Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Alex Ridha (1982) alias Boys Noize groeit op in Hamburg als zoon van een Irakese vader en een Duitse moeder. Daar wordt hij al snel gegrepen door de muziek. Op zijn veertiende begint hij als dj.
“Ik wilde graag anders zijn”, zegt hij. “In die tijd kocht niemand die ik kende platen. En niemand vond dezelfde muziek goed als ik. Tenminste, dat dacht ik. Ik draaide op feestjes om mijn platen te betalen. Ik kocht van alles: disco uit de jaren zeventig, vroege hiphop, house, een beetje French touch. En alles van Roule.”
French touch on da rock
Die laatste naam kan hij beter als eerste noemen. Het label van Daft Punk-lid Thomas Bangalter is van essentieel belang voor het geluid van Boys Noize. Ridha zelf noemde in een interview Bangalters 12-inch Trax on da Rock uit 1995 als de eerste plaat die hem echt raakte. Het is gemakkelijk te begrijpen waarom: Bangalter brengt het karakteristieke Daft Punk-geluid in de meest rauwe vorm, met veel overstuurde synths.
Het is het handelsmerk van Boys Noize; zijn beats zijn bijna vierkant. Zijn Franse collega’s van Justice leunen ook sterk op het werk van Daft Punk, maar anders dan in hun hit ‘D.A.N.C.E.’ is bij Boys Noize geen ruimte voor poppy refreintjes of subtiele discostrijkers. Oi Oi Oi is knallen van begin tot eind. Of zoals Ridha het zelf uitdrukt: “Ik haat handtasjeshouse.”
Een paar jaar geleden werd Boys Noize opgepikt door dj Hell. Die laat hem debuteren op zijn label International Deejay Gigolo. Boys Noize zwerft vervolgens langs labels als Turbo, Kitsuné en Datapunk en maakt prestigieuze remixen voor onder meer Depeche Mode, Feist, Kaiser Chiefs en Bloc Party. Op dit moment is hij druk in de weer met een track van Apparat. Maar omdat hij te veel verstrikt raakt in releaseschema’s van anderen, doet Ridha het liever zelf.
In 2005 richt hij zijn eigen label Boys Noize Records op. Ironisch genoeg loopt zijn debuut toch wat vertraging op. Ridha wilde het album eigenlijk in mei al uitbrengen, maar in de grote stapels werk bleef de plaat liggen tot na de zomer. “Natuurlijk had ik liever eerder willen zijn dan Justice en Digitalism,” zegt Ridha, “Maar ik had het gewoon te druk.”
Oude schoolvrienden
Ook van zijn hiphopliefde zijn de sporen nog duidelijk terug te zien. Niet alleen staat op Oi Oi Oi een door old school hiphop geïnspireerde track, niet toevallig genaamd ‘Wu Tang’. De draaitechniek van Ridha heeft ook alles met hiphop te maken: “Ik draai als een hiphop-dj”, zegt hij. “Ik heb geen zin om een plaat zeven minuten te laten spelen. Dan bouw ik liever breaks in. Niet heel spectaculair, maar voor de gemiddelde techno-dj is dat al te moeilijk.”
In Hamburg zit Ridha in de klas bij Jens Moelle van Digitalism. Moelle, een jaar ouder dan Ridha, wordt zijn beste vriend. Als Ridha na een paar jaar genoeg heeft van zijn baantje in een Hamburgse platenzaak, draagt hij Moelle voor als zijn opvolger. De cirkel is al snel rond als Moelle tijdens zijn werk in de platenzaak zijn huidige muzikale partner Isi Tüfekçi ontmoet. Toch is het pact dat in die dagen ontstaat een stuk minder stevig dan het lijkt: “Het verbaast me eerlijk gezegd hoe groot ze zijn geworden, want ik vind hun plaat niet zo goed”, zegt Ridha eerlijk. “Ik draai niet een van hun tracks in mijn sets. De productie is gewoon niet goed genoeg. Maar we zijn nog steeds vrienden hoor.”
http://www.kindamuzik.net/artikel.php?id=16078
Meer Boys Noize op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/boys-noize
Deel dit artikel: