Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Michael Rother mag dan een legende zijn, zelden mochten wij een gesprek voeren met een hartelijker man. Hij wikt en weegt elke vraag, neemt rustig zijn tijd, vertelt honderduit en zorgt er zo voor dat deze journalist zowat het interview van zijn leven meemaakt. Was mijn telefoon tegen het einde van het interview wegens een technische storing niet uitgevallen, ik denk dat we nu nog aan het praten waren. Maar Rother heeft dan ook al vele watertjes doorzwommen. Zijn invloed op de huidige muziekscene was en is onmeetbaar. Van P.I.L. over Joy Division tot en met Stereolab en de shoegazer-beweging, allemaal zijn ze wel schatplichtig aan de vaak revolutionaire veranderingen die hij met bands als Neu!, Harmonia en Kraftwerk heeft ingeluid.
Hoewel het Neu!-hoofdstuk van Rothers leven nu toch alweer dertig jaar achter de rug is, werd dit interview me door de platenmaatschappij aangekondigd als een Neu!-interview. Stoort dat hem feitelijk niet? “Dat komt vooral omdat sinds kort de Neu!-albums eindelijk eens serieus gepromoot worden. Ze worden nu uitbesteed aan EMI (voor Engeland), Astralwerks (voor Amerika) en P-Vine (voor Japan). Ik denk persoonlijk dat dat een veel betere manier van aanpakken is. Bij die individuele platenfirma’s hebben ze mensen zitten die mijn muziek kennen en ze ook appreciëren. Een ander aspect is natuurlijk dat ik momenteel op tour ben met Dieter Moebius en deze week in Brussel optreed. Maar om op Neu! terug te komen: het mag dan dertig jaar geleden zijn, voor mij is die muziek nog altijd zeer belangrijk. De eerste Neu!-plaat was de eerste plaat die ik ooit heb opgenomen en mijn herinneringen van die tijd zijn nog altijd klaar en duidelijk. Samen met mijn solo-werk en hetgeen ik met Harmonia heb gedaan beschouw ik Neu! nog altijd als het hart van mijn muzikale verwezenlijkingen.”
Het virus van de verandering
Samen met Can, Kraftwerk, Tangerine Dream en Amon Düül was vooral Neu!, met zijn drie platen één van de belangrijkste bijdragen aan de krautrock-beweging. In hoeverre was die beweging voor hem ook een realiteit in die periode? Of was het eerder een label dat de media erop geplakt hebben? “Kijk, ik kende wel sommige van die groepen die tot de krautrock gerekend werden.
Zo was ik goed bevriend met mensen van Kraftwerk en Can. Maar de leden van Faust, Tangerine Dream en Amon Düül kende ik op dat moment totaal niet. Ik heb ze pas veel later leren kennen. Ik heb mezelf in ieder geval nooit als deel van enige beweging beschouwd. Ik was vooral bezig met mijn eigen muziek om voor mezelf een muzikale identiteit te ontwikkelen. Dat betekent natuurlijk niet dat we niet bepaalde ideeën gemeenschappelijk hadden. Voor mij is die zogenaamde ‘krautrock’ vooral een weerspiegeling van de culturele en politieke veranderingen van die tijd. Politiek had je het protest tegen Vietnam, de rellen in Berlijn en de algemene sfeer van opstandigheid in 1968, cultureel dan weer de muzikale revoluties die door Jimi Hendrix en The Velvet Underground in gang gezet werden. Het leek toen wel of al die veranderingen als een virus om zich heen grepen.”
Eén noot per keer
Tot zover het kraut-gedeelte. Hoe staat hij tegenover het feit dat krautrock als ‘rock’ geafficheerd werd, terwijl wij vandaag toch eerder de indruk hebben dat het veel verder ging dan alleen rock, dat er veel geëxperimenteerd werd, dat er zelfs een nieuw soort muziek uitgevonden werd. “Inderdaad, voor mij maken al die labels in feite maar weinig uit. Journalisten hebben altijd de neiging om een naam op iets te plakken. Ze willen artiesten altijd in vaste groepen onderbrengen, terwijl het vaak toch om mensen gaan die heel verschillende ideeën tegenover muziek hebben. Toen ik in de jaren zestig met muziek spelen begon, imiteerde ik, zoals alle beginnende muzikanten dat doen, grote namen als George Harrrison, Eric Clapton, Jeff Beck en Jimi Hendrix. Er was ook een beetje invloed van mijn moeder die klassieke piano speelde. Maar aan het begin van de jaren zeventig besloot ik om al die invloeden te laten vallen, om als het ware alles te vergeten wat ik ooit had geleerd. Dat kwam vooral omdat er toen een zekere neiging bestond bij muzikanten om zeer technisch en artistiek te spelen, zeg maar om zoveel mogelijk noten te spelen. Ik geraakte toen juist veel meer geïnteresseerd in de ruimte tussen de noten. Ik ging zo weinig mogelijk noten spelen, totdat ik op een punt kwam dat ik één noot per keer ging spelen. Uit die aanpak is bijvoorbeeld een nummer als ‘Hallogallo’ (van de eerste Neu!-lp, VR) voortgekomen.”
Ik weet natuurlijk niet wat Michael Rother er zelf van vindt, maar voor mij is de rode draad doorheen Neu!, Harmonia en zijn solo-werk dat het een zekere lichtheid, zelfs hoop, uitstraalt. “Natuurlijk ben ik blij dat jij dat aspect in mijn muziek terugvindt, maar een muzikant verwerkt volgens mij toch altijd het hele spectrum aan emoties in zijn muziek. De pijn en de droefheid, zowel als de positieve emoties. Zonder die wisselwerking kan er geen diepte van je muziek uitgaan, dan blijft alles aan de oppervlakte. Er moet toch altijd wel pijn in je muziek verwerkt zijn. Het is toch mijn ervaring dat je in goede tijden veel minder interessante muziek maakt.”
Zou het dan kunnen dat ik dat denk omdat hij de instrumentatie toch altijd laat primeren? Zelden, buiten enige woeste en punky kreten op een Neu!-plaat gebruikt hij vocalen op zijn platen. “Ik heb vocalen altijd veel te politiek en te direct gevonden. Ik heb wel eens gezongen voor een nummer op de Radio-compilatie, een anti-nazi-cd in de jaren negentig. Maar voor mijn laatste plaat, Remember - The Great Adventure, heb ik eindelijk voor de eerste keer een zangeres gebruikt. Ik heb haar (Sophie Williams, VR) ontmoet terwijl ze met haar cello in een café aan het spelen was. Ook Herbert Groenemeyer (die de Neu!-albums mee heeft geremastered, VR) doet erop mee als zanger. Maar zelfs dat was niet echt met voorbedachte rade. Het gebeurde gewoon.”
Het belang van spaarzaamheid
Nog een constante in zijn muzikale verwezenlijkingen is het werken met kleine groepjes mensen. Zo was Neu! een duo, Harmonia een trio en nemen er aan de opnamen van zijn solo-platen zelden meer dan één of twee muzikanten deel. “Dat kan wel zo overkomen maar ook daar zit er weer geen plan achter. Met Kraftwerk, met Florian Schneider en Klaus Dinger, waren we live een ijzersterk trio. Maar vaak is het puur een kwestie van spaarzaamheid. Neu!, waar ik samen met Klaus in zat, was meer een studiogroep. We hadden veel ideeën om in de studio onze muziek te bewerken, met overdubs en zo, en dat konden we onmogelijk op het podium reproduceren. Nu, met de computer en de notebook, is dat natuurlijk een heel stuk makkelijker geworden. Je archiveert je materiaal doodgewoon en indien nodig op het moment zelf, gebruik je het opnieuw, hetgeen zeer verrijkend is voor je muziek. Harmonia werkte als groep ook heel goed buiten de studio. Daar was de opstelling met orgel, synths en gitaar en die optredens waren zeer succesvol. En nu vorig jaar werd ik door John Frusciante van The Red Hot Chili Peppers uitgenodigd naar Amerika om mijn muziek voor te stellen. Ik heb met hem en Josh Klinghoffer verschillende optredens gedaan vorig jaar en we gaan nu eind dit jaar ook weer enkele optredens doen.”
Maar op het moment is hij dus weer op toer met Dieter Moebius van Cluster en Harmonia. Is Moebius zijn favoriete muzikale partner? “Toen Harmonia (het samenwerkingsverband van Rother met het Cluster-duo Roedelius en Moebius, VR) er in 1976 mee ophield zijn we feitelijk altijd contact blijven houden, zelfs toen Roedelius later naar Oostenrijk verhuisde. Ik woon trouwens nog altijd in het huis waar we toen met Harmonia verbleven, het is zelfs nog altijd hetzelfde telefoonnummer. Dieter is zich dan gaan concentreren op het werken met computers in plaats van met een groep. En toen we elkaar in 1998 opnieuw tegenkwamen klikte het meteen. We zijn dan sindsdien samen solo-optredens gaan doen, hij één nummer, ik één nummer. Het gebeurt allemaal heel spontaan moet ik zeggen. We werken altijd met heel elementaire structuren. Bijvoorbeeld ‘Hallogallo’ heeft een heel open structuur en daarover kan ik dan allerlei nieuwe muzikale handelingen gaan uitvoeren. Ik vind het toeren echt ongelooflijk fun. We zijn voortdurend onderweg tussen Japan, Amerika, Italië, België en Frankrijk. Met je muziek de aardbol rondtrekken is zowat de leukste manier om de wereld te ontdekken.”
http://www.kindamuzik.net/interview/michael-rother/spaarzaamheid-als-muzikaal-ideaal/10591/
Meer Michael Rother op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/michael-rother
Deel dit artikel: