Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het is maandagavond en Denvis heeft zijn wekelijkse pappadag. De Eindhovenaar waakt over zijn zoontje Lou. Comfortabel onderuitgezakt op zijn ligbank vertelt hij openhartig. "Rustiger worden heeft heel veel te maken met die kleine. Maar ook met liefde voor mezelf. Ik begon te merken dat ik het roer om moest gooien, anders zou ik het lichamelijk niet aan kunnen. Ik had echt weinig energie over, puur omdat ik dagen bij lag te komen van zware avonden. Van het boek van Leon Verdonschot is geen woord gelogen. Ik heb het met veel plezier geleefd. Dat kan ik nu niet meer. Dat begint leuk, dat ik gewoon een biertje wil drinken. Maar na zes biertjes moet ik glazen whisky en dan begint het pas echt. Dan gaat de knop om, zo van: laten we eens kijken hoe we deze dag nog 36 uur kunnen laten duren. Dat kan niet meer."
Die knop ging feitelijk om na één van de grote reizen die Denvis maakte. "Op een gegeven moment zat ik in Australië, kwam ik terug en ging ik op tour met Leon Verdonschot. Willem van Zeeland had dat geregeld en die vroeg: 'Wat wil je op de rider? Een krat bier, een fles whisky? Eén of twee?' Als soort van grapje. Maar Leon die drinkt helemaal niet. Toen dacht ik: Dit is echt belachelijk. Dat zou betekenen dat er in elke kleedkamer voor mij 24 flessen bier en twee flessen whisky moesten staan. Wil dat dan ook zeggen dat ik als een of andere koekenbakker alle gratis drank moet opzuipen? Tegenwoordig staat er gewoon watter."
Reislust
Het woord viel al: reizen. Denvis heeft namelijk een constante drang om meer van de wereld te zien. Plannen zijn er altijd. Bijvoorbeeld om te gaan overwinteren in den vreemde. " Reizen is voor mij wel echt iets tofs, dan neem je echt de tijd om te genieten. Je hebt zo veel aan je tijd. In Amerika heb ik ooit nog eens meegewerkt aan een film toen ik op de Filmacademie zat. Ik ontmoette een videoclipmaker, die ging een film maken en vroeg of ik mee wilde helpen. Dat heb ik gedaan. Dat was een soort stage, zo zag ik dat zelf in elk geval. De school was het daar niet zo mee eens. Dat was een film met allerlei cultfiguren. Iggy Pop, Tav Falco en Cordell Jackson. Op die manier Amerika zien is fantastisch."
"Toen zijn we ook naar Othar Turner gegaan, een zwarte man van toen al ver in de tachtig. Hij speelde fife and drum. Op de valreep is hij nog soort van beroemd geworden. Het was Afrikaanse muziek, slavenmuziek waar zo'n beetje de Bo Diddleybeat vandaan komt. Zijn muziek is in Gangs of New York gebruikt. Daar heeft hij nog een beetje geld mee kunnen verdienen. Die man was echt heel arm. Hij woonde in een huisje op het boerenland, gemaakt van stukken hout, tegen een kapotte muur aan getimmerd. Dat was legendarisch. Hij hield een feest, vier uur onder Memphis, in de buurt van de crossroads. Hij had een olievat half afgesneden en daar lag een geslachte geit in te koken. Daar sneden ze af en toe een stuk vlees vanaf, dat deden ze dan op een broodje en daar gaf je hem dan een paar dollar voor. Dan at je een broodje met gekookt geitenvlees. Othar Cooked a Goat and Plays Some Music. Zijn achterkleindochter begon fluit te spelen, dat was echt indrukwekkend en authentiek. Ze speelde deuntjes in een trance, haar ogen trokken echt weg. Ontzettend authentiek. Muziek zoals het waarschijnlijk vierhonderd jaar geleden ook al gemaakt is. Dat maak je mee op reizen."
Culturele verpaupering
Ondanks zijn vele reizen sluit Denvis ook zeer zeker de ogen niet voor de veranderingen in eigen land. Die bevallen hem op cultureel vlak allerminst. "Ik vind Nederland al erg aan het verpauperen qua cultuur. De interesse om creativiteit te uiten is minder, omdat ze het niet meer zien. Ik heb enkele jaren geleden nog met een aantal kids uit een Krachtwijk in Eindhoven een film gemaakt, dat was hartstikke leuk. Zij vonden dat leuk, het hield mij ook van de straat. Noem het maar een linkse hobby. Ik denk dan: anders bezuinig het allemaal weg, zorg dat er gewoon een Studio 100-kanaal op de tv zit en geef ze een hoop bekeuringen als ze op straat hangen. Dat is dan die gouden toekomst voor die kids. Ik vond het vooral ook een sjiek iets, dat cultuur in Nederland zo hoog in achting stond. Een teken dat wij het goed hadden en naar goede dingen keken. Nu gaan we een beetje naar de Amerikaanse manier: als het iets verdient dan kan het zijn eigen kop wel boven water houden. Dat betekent ook meteen vervlakking, want dan wordt het commercieel voor de meute."
"En dan straks ook nog veel culturele huizen dicht, extra geld op de kaartjes gooien. Ik ben blij een jeugd en jongvolwassenheid gehad te hebben met al die luxe en dat gemak. Ik vind het lullig voor de mensen van nu, maar mij hebben ze er niet meer echt mee. Ik ben onderhand veertig jaar, ik hoef niet meer in het jeugdhuis te hangen. Het feit dat zoiets er straks misschien niet meer is, dat is wel triest. Een jeugdhuis, daar kon je gek doen, daar had ik mijn eerste bandje, stonden we op emmers als trommels te rammelen. Het jeugdcentrum waar ik vroeger kwam, daar ben ik later na een lange reis als jeugdwerker aan de slag gegaan. Daar kreeg ik toen de sleutel en daar repeteerden wij met de Wankalots en The Spades. Dat was zo'n leuke tijd, daar konden wij gewoon biertjes pakken en dan flikkerden we wat knaken in een pot."
http://www.kindamuzik.net/interview/denvis/denvis-het-roer-om/21015/
Meer Denvis op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/denvis
Deel dit artikel: