Onze laatste liverecensie.
Onze laatste albumrecensie.
Ons laatste interview.
Onze laatste video.
Het concert in Lille, gelegen op luttele kilometers van de Belgische grens, was meteen het eerste van Coldplay op Europese bodem, althans in 2003. Het kwartet heeft er net een tournee door de States en Canada opzitten en na Frankrijk zijn in een eerste stadium ook nog Duitsland, Spanje, Portugal en Engeland aan de beurt. Mei en juni zijn voorbehouden voor de States, waarna de groep terug naar onze contreien afzakt om te headlinen op Werchter (samen met R.E.M.). Nederlandse Coldplay-fans niet getreurd, want eerder deze week raakte bekend dat de groep ook Nijmegen (De Goffert, 1 juli) heeft opgenomen in hun tourschema.
Ons Coldplay-telraam blijft na Lille (Rijsel) op vier steken. Het was meteen de derde keer in acht maanden tijd dat we Chris Martin en zijn vriendenclubje aan het werk zagen. Keer op keer moesten we vaststellen dat hun aanhang gestaag groeit, om nog maar te zwijgen van de haast mythische proporties aandacht die Coldplay in de media over zich uitgekieperd krijgt. Niet onlogisch, als je weet dat Coldplay’s vorig jaar verschenen A Rush Of Blood To The Head wereldwijd zowat overal in de bovenste regionen van de eindejaarslijstjes bivakkeerde. Hun concert van 3 november 2002 mag op zijn minst onvergetelijk genoemd worden en staat rotsvast geboekstaafd als een ware glorietocht. Voor mij persoonlijk moet dat zowat het beste concert in lange tijd geweest zijn, qua hero ïek komen Mercury Rev (Amsterdam, april 2002) of Neil Young & Crazy Horse (Gent, juni 2001) misschien nog het dichtst in de buurt. Zelden was onze loftrompet zo afgepeigerd en werd onze vocabulaire vol superlatieven dermate op de proef gesteld. Beter doen was dus nagenoeg onmogelijk, evenaren zowat het hoogst denkbare. Inderdaad, we zijn in november rijkelijk verwend geweest.
De met 7.000 fans gevulde Zenith was in november ook al het decor voor een regelrechte zwanenzang, die van Oasis. Saillant detail: toen was de zaal amper voor één derde gevuld (waarvan nog de helft Britten), nu was deze nagenoeg uitverkocht. Je zou dus, met enige zin voor ironie, kunnen stellen dat de aflossing van de wacht geschied is. De waarheid gebiedt ons echter te zeggen dat Coldplay waanzinnig populair is in Frankrijk, zeker na het legendarische concert dat de groep er eind augustus gaf in ‘de kathedraal der rocktempels’ L’Olympia (Parijs).
Reeds van bij de support act, de eer viel te beurt aan het Britse bandje Feeder, zat de sfeer er goed in. De groep rond Grant Nicholas is reeds aan hun vierde album toe, Comfort In Sound, en kan intussen een aardige cv vol best te pruimen singles (‘Insomnia’, ‘Seven Days In The Sun’, ‘Buck Rogers’, ‘Just The Way I’m Feeling’) voorleggen. Een aangename opwarmer dus, maar iedereen zat natuurlijk te wachten op de vier ‘boys next door’ uit Londen.
Rond kwart over negen maakten de zaallichten plaats voor het groene verlichtingssnoer rond het podium en knalde het plots brandend actuele ‘Politik’ (steevast de opener) uit de (bij aanvang erg wankele) speakers. ‘God Put A Smile Upon Your Face’ was een welgekomen verrassing in een setlist die niet zo gek veel afweek van die in Brussel. Coldplay zou later op de avond ook voor het titelnummer uit de tweede plaat opteren en vaste waarden als ‘Green Eyes’, ‘Warning Sign’, ‘Amsterdam’ of het oudere ‘Shiver’ op de invallersbank laten.
Frontman Chris Martin had intussen al het publiek op zijn hand gekregen, en dit zonder buitensporig veel moeite te doen. Alhoewel, als je de chauvinistische Fransen doorlopend in hun eigen taal aanspreekt, kan er de rest van de avond nog weinig misgaan. De oersympathieke Martin declameerde dat het hem tevreden stemde dat de aanwezigen zijn groep niet vergeten waren en verwees kort naar de eerste passage van Coldplay in deze zaal. Na de officiële plichtplegingen boog de met talent en charisma toebedeelde zanger zich over zijn piano voor het nog steeds wondermooie ‘Trouble’. De aanstekers gingen prompt – zij het misschien ietwat clichématig, maar soit – de lucht in en een vloedgolf van koude rillingen maakte zich meester van de duizenden fans.
‘Daylight’ straalt live zowaar nog meer kracht en spanning uit dan op plaat en is zeker één van de gedoodverfde kanshebbers voor een volgende single (alhoewel we meteen de vraag stellen welke song uit de tweede plaat dat niet is?). Intussen floepten ook de knap uitgewerkte visuals aan, waarop de vier groepsleden elk afzonderlijk (in close-up) in beeld gebracht werden. Het zou overigens niet voor het laatst zijn dat Coldplay in de kaart speelt van oppervlakkige criticasters, die de groep wat goedkoop als een rip-off van U2 afschilderen. De vergelijkingen komen inderdaad niet zomaar uit de lucht vallen, maar het kan geen schande zijn om met één van de beste bands van de laatste twee decennia geassocieerd te worden. Coldplay heeft op amper drie jaar tijd een status opgebouwd waar talloze gelijkaardige bands alleen maar kunnen van dromen en dat de groep in die korte tijdspanne iets teweeggebracht heeft in muziekland, daar hoeven we geen tekening bij te maken.
Dat de Britten hun invloeden niet angstvallig voor zichzelf houden, werd duidelijk in ‘The One I Love’ en het van Parachutes afkomstige ‘Don’t Panic’. De eerste (een b-kantje van ‘In My Place’) echoot inderdaad een eind weg richting Ian McCulloch en de zijnen en het zal wel altijd een raadsel blijven waarom deze keigoede song (met drummer Will Champion als aanstoker van het heilige vuur) de plaat niet gehaald heeft. Desondanks is ‘The One I Love’ uitgegroeid tot een standard in het live-repertoire van het kwartet. Tijdens ‘Don’t Panic’ mocht gitarist Jon Buckland even loos gaan op mondharmonica, hetgeen bij fans van Bob Dylan ongetwijfeld op gejuich onthaald werd. De pianoballad ‘Everything’s Not Lost’ werd dan weer volledig opgeëist door Martin, die het publiek in succulent Frans om vocale bijstand smeekte. Qua stemvastheid scoort het Scala-koor beslist beter, maar zelfs de meest apathische ijskonijnen bleven niet gevoelloos voor dit bravourestukje. Met ‘Moses’ bleek zich nog een verrassing schuil te houden in de staart van het concert en dat is veelbelovend naar de toekomst toe. Het was trouwens niet voor het eerst dat Coldplay nagelnieuwe songs integreerde in de playlist, ook in de States werden reeds een handvol nieuwelingen voor de leeuwen gegooid.
Het optreden afgelopen na zestig minuten? Geen sprake van, we hadden immers amper twee kippenvelmomenten waargenomen en het gemiddelde van een Coldplay-concert ligt beduidend hoger. Martin verzocht het zittend publiek om recht te staan en dat er magie in de lucht ging, kon je voelen tot in de diepste vezels. Met een intro die deed denken aan dé IJslandse wonderkinderen bij uitstek (Sigur Rós) zette Coldplay het publiek nog enigszins op het verkeerde been, om vervolgens een (denkbeeldige) kruisraket op hen af te vuren, het onaantastbare ‘Yellow’. Het is overigens bewonderenswaardig hoe de band er in blijft slagen om deze wereldsong telkens weer ver boven zichzelf te laten uitstijgen. Mede door de felgele spots – die ons een perfect beeld van de uitzinnige massa gunden – werd de zaal in een mum van tijd in lichterlaaie gezet. De kortsluiting maakte echter snel plaats voor een onversneden dosis melancholie (‘The Scientist’). Net op dat ogenblik leek het alsof iemand ongevraagd alle nooduitgangen van de omvangrijke zaal geopend had, want de koude rillingen grepen op dictatoriale wijze – en zonder scrupules – de macht. Een logische staande ovatie was dan ook de minieme wederdienst die het publiek nog in petto had toen Chris & co het podium verlieten. Ondertussen verontschuldigde Martin zich op haast aandoenlijke wijze voor z’n stembanden die – zij het pas in de eindfase – duidelijk om een onderhoudsbeurt solliciteerden.
Het lasereffect luidde het begin van de encores in, met de recentste single ‘Clocks’. Van alle nummers uit de Coldplay-catalogus komt deze song ongetwijfeld nog het meest in de buurt van dat beroemde kwartet uit Dublin, toen zij de leeftijd hadden van deze Nieuwe Helden van de 21e eeuw. ‘In My Place’ moet één van de meest gedraaide singles van het afgelopen jaar geweest zijn en het zal u dan ook niet verbazen dat we ons met gesloten ogen in een karaokebar waanden. Een meer dan perfecte afsluiter van een concert dat helaas veel te snel afgelopen was, maar nogmaals bevestiging bracht van wat we al lang vermoedden, Coldplay is een groep die op middellange termijn het potentieel heeft om uit te groeien tot de R.E.M. van haar generatie. In Lille gingen enkele duizenden door de knieën, op vrijdag 28 juni aanstaande staat hen in Werchter het tienvoud daarvan te wachten. De generale repetitie was alvast niets minder dan overweldigend! Houd u alvast een plaatsje vrij op de eerste rij?
http://www.kindamuzik.net/achtergrond/coldplay/coldplay-overweldigende-generale-repetitie-voor-werchter/2764/
Meer Coldplay op KindaMuzik: http://www.kindamuzik.net/artiest/coldplay
Deel dit artikel: