Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Je geniet enige bekendheid in Nederland als duo-partner van percussionist en beeldend kunstenaar Steve Hubback, die tot een tijdje terug in Eindhoven woonde en werkte. Je discografie verraadt een zekere voorkeur voor duetten met mensen die op dingen slaan. Wat is daar zo speciaal aan?
"Ik weet niet wat andere mensen vinden, maar ikzelf hou van het lawaai dat ze maken! Ik vind het erg opwindend wanneer ze geluid produceren en daar ook ritmische patronen bij spelen die je kunt negeren, of waar je in mee kunt gaan. Met een goede drummer kun je heel veel kanten op. Je bent met een niet-harmonisch instrument naast je helemaal vrij om te gaan waar je wil. Vaak voel ik wel aan wanneer ze me uitnodigen om ‘mee’ te gaan, maar dan kies ik misschien juist weer een andere route en laat ik ze vrij om hun gang te gaan. Drums en saxofoon, of ieder ander melodie-instrument is een sterk concept voor een band. Je kunt het zo groot maken als een bigband en zo klein als het kleinste dat je maar kunt verzinnen."
Binnenkort speel je in KC België met Lasse Marhaug. Op de twee cd's die je met hem opnam voor het label FMR is Marhaug druk in de weer met elektronische toevoegingen naast zijn akoestisch geproduceerde ritmes. Heb je zelf ook niet de neiging je 'natuurlijke' sounds uit te breiden met elektronica?
"Als je bedoelt dat ik elektronische dingen zou toevoegen aan mijn 'stem', dan ben ik niet geïnteresseerd. Maar nu ik dit zeg, realiseer ik me dat ik er wel mee heb geëxperimenteerd. Ik heb een album gemaakt met Steve Hubback, op Utech Records, een duo-opname. Nadat deze uitgekomen was, liet ik ontvallen dat ik ook een remix had gemaakt van de cd, en die is eveneens uitgebracht. Deze tweede versie kwam tot stand door de originele sporen op verschillende manieren te bewerken. Toch denk ik dat ik de voorkeur heb voor het ‘fysieke’ muziek maken. Ik hou van zweten..."
De muzikanten die je uitkiest om mee te spelen kunnen soms erg druk zijn, met veel noten, of enorme geluidswolken. Waar ben je naar op zoek als je met anderen samenspeelt?
"Ik ga het liefst om met aardige mensen."
Wat maakt het spelen met een elektronische duopartner anders dan het samenspel met een 'echte' muzikant? Is er eigenlijk wel een verschil?
"Niet echt. Al hebben ze meestal geen harmonische basis om vanuit te gaan, ik ga gewoon voor hun sound en hun energie. Zolang er een goede energie aanwezig is, heb ik geen probleem."
Je doet wel eens soloconcerten, en je hebt een solo-cd uitgebracht. Wat is er speciaal aan het saxofoonspelen in je eentje? Mis je op zo'n moment niet de energie van de ander?
"Ik probeer die situaties dan ook te vermijden. Ik heb één solo-cd uit, en ik heb ook wel eens concerten in mijn eentje gespeeld, maar over het algemeen is een solo niet de plek waar ik het liefst wil zijn. Ik voel me stukken comfortabeler als er iemand is om mee te praten. Het is best aardig om tegen jezelf te praten, je weet alleen alle antwoorden al van tevoren. Voor mij is muziek echt een taal, en dus heb ik iemand nodig om tegen te praten..."
Het is dan wel de vraag welke muzikale taal je spreekt. Je spel is niet noodzakelijk gebonden aan de liedvorm, of van tevoren geoefende melodieën. Wel zou ik de vergelijking durven maken met je hoge tonen en de vrouwelijke stem. Stel dat je net zo zou experimenteren met de sax, als een zangeres dat zou doen met haar stem, wat probeer je dan uit te drukken?
"Ik denk dat ik controle probeer te krijgen over mijn instrument, en niet te veel probeer te oordelen als ik aan het spelen ben. Ik probeer de 'interne computer' uit te schakelen als ik speel. Als ik er voor kies een hoge stem te gebruiken, dan is dat wat ik doe. Er zijn zo veel plekken waar je heen kunt. Een daarvan ligt in het gebruik van extreem hoge noten, hoewel ik meestal niet die kant op ga. Het hangt een beetje van de situatie af, bijvoorbeeld hoe ik reageer op de andere mensen met wie ik speel."
De belangrijke improviserende saxofonisten van nu lijken enorm veel cd's uit te brengen. David Murray, Anthony Braxton, Ken Vandermark, Mats Gustaffsson en John Butcher hebben hun eigen kringetje bewonderaars, terwijl de albums die ze maken haast nergens makkelijk te koop zijn. Van jou zijn ook al aardig wat cd's. Wat is het doel van het uitbrengen van zoveel materiaal dat bijna niemand hoort?
"Ik denk dat we, vergeleken met rockbands, nogal veel uitbrengen. We hebben echter niet de distributiekanalen en het grote publiek dat zij hebben. Misschien compenseren we dat door meer muziek uit te brengen voor het kleine groepje dat bereid is om naar ons te luisteren."
"Wat ook meespeelt is dat zich nieuwe muzikale situaties met nieuwe muzikanten voordoen. Je hebt dan het gevoel dat je zo'n moment moet vastleggen en dat het leuk is om dat vervolgens uit te brengen. De cd’s zijn op hun manier een doorgaand proces, waarbij je de belangrijkste stappen in je muzikale carrière vastlegt. Besef dat ik niet in alle zalen ter wereld kan spelen, terwijl een cd met gemak de hele wereld over reist.
Maar ja, nu ik dit zo zeg besef ik ook er nog steeds van overtuigd te zijn dat het soort muziek dat ik maak zo veel beter is als je een concert ziet en hoort."
Ultralyd speelt op 23 september in platenwinkel Freaks End Future te Antwerpen (B), op 24 september samen met het duo Lasse Marhaug - Frode Gjerstad in het Kunstencentrum te Hasselt (B) en op 25 september in Occi, Amsterdam (NL).
http://www.kindamuzik.net/interview/frode-gjerstad/gjerstad-muziek-als-taal-en-communicatiemiddel/10521/
Meer Frode Gjerstad op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/frode-gjerstad
Deel dit artikel: