aantal verschillende muzikale genres. Ik luisterde veel naar afro-beat uit de seventies, Fela Kuti bijvoorbeeld. En Queen, Soft Machine, de vroege Prince. Allemaal verschillende elementen uit het verleden. Daarnaast ook moderner werk van bands als Four Tet en Caribou. Ik wilde al die invloeden nemen en ze op mijn eigen manier bij elkaar gooien, om zo iets te creëren dat plezier uitstraalt én meeslepend is én bizar.”
Tweelingen met z’n drieën
Een andere invloed op het album kwam begin dit jaar in het leven van de zanger. Nina, de vrouw van Kevin en toetseniste in de band, beviel van een dochter, Alabee. En natuurlijk is zijn kindje het mooiste van de wereld. “We hebben haar niet meegenomen op de tour. Ze is nu in Noorwegen, bij Nina’s ouders. Dat is wel lastig, want we moeten haar nu drie weken missen.”
Er staat ook een nummer over zijn dochter op het album, ‘So Begins Our Alabee’. “Ja, dat gaat over het ouderschap. Ik vergelijk dat in het nummer met een soort odyssee. Ik zag daar op dat moment heel erg naar uit, maar vooral ook tegen op. Ik moet wel zeggen dat het album al grotendeels af was voor ze geboren werd. Ik had natuurlijk wel een vermoeden dat ze op komst was, haha. In die zin heeft het dus zeker zijn effect wel gehad. Op het volgende album zal ze een nog veel grotere invloed hebben.”
Het is duidelijk dat Barnes veel uit zijn eigen leven haalt, waaronder de naam The Sunlandic Twins. “Nina en ik waren aan het filosoferen over een fictionele wereld. Een leuke, vrolijke, warme plek die we Sunlandia hebben genoemd. En wij waren de enige twee personen op de planeet. Of ik dat ook echt zo voel? Ik denk wel dat ze de enige is die echt op mijn golflengte zit. We hebben echt veel gemeen, het is net of we tweelingen zijn. En nu dan met zijn drieën.”
Welbespraaktheid
Masking vapor trails from Mercury for a killer on Umbria
Who crippled birch mares now briars replace their old cotton limbs
Who will tell? I mean would it make a difference?
Look metal flower petal tears do not even appear in the Myopic Mirror
Een willekeurig couplet uit een wat minder willekeurig nummer op The Sunlandic Twins. Niet echt een manier van tekstschrijven die je vaak tegenkomt in de hedendaagse popmuziek. “Tja, die woorden. Ik lees erg veel. Ik heb een boekje waarin ik al mijn favoriete woorden bewaar. Woorden die ik ergens tegenkom, in literatuur bijvoorbeeld, en woorden die ik nog niet ken. Die schrijf ik op, met de betekenis erbij. Ik probeer ze dan zo vaak ik kan door mijn teksten te weven. Ik ben ooit begonnen interessante woorden bij te houden omdat ik het gevoel had dat ik veel te inarticulate was. Ik keek altijd op naar welbespraakte mensen, mensen met een geweldige woordenschat om uit te putten. Dat wilde ik ook. Als ik iets wil overbrengen, dan wil ik dat op een snelle en goede manier kunnen doen. Maar ik ben er nog niet, haha.”
Het fragment hierboven komt uit ‘Forecast Fascist Future’, een opvallende titel die een voorliefde voor alliteratie verraadt. “I just love the way it rolls off your tongue. Eén van mijn favoriete auteurs is J.P. Donleavy, en hij maakt daar ook veel gebruik van. Eén van zijn boeken heet bijvoorbeeld The Beastly Beatitudes of Balthazar B. Dat was één van mijn eerste literaire invloeden. Daarbij vind ik het een leuke uitdaging om niet-alledaagse teksten te schrijven. Ik zit vaak in mijn hoofd te spelen met dat ene zinnetje dat nog net niet helemaal perfect is. Misschien ook wel iets te veel. Veel artiesten hebben iets van ‘oh, dat nummer is zó verschrikkelijk slecht’, maar ik schaam me nooit echt voor mijn teksten. Doorgaans werk ik zolang aan mijn nummers dat ik uiteindelijk volledig tevreden ben met het eindproduct.”
Serieuze muzikanten
Is er dan echt geen nummer waar Barnes ook maar licht over twijfelt? “Nou, misschien een klein beetje over wat oudere songs, zoals ‘Tim I Wish You Were Born a Girl’. Dat is zo naïef en zoet, en het werd de belichaming van een imago waar wij als band tegen op moesten boksen. In Europa viel het wel mee, maar in Amerika had je op een gegeven moment de term twee, die op ons vaak overkwam als een belediging. Wij hebben onszelf altijd een interessante band gevonden, met emotionele diepte in de teksten. Bij twee denk ik meer aan simpele, vrolijke liedjes met een makkelijke tekst erbij. Op zich is het niet zo’n vervelend genre, zelfs Belle & Sebastian rekenen ze er soms bij. Alleen ging het met ons op dat moment niet zo goed: we verkochten bijna niks en er kwam niemand naar onze optredens. Daarom hadden wij het gevoel van: ‘Waarom werken die journalisten dan ook niet mee door ons wat meer aan te prijzen? Ze saboteren onze hele onderneming. Als zij nou schrijven dat we geniaal zijn...’ Dus dat werd een beetje een blok dat we iedere keer weer de berg mee op moesten zeulen. ‘We’re not twee, we’re serious musicians, haha.’ Nu maakt het me niet zo heel veel meer uit; we toeren nu toch door Europa. Ergens hebben ze ook wel gelijk, er zit wel een soort speelsheid in ons geluid. Maar het liefst zou ik hebben dat ze ons omschreven als elektronisch, progressief en een beetje retro. Artistiek, maar nog steeds poppy. En vooral als een smeltkroes van verschillende invloeden uit verschillende tijden.”
Twee stemmetjes
Met zo’n breed muzikaal spectrum is het de vraag of er nog wel onontgonnen genres zijn. “Toch wel. Ik wil nog meer folk horen uit andere landen. Ik ben heel erg geïnteresseerd in het ontdekken van verschillende muzikale werelden, uit onverwachte landen. Niet zozeer de Amerikaanse, hoewel die ook geweldig is. Zeker uit de periode van The Great Depression, dingen als Woody Guthrie en Leadbelly. Alleen, vanuit een muzikaal oogpunt is folk iets te simpel. Woody Guthrie heeft ooit gezegd: ‘If you’re playing more than three chords, you’re showing off’. Ik zou dat soort muziek nooit kunnen maken, want ik heb altijd het verlangen om meerdere lagen in mijn nummers te verwerken, om ze daarna weer helemaal af te breken en opnieuw te beginnen. Niet zo standaard dus.”
Naar muziek luisteren is Barnes’ grootste hobby. “Dat gaat wel ver. Het klinkt misschien gek, maar ik heb het gevoel dat ik behoorlijk afhankelijk ben van andere bands. Zonder muziek om me heen kom ik zelf ook niet tot goede songs. Maar als ik iets goeds hoor, dan kan ik daar echt inspiratie uit halen. Het gebeurt heel vaak dat ik zo enthousiast word van een cd dat ik meteen zelf de gitaar erbij pak. Niet dat ik dan meteen ga kopiëren, het is meer de fantasie en de energie van andere artiesten die op mij overslaat. Neem bijvoorbeeld Four Tet. Toen ik die cd hoorde, dacht ik ‘dit is pas progressief, wij zijn veel te boring’. En dat inspireert mij dan weer om meer uit mezelf te halen, om toch tevreden te kunnen zijn. Het is wel lastig. Als ik een nummer bijna af heb, komt er altijd wel een moment waarop twee stemmetjes in mijn hoofd met elkaar gaan discussiëren. Aan de ene kant vind ik dat er andere akkoorden over het refrein heen moeten omdat het te makkelijk klinkt. Maar aan de andere kant wil ik ook dat iedereen het op de radio kan horen, dus het kan ook weer niet te vreemd.”
Altijd bijna blut
“Ik moet wel toegeven dat ik ooit gevallen ben voor de commercie”, bekent Barnes. “Op Aldhil’s Arboretum hebben we de scherpe randjes wat meer achterwege gelaten. We dachten dat we meer succes zouden hebben als we iets minder bizar zouden klinken. Als we de ingewikkelde akkoorden en de vreemde overdubs achterwege zouden laten, zou het vast beter gaan. Maar het enige positieve dat daar is uitgekomen, is dat we weten dat dat ook niet de goede manier is. En dat dat mijn minst favoriete Of Montreal-album is. Nu maken we dus gewoon de muziek die we willen maken. Als er een publiek voor is, dan is dat mooi meegenomen. Ik ben ook niet op zoek naar een status van rockheld. Het enige mooie aan mainstream succes is dat je op die manier geld verdient en dat je fulltime met muziek bezig kunt zijn. Ideaal zou zijn als niemand in de band zou hoeven te werken. Dan zouden we het meeste uit onze fantasie kunnen halen. Ik heb nu zelf een paar jaar al geen dayjob gehad. En dat lukt net. We zijn altijd bijna blut, maar dan komt er weer net een cheque binnen. Is er weer één van onze nummers gedraaid bij één of andere serie. Maar iets meer stabiliteit zou geen kwaad kunnen.”
De laatste twee albums van Of Montreal waren min of meer soloplaten van Barnes, met hier en daar wat hulp van de andere bandleden. Volgend jaar verschijnt alweer een nieuw album, waarop de band er zoals het er nu naar uitziet weer iets democratischer te werk zal gaan. “We zijn er nog niet helemaal uit, maar er zijn plannen om naar Lincoln, Nebraska te gaan. Daar heb je de Presto studio’s, waar veel Saddle Creek-bands (zoals Bright Eyes, The Faint, Cursive; TZ) hun albums opnemen. Als dat doorgaat, dan komen we daar met de band bij elkaar en gaan we van daaruit werken. Natuurlijk zullen de anderen dan inspraak hebben, maar tot op een bepaalde hoogte. Ik wil wel zelf de controle houden.”
Bijna een decennium geleden speelde Barnes samen met een aantal stadgenoten een bijrol op Letting Off the Happiness van Bright Eyes, dat gedeeltelijk werd opgenomen in Athens, Georgia. Een wederdienst van de ondertussen wereldberoemd geworden vriend sluit Barnes niet uit. “Dat zou leuk zijn. Hopelijk komen er een hoop gastmuzikanten langs. Neem bijvoorbeeld de cello. In Athens woonde één meisje dat cello kan spelen. Iedere band wilde haar dus erbij hebben. Nu is ze ook nog naar New York verhuisd. Het mooie is dat Conor (Oberst van Bright Eyes; TZ) een hele hoop mensen kent die strijk- en blaasinstrumenten kunnen bespelen. Van dat netwerk zou ik graag gebruik maken. Want dat is nou net iets wat Of Montreal nog niet zo vaak heeft gedaan.”
foto's: Courtie
http://www.kindamuzik.net/interview/of-montreal/of-montreal-wij-zijn-een-interessante-band/11592/
Meer Of Montreal op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/of-montreal
Deel dit artikel: