Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Er ligt een exemplaar van de Bosatlas op tafel, opengeslagen op de bladzijde die de Verenigde Staten afbeeldt. Een handig hulpmiddel om het levensverhaal te volgen van de Amerikaan die eindeloos van het noordoosten naar het zuidwesten in de VS trok en weer terug en opnieuw naar het zuidwesten.
McCutcheon: “Ik ben in 1969 geboren in Chelsea, Massachusetts en bracht mijn vakanties door in Virginia. Mijn moeder fokte vroeger paarden in Virginia. Daar begint het diepe zuiden. Maar mijn vader is een Yankee uit Boston, Massachusetts. Een vreemde combinatie.”
New Mexico
Op zijn laatste plaat, Cactusman versus the Blue Demon, klinken McCutcheon en zijn band The Saltlicks als echte woestijnrockers, verwant aan Giant Sand, Teddy Morgan en Calexico.
McCutcheon: “Ik heb iets met die bands. Zij maken muziek die zich langzaam ontwikkelt. In die streek krijgen bands de kans om zich geleidelijk te ontwikkelen. Ik denk niet dat ik ooit nog terugga naar het noordoosten. Onlangs heb ik in New Mexico een huis gekocht, ben ik getrouwd en mijn vrouw en ik hebben een kind gekregen. We hebben zonnepanelen en wekken er zo onze eigen energie op. Dat spaart ons veel geld uit. Ik denk erover mijn eigen drank te gaan maken (lacht). Misschien komt er nog eens een eigen whiskymerk van me op de markt."
Syd Barrett
Voordat McCutcheon zich definitief vestigde in het zuidwesten van de VS, trok hij regelmatig heen en weer, van de ene kant van het land naar de andere.
McCutcheon: “Mijn oorspronkelijke plan was om schrijver te worden. Op mijn zeventiende studeerde ik creative writing aan het Marlboro College in Vermont. Ik trad ook op als zanger. Mijn eerste optreden tijdens een talentenjacht in Vermont bestond voornamelijk uit repertoire van Syd Barrett. Er stond daar een vrouw voor mijn neus te schreeuwen: “you’re not Syd Barrett”. Daar voelde ik me nogal rot over en ik besloot om nooit meer iets van Barrett te spelen. Traumatisch.” Bob Dylan en Neil Young waren McCutcheons volgende inspiratiebronnen: “I didn’t like all that spaced out shit anymore”.
Californië
De vinger van McCutcheon wijst naar het andere deel van Amerika. McCutcheon: “Ik verliet in 1992 het noorden en trok naar Californië. In mijn uppie. Ik ben in Santa Cruz sustainable agriculture gaan studeren en leefde daar lange tijd in een tent. Ik wilde boer worden. Ik ontmoette een dame en werd tot over mijn oren verliefd op haar. Met haar ben ik een eigen boerderij begonnen. Eigenlijk was zij de reden dat ik op een boerderij ging werken. Toen ik er definitief voor koos om muziek te gaan schrijven en met een band te gaan spelen, heb ik die situatie achter me gelaten.”
Boston
Terug in Boston probeerde McCutcheon zijn loopbaan als zanger en songschrijver serieus van de grond te krijgen. McCutcheon: “Daar ontmoette ik Jeff Berlin, drummer van The Saltlicks, en begon met hem op te treden. Toen ik dertig werd in Boston en me zo’n jaar of vijf aan de muziek had gewijd, realiseerde ik me wat een gestoorde stad Boston eigenlijk is. Vanwege mijn contacten ter plaatse leek het slim het juist daar te proberen. Het ging in het begin ook snel met me en het deed mijn muziek goed. Maar in Boston kun je niet leven, tenzij je een advocaat of een dokter bent en 85.000 dollar per jaar verdient. Het is geen plaats voor working class people. Niet meer althans.” De nieuwe route ligt voor de hand: McCutcheon vertrok voor het laatst en naar eigen zeggen definitief naar het zuidwesten.
Psychedelica
Helemaal verdwenen is de invloed van psychedelica op McCutcheons broeierige songs niet. Neem de titel van zijn laatste plaat en de anekdote die eraan vastkleeft. Naar verluidt verschenen de meneer cactus en het blauwe duivelsfiguurtje hem in een droom. De cactus overwint uiteindelijk de duivel door zijn stekels op hem af te vuren.
McCutcheon: “Van de eigenaardige, psychedelische songs die ik vroeger speelde, hoor je wel iets terug in ‘Branded’, het themanummer van deze cd. Het is de bedoeling dat dit grotendeels instrumentale liedje visualiseert wat precies het verhaal is over de cactus en de duivel. Ik wilde niet zingen in dit nummer, maar op het allerlaatste moment heb ik er nog een paar woorden bij bedacht. De cartoon staat op de hoes en vertelt het verhaal. Soms zijn er niet meer woorden nodig.”
Rockster
De vraag naar het verschil tussen het rustige leven op de boerderij en de hectiek van het leven van een rockster moet gesteld. McCutcheon grinnikt: “Het leven van een rockster? Heb ik geen problemen mee. Weet je, ik ben zeer toegewijd, maar in Amerika ligt het anders. Hier kunnen we geloven in de droom om een rockster te zijn en ons er even in wentelen, in Amerika hebben we het zwaarder. De industrie is daar veel complexer, waardoor het lastig is om een publiek te bereiken. Thuis ben ik gewoon bezig om de rekeningen te betalen en mijn hoofd boven water te houden. We zijn een kleine act in de VS. In Boston stonden we hoger op de ladder, maar een stad die zoveel van je vraagt en echt een soul sucking place is, dat had ik op den duur wel gezien. In de woestijn schrijf ik betere nummers.”
Politieke songs
King George, reign of terror staat er op het T-shirt dat McCutcheon draagt voor hij zich omkleedt voor zijn middagoptreden voor de Backroads Music Club op het Utrechtse SJU Jazzpodium. Stelliger dan je zou verwachten van McCutcheon, die songs schrijft die zich verre houden van politiek.
McCutcheon: “Of ik over politiek zou kunnen schrijven. Ja hoor. Ik heb een nummer dat ‘Guantánamo’ heet. Dat hebben we vandaag niet gespeeld, vanwege geklooi met de setlist. Het is een lekker rockend nummer, maar het gaat wel over de situatie waar we in de VS mee te maken hebben. Wat betreft politieke songschrijvers heb ik meer met Steve Earle, dan met de Dixie Chicks. Pure muzikale voorkeur. Geef mij trouwens maar John Prine, die is tenminste grappig en weet tegelijkertijd te ontroeren. Johnny Dowd ook. Daar houd ik meer van. Ik weet niet hoe mijn materiaal zich tot hen verhoudt. Bang om een politiek nummer op te nemen, ben ik zeker niet. Zolang we maar eerlijk bezig zijn.”
Slaan we ten slotte de atlas open bij Nederland. Enig idee waar hij nu is? McCutcheon buigt zich over de kaart en zoekt en vindt Amsterdam. McCutcheon schuift zijn wijsvinger een paar centimeter naar rechts: “En daar ligt Utrecht, right? Lijkt me maar een uurtje rijden dus zo ver kan het niet bij Amsterdam vandaan zijn. Wat, is het maar een half uur rijden? Ongelooflijk, waar ik nu woon, rijden we soms tien of elf uur om een optreden te doen.”
Met dank aan Stefan ’t Hooft (van de Utrechtse groep Walker Diver).
http://www.kindamuzik.net/interview/boris-mccutcheon/boris-mccutcheon-een-yankee-uit-het-diepe-zuiden/14059/
Meer Boris McCutcheon op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/boris-mccutcheon
Deel dit artikel: