Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Familiereünie
De sympathieke Tidwell wilt het fijne weten van Rotterdam. Hij vraagt me waar de rivier naartoe stroomt, waar het verlichte gebouw aan de overkant voordient, hoe de twee bruggen heten en waar hij precies het Red Light District kan vinden. Het stralende nazomerweer doet hem schijnbaar goed.
Even later, nadat het bier genuttigd en de pretsigaret gedoofd is, lopen we richting de kleedkamer waar de rest van de band langzaam bij elkaar komt.
"Of ik moe ben?," luidt de wedervraag van de langharige zanger en bassist Mark McMurthy die onderuitgezakt een blikje bier probeert te openen. "Joh, eerlijk gezegd heb ik me in tijden niet zo goed gevoeld. Alleen die festivals zijn doodvermoeiend als je vroeg op moet staan om te spelen. Soms is het net een grote familiereünie met al die bevriende bands die we ontmoeten. Na twee of drie dagen en die vele drank die er doorheen gaat, hebben we het meestal helemaal gehad met die rockfestivals. Dit is de derde Europese tournee die we doen. Heb je die blauwe bestelbus gezien? Daarmee rijden we continu op en neer tussen Engeland, België, Nederland, Duitsland en Denemarken. Vorig jaar hadden we tien uur gereden om voor dertig Denen te spelen. We hadden het grote geluk dat er iemand bij was die zich bezighield met de programmering van festivals. Dit jaar stonden we zodoende op Reading, Leeds en een groot festival in Denemarken, maar daar waren niet zoveel zeventienjarige herrieschoppers als in Engeland. Het is werkelijk geweldig om voor een publiek van duizenden jongeren spelen, maar ze krijgen naturlijk dezelfde show als die vijf verdwaalde truckers in Heythuyzen. Maar we vinden het wel fijn als er een voorprogramma is zoals vanavond, zodat je niet alleen bent als niemand komt opdagen."
Gitarist Bryan Malone, terwijl hij een bierblikje uit de ijskast pakt: "Normaal spelen we meestal voor een ouder publiek, dat vooral bestaat uit alleenstaande, blanke mannen van rond de dertig." Malone nestelt zich vervolgens in een stoel en begint uitgebreid te vertellen over een tournee die hen voerde langs Amerikaanse westkust.
"We stonden toen geprogrammeerd met The Datsuns. De platenmaatschappij liet die band vroeg in de avond spelen, zodat er veel jongelui op afkwamen. Later die avond mochten we aanvangen voor het drinkpubliek. Maar denken ze nu werkelijk dat die pubers die referenties van The Datsuns naar Led Zeppelin begrijpen? Bij concerten van The White Stripes zie je ook veel van die zestienjarige kids rondhuppelen." "Meen je dat nu?," vraagt Tidwell. "The White Stripes maken toch geen kindermuziek?"
Malone: "Die hit van dat duo, 'Seven Nations Army', was werkelijk overal te horen en dan komt er simpelweg een heleboel van die MTV-jeugd op af. Wij worden ook wel eens op de radio gedraaid, maar ik denk toch dat ze ons te ruig vinden voor publieke radio."
Vergelijkingen
McMurthy vraagt dan of ik Little Steven uit de band van Bruce Springsteen ken. "Hij heeft een collegeradioprogramma, The Underground Garage geheten, waar hij twee uur lang veel garagerock, blues en andere stevige gitaarmuziek draait, zoals ons, The Beatles, The Ramones, The Pretty Things en vrijwel alle gitaarrock uit Detroit. Dat heeft ons wel geholpen. Bovendien is het een fantastische show. En John Peel, die Britse plaatjesdraaier, die mag ons ook wel."
"Kijk eens, dit is een ansichtkaart die ik voor mijn moeder gekocht hebt." McMurthy toont me een doodgewone kaart met een afbeelding van de nabijgelegen Erasmusburg die je in iedere toeristenkiosk om de hoek kan kopen. De ommezijde is helemaal volgeschreven met een dikke, zwarte viltstift.
"Nee, we hebben geen last van heimwee. Home? Het voelt goed om weer terug in Holland te zijn! De sfeer is heel relaxt. In Engeland kan het weleens stuffy worden, maar in Nederland maakt het werkelijk geen mallemoer uit wat je doet, en van zo'n attitude houden we."
Inmiddels heeft Adam Renshaw, de zwijgzame drummer met opvallend lange bakkebaarden, zich bij het keuvelende gezelschap gevoegd. Bijna onophoudelijk tikt hij met de drumstokjes op zijn knieën.
"Bovendien ruikt het veel beter in Nederland," merkt Renshaw op.
Inmiddels is biervoorraad flink geslonken als Malone uitlegt hoe het is om vaak in één adem te worden genoemd met The White Stripes of The Hives, terwijl The Forty-Fives duidelijk veel meer invloeden vanuit de garagerock, country, soul en blues in hun energieke muziek stoppen.
"Ach, we klinken nu eenmaal niet als fucking Madonna als je begrijpt wat ik bedoel. De rock-'n-roll leeft helemaal op, maar ik geloof niet dat het ooit weg is geweest. Dat het nu populair is bij de kids heeft te maken met die overdosis aan housemuziek die je constant op de radio hoort (Tidwell doet een slechte imitatie van een levende beatbox). Ze kunnen wel een vergelijking met een obscure band als The Seeds verzinnen, maar dan weet de huidige generatie ook niet wat je bedoelt."
Die maatpakken van The Hives brengen de discussie opeens naar een aantal gezamenlijke favorieten, waaronder Johnny Dowd, diens vreemde drummer Brian Wilson (niet de Beach Boy) en The Sadies.
"Hey, ken je The Sadies? We zijn goede vrienden van ze. Ze gaan meestal, net als The Hives, gekleed in strakke pakken, maar de laatste keer dat ik ze zag leken ze goddomme wel The Flying Burrito Brothers met die witte suits. We hebben ook weleens in pakken opgetreden, maar je eindigt toch weer in hetzelfde kloffie."
Invloeden
Het verhaal deed de ronde dat de nieuwe plaat, High Life High Volume, allereerst in de befaamde Sun Studio is opgenomen, maar dat die opnames niet goed bevonden waren. McMurthy: "Nee, dat is niet helemaal juist. We waren toevallig in Memphis. We hebben wat nummers opgenomen voor een demo, omdat het ten eerste heel goedkoop was en het tenslotte de legendarische Sun Studio is. Maar dat was voordat we Jim Diamond tijdens een concert met zijn band The Dirtbombs leerden kennen. Misschien was het bij een concert van Bantam Rooster, dat weet ik niet helemaal zeker meer. Hij vond wel ons goed en nodigde ons uit om in zijn studiohuis in Detroit een plaat op te nemen. Jim werkt ongelofelijk snel, maar dat vinden we prima. Eigenlijk had hij nog nooit iets gedaan met een band als de onze. We zijn erg blij met het eindresultaat en de manier waarop hij de soul van The Forty-Fives wist vast te leggen. Van die opname in Sun Studio zijn slechts twee nummers gebruikt."
Maar waar komen die invloeden van soul, blues en country precies vandaan?
Tidwell: "Ik kom uit Georgia, daar vind je vooral bluegrass. Mark McMurthy komt uit een piepklein boerendorp in Texas."
McMurthy: "Er was alleen countrymuziek in Smithville, waar ik vandaan kom, maar verder was er dus helemaal niks. Er waren niet eens platenwinkels. We hadden één stoplicht. Inmiddels staan er vijf stoplichten, dus het plaatsje is flink gegroeid. Ik wilde er zo snel mogelijk weg."
Malone: "We troffen elkaar in Atlanta. Op een middag zaten we bier te drinken en luisterden naar oude single'tjes. Het schoot niet echt op met de band. We zochten een goede naam en The Forty-Fives leek ons wel wat. Sindsdien zijn we zo'n honderdtachtig dagen per jaar op tournee. Hopelijk hebben we straks tijd om de nieuwe songs uit te werken, zodat de volgende plaat in lente 2005 gereed is."
http://www.kindamuzik.net/features/article.shtml?id=7080
Meer The Forty-Fives op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/the-forty-fives
Deel dit artikel: