Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
“Mannen die noise maken, of rock, of metal, hebben hun iconoclastische imago’s waar ze altijd op kunnen terugvallen”, meent Jessica Rylan. “Als wij vrouwen ons inlaten met die agressievere muziekstijlen, dan is het zaak om onze eigen weg te vinden, onze eigen stijl, die om een of andere reden erg individualistisch is. Ik denk niet dat het de uitdaging is om iets aan de mannen te bewijzen, maar in het uitvinden hoe we oerlelijke muziek kunnen maken en toch beeldschoon kunnen zijn.”
Bibliothecaresse
Jessica Rylan is een aparte verschijning. Ze ziet er uit als een typische boekennerd, met op haar neus een dik zwart brilmontuur en de kledingsstijl van een bibliothecaresse. Ze is een anti-ster in het vuistpompende wereldje dat noise heet. Vooral op een podium geeft dat een mooi contrast: haar uiterlijke verschijning versus haar muziek. “Ik begon me zo conservatief te kleden toen ik vooral veel fysiek chaotische optredens deed, omdat ik inderdaad het contrast zo grappig vond”, legt Rylan uit. “Nu wil ik er gewoon netjes uitzien. Ik woon in de buitenwijken van Boston en ik heb het daar erg naar mijn zin.”
Rylans Can’t personage is een mozaïek van contrasten. In haar muziek mengt ze intimiteit met agressiviteit, niet in het teken van een gevecht, maar vooral vreedzaam en subtiel naast en door elkaar geweven. Zo hoor je het ene moment de knarsende effecten uit haar zelfgemaakte synthesizers, terwijl ze zachtjes op de achtergrond een slaapliedje mijmert. Het schept een dualistische wereld, waarin je fantasie je gids én je grens is.
Échte emoties
Invloeden uit een onbezorgde jeugd in een buitenwijk van Boston doorkruisen het merendeel van Rylans muziek, synchroon met haar fascinatie voor synthesizergeknutsel. Een recente zelfgetitelde lp op Ultra Eczema illustreert dat eens temeer. De ene kant vol extreem intieme gezangen, die doorspekt met eenzaamheid vooral een kinderlijk gevoel voor hoop koesteren, en op de andere kant de mix van primitieve synthdrones en tape-effecten. “Wat ik vooral in veel harshnoise mis, is emotionele inhoud,” licht ze toe, “Ik hou van muziek die gevoelens uit en verhalen vertelt en gebracht wordt door een echt persoon in plaats van een virtuoos. Ik denk dat ik daarin sterk ben beïnvloed door mijn vader, die toen ik klein was, elke avond voor mij en mijn broers zong en gitaar speelde.”
Het is alsof ze die sfeer, op een wellicht perverse manier, door toevoeging van de vervuilende noise wil terugbrengen. Niet dat ze daar zelf zo bewust over nadenkt. “Als alles goed voelt, dan kan ik er niet rationeel over nadenken. Het is een gevoel waarvoor ik geen woorden kan vinden”, beaamt ze om vervolgens haar bloemetjesjurk imago eens flink op te poetsen. “Gisteren ging ik met de hond wandelen en om de een of andere reden moest ik elke plant aanraken die ik tegenkwam. Een struik met scherpe stekels, een eik waarvan de bladeren net begonnen te drogen en een raar soort onkruid dat aanvoelde als goedkoop fluweel! De zon scheen en ik was zo blij dat ik leefde.”
Ze zegt het om nog maar eens aan te geven dat ze zich niks aantrekt van de schimmige noisecultuur, volledig haar eigen weg gaat en daar volop van geniet.
Synthesize me
Het feit dat Rylan haar eigen synthesizers bouwt, is nog een bewijs van haar creatieve en zelfstandige kracht. Zo weet ze een wereld te creëren die precies op haar wensen is afgestemd. Een individualistisch noise-utopia dat verder reikt dan de grenzen van haar eigen fantasie. Dat bewijst de interesse van nationale en internationale labels, festivals en zalen.
“Ik ben met het bouwen van synthesizers begonnen, omdat dat iets is waar ik al mijn interesses in vind: elektronica, muziek en psycho-akoestiek”, vertelt ze gedreven. “Ik wil ook per se instrumenten hebben, die elke toonhoogte kunnen spelen, omdat ik vind dat de gelijkheid van toonhoogten een vorm van fascisme is.”
Natuurlijk is ze niet de eerste met zulke gedachten en waar het voor sommigen John Cage of Iannis Xenakis is die de oren opent, is het voor Rylan Sonic Boom die dat deed. “Ik hield niet eens echt van zijn muziek, maar ik zag er voor het eerst het grote potentieel van de synthesizer. Een paar maanden later was ik getuige van een optreden van Masonna (Japanse noise-maniak – JH), die als een gek rondtolde, zich op de grond liet vallen en dat soort zaken. Dat veranderde echt mijn leven, terwijl ik me ook meteen realiseerde dat ik dát niet hoefde te doen. Dat trekken mijn knieën niet.”
Hard Gaan
Het Hard Gaanfestijn, georganiseerd door de twee toonaangevende Belgische undergroundlabels Ultra Eczema en Audiobot, dat op 6 oktober in WORM, Rotterdam en 7 oktober in KC België te Hasselt plaatsvindt, is niet haar eerste bezoek aan de Lage Landen.
“In 2005 deed ik een kleine tour door Nederland en België,” vertelt ze, “Ik was meteen gek op Nederland, maar ik had het gevoel dat het niet echt opschoot tussen ons. Iemand vertelde me in de vorm van een belediging dat ik een singer-songwriter was en tijdens één show voelde een gast zich geroepen om door alle nummers heen te praten, ook de a capella liedjes! Dat kwetste me, maar ik voel me nog steeds aangetrokken tot Nederland en ik kijk ernaar uit het een tweede kans te geven.”
http://www.kindamuzik.net/interview/can-t/can-t-over-oerlelijke-muziek-door-beeldschone-vrouwen
Meer Can\'t op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/can-t
Deel dit artikel: